This site in English ->    
dagboek


Dagboek
We zullen proberen ongeveer wekelijks een stuk te schrijven, waarin we al onze belevenissen zullen vertellen. Ook zal er een link zijn naar de foto's zodat je gelijk onze picture perfects kunt bekijken.
Op de homepage kun je zien in welk land we zijn.

Bolivia
21 april 2005
Zodra we de grens over waren werd het verschil tussen Brazilie en Bolvia duidelijk.

De wegen zijn hier een stuk slechter, waardoor het reizen hier ook een stuk langer duurt. Het land zelf ziet er ook minder rijk uit als Brazilie. Maar we kunnen eindelijk weer eens lekker aan de gang met ons spaans. Het grappige is wel dat iedereen hier allemaal verklein woorden gebruiken (wat we ook al hadden meegemaakt in de amazone). Dus coca cola is coca colita, vaso (een glas) is vasito, ahora (nu) is ahorita enz.

Tijd heeft hier in Bolivia ook een andere betekenis. Zo betekend ahorita niet nu maar nu ongeveer, wat dus tussen nu en vijf uur later kan zijn. En mas tarde betekend veel later, maar dan ook echt veeeeeeeeel later (de volgende dag bijvoorbeeld). Alles gaat heerlijk tranquilo, oftwel rustig.

Santa Cruz
We hadden in Brazilie al besloten vrijwilligerswerk te gaan doen Villa Tunari en we wilden na een paar dagen in Santa Cruz daar naartoe. Maar bij aankomst in Santa Cruz, had Nine een rare plek op haar bovenbeen wat zich al gauw uitbreidde tot een grote rode plek.

Eerst naar een apotheker gegaan, maar daarna toch maar naar een arts omdat we het niet echt vertrouwden en we al visioenen hadden van onderhuidse insecten-babies, blehhh. Wij dus naar de arts en in het spaans uitgelegd wat er aan de knikker was. Hij dacht dat het een insectenbeet was, waar Nine een allergische reactie op had. Zalfje gegeven plus pillen voor allergie en antibiotica. Na een paar dagen was de rode plek wel wat minder geworden maar zat er nu een pijnlijk dikke bult. Dus maar weer naar de arts, maar dit keer wel een andere. We hadden een adres gekregen dat goed was aangeschreven door de amerikaanse ambassade. Daar bleek dat Nine een groot abces had en na een paar dagen antibiotica werd het mes erin gezet. Nine blij, want die kon tegen die tijd amper meer lopen.

Ze moest hierna nog wel een week lang terug komen voor controle en leuke schoonmaakrituelen. We konden dus gedag zeggen tegen het vrijwilligerswerk, want met zo´n open wond is het niet echt aan te raden om in de middel of no where te gaan zitten.

Ook had in die dagen de president onder druk van de blokkades en acties in La Paz afstand gedaan van zijn presidentschap. Met het gevolg dat er overal blokkades aan de gang waren en er ook wat protesten waren, omdat 80 procent van de bevolking het niet eens was met het aftreden. Het openbaar vervoer lag dan ook vrijwel plat dus eigenlijk een geluk bij een ongeluk dat we vast zaten in Santa Cruz, want anders waren we zeker ergens langs de kant van de weg gestrand met onze grote rugzakken.

Gelukkig is Santa Cruz een redelijk leuke stad om in vast te zitten, zo waren we naar een salsa bar geweest en dat was zo leuk dat we besloten er vaker heen te gaan. Totdat Nine op een avond werd aangesproken door een heel apparte vrouw. Ze had het postuur van een moeke maar had met haar zwarte haar en make-up, zo als een waarzegster op de kermis kunnen werken. Ze was behoorlijk teut en begon hele verhalen te vertellen over dat ze zo rijk was en dat de boeren hier in Bolivia zo vervelend waren met al die stakingen. Toen ging het opeens over dat ze vet had laten wegzuigen en dat ze nu dus een korset droeg...kijk maar...floep en daar ging haar shirt omhoog en zagen we van alles wat we (en de rest van de bar) niet wilden zien. Nine werd ongewild vergezeld naar de wc om daar vervolgens vergast te worden met allerlei gezwam en tot overmaat van ramp kwam de vrouw druk lallend met haar broek op haar enkels uit de wc stiefelen en vroeg opeens uit het niets of Nine ook cocaine gebruikte. Nou toen zijn we maar snel afgetaaid want het werd ons wat te gortig zo`n rare dame.

Sucre
Sucre is echt een mooie bergstad. Op het eerste gezicht vrij westers, totdat je rondkijkt en overal op het plaza de shoeshine-boys ziet, de popcorn verkopers en natuurlijk de niet te missen bolhoedjes en kleurrijke omslagdoeken.

We waren opslag verlieft op de plek en hadden graag gewilt dat we hier twee weken vast hadden gezeten.

Net buiten Sucre is een cementfabriek waar ze een aantal jaren geleden tijdens afgravingen opeens op een muur met dinosaurus voetstappen zijn gestuit. Het rare is echter dat die muur echt loodrecht omhoog staat, waardoor het net lijkt alsof die beesten zich niets aan hebben getrokken van de theorie van Newton. De reden dat het een muur is, is omdat de grond na een behoorlijk heftige aardbeving recht omhoog is gaan staan. Op de grond tekende onze gids welke voetprinten van welke dino was. Hierdoor konden we duidelijk op de muur zien dat twee kleine dino`s achtervolgd werden door een tyrannosaurus-rex.

60 km Van Sucre vandaan ligt een klein dorpje, Tarabuco waar ze eens per jaar een groot feest hebben van alle dorpen uit de omgeving; namelijk Pujllay. Iedereen had zich flink opgedoft in traditionele kledij. De mannen liepen door de straten met een soort broodmandje op hun hoofd met aan de voorkant glimmertjes erop geplakt. Bovenop die broodmand stonden 3 kanten tulp-achtige dingen. Verder droegen ze een zwarte blous met eroverheen een glimmertjes vest en hadden een roze cape om. Hun schoenen waren heeeel appart en zien eruit als plateauzool, gezondheids sandalen met eraan vast de sporen van een cowboy, alleen dan 3 rondjes meer zodat als ze stampen je een soort rinkelend concervenblik geluid hoorde. Verder hadden ze een grote roze zakdoek vast waar ze verwijft mee zaten te zwaaien.

De vrouwen zagen er een tikkeltje saaier uit met een soort cowboyhoed op en een knielange plooirok die glimt in het zonlicht. Ze hadden wel confetti en slingers over hun lange vlechten uitgestrooid. Waarschijnlijk was dit ook een goede gelegenheid voor alle jonge mensen om een leuk iemand aan de haak te slaan want ze liepen soms in paartjes huppelend en heel vals zingend door de straten.

Waar wij ons ook steeds zo over zaten te verbazen was de manier waarop bijna iedereen hier in Bolivia een kind op de rug draagt. Het is namelijk gewoon een hele simpele doek. Niks geen veiligheidsbanden of groot draag comfort. We hebben dan ook aandachtig zitten kijken hoe het ging toen een vrouw de bus uit stapte met haar kind als een soort pakje onder haar ene arm. Het kindje had een hempje aan en was verder in de blote kont. Eerst werd een grote gekleurde doek op de grond gelegd met daar bovenop een kleinere donkerblauwe. Het kind werd op de doek gelegd die vervolgens als een mexicaanse wrap om het onderlijfje van het kind werd gerold. Vervolgens werd het kind middenop de gekleurde lap gelegd met het hoofdje eruit stekend. Toen werden 2 punten van de doek vast gegrepen en met een grote zwaai werd het kind linksom op de rug geslingerd. Een beetje gewiebel en de ene punt over de andere schouder en toen vastknopen die handel en het was klaar.

Moeder liep weg met het wiebelende koppie van haar kind net boven de doek uitpiepend...heeel appartig!!

Potosi
Hier in Potosi hadden we het gevoel dat het winter was, `s nachts vroor het gewoon en we lagen in ons hotel onder 5 wollen dekens. Toen we aankwamen zijn we gelijk op zoek gegaan naar een leuk zaakje om warme chocolademelk met slagroom te drinken...erg he?

Niet raar dat het zo koud was want je zit natuurlijk niet voor niks in de hoogste stad ter wereld.

We zijn eerst met een busje naar de mijnmarkt gegaan waar je van alles voor de mijnwerkers kan kopen,zoals zakken coca bladeren, pakjes sigaretten (zelfs met verschillende smaakjes zoals kaneel en coca), literflessen alcohol van 94%,TNT, enz.

De reden dat je dit allemaal voor ze koopt is dat ze het zelf nauwelijks kunnen betalen. Ze gaan namelijk gewoonlijk dood als ze tussen de 35 en 40 jaar zijn en willen dus ´genieten´ van het leven door een drankje en een rookje. De alcohol mengen ze wel met wat water, want zelfs voor hun is de 94% wel een beetje te gortig. Ze drinken de alcohol en roken de sigaretten in het weekeind en offeren deze dan ook aan Pacha Mama ( ”moeder aarde” in Quetchua) om ervoor te zorgen dat de berg gelukkig blijft en hen niets aan doet. De meeste mijnarbeiders beginnen met werken als ze 18 zijn, maar de werkelijkheid is dat je in de mijnen van Potosi toch wel erg veel kinderen hebt die zeker niet ouder dan 12 zijn.

Na de mijnmarkt gingen we naar het schuurtje van onze gids waar we een broek en jas kregen, laarzen en een helm. En toen kregen we een lamp.......een karbiet lamp!!!!! We voelden ons net een stel druipkaarsjes in de kerstboom, af en toe kwamen ook hele steekvlammen uit ons lampie. Sommige van onze groep kregen een normale electrische lamp. Met de normale had je wel wat meer licht maar de handigheid van de karbiet lantaren is dat als je in de mijnen zit en er komt giftige gas vrij, het vuurtje op je hoofd van kleur veranderd en blauw gaat branden. Een teken dat je moet maken dat je wegkomt dus. Voordat we de mijn ingingen liet onze gids eerst even zien hoe een ontploffing in z`n werk ging. We stonden er een eindje vanaf en het deed ons denken aan zo`n lawinepijl, een hele lage doffe dreun.

Toen gingen we de mijn daadwerkelijk in. We zagen al gelijk een ventje die aan het drillen was met zijn handen. Onze gids legde uit dat als je 10 jaar voor de baas werkt je daarna vrij bent om zelf op zoek te gaan naar zilver of koper aders. Wel moet je dan weer zo`n 50 procent afstaan dus je verdient eigenlijk nog steeds geen ene bal.

Nadat we hem wat sigaretten, coca bladeren en wat fruit hadden gegeven gingen we weer verder. Een laddertje af. Ondertussen vertelde de gids dat ze hier vaak 2 tot 3 keer in de week 24 uur werken 3 uur achter elkaar zonder iets te eten en dan een uur stoppen om nieuwe coca bladeren te kauwen (wat er voor zorgt dat je geen hongergevoel hebt) en te pissen over hun handen. Hij vertelde namelijk dat de wanden van de mijn en de steen een soort zuur hebben wat in je handen en gezicht bijt. Als je dat niet op tijd afspoelt met water of bv. urine dan bijt dat gewoon je huid weg.

Beneden kwamen we op een gegeven moment andere mijnwerkers tegen die vertelden dat ze zo 20 tot 30 dynamietstaven zouden laten ontploffen en we die maar even moesten afwachten op de plek waar ze altijd een uurtje coca bladeren kauwen. Iedereen een hand gegeven en gehoopt dat het natte plakkerige handje niet net was afgespoeld met urine. We zaten zo´n 25 meter van de ontploffingen af en vanwege de luchtverplaatsing gingen alle karbietlichtjes uit.

We moesten een poosje wachten tot de damp was gaan liggen (wat eigenlijk 3 uur duurt) en daarna gingen we richting een altaartje van een duivelsachtig modderfiguur en z`n vrouw (die een afbeelding waren van de duivel en pacha mama) waar ze offers aan brengen. De muren van dat gedeelte van de tunnel waren mooi glimmend wit en we zaten net de muren van die grot te bewonderen toen onze gids vertelde dat het asbest was!!! Daarna vertelde hij vrolijk dat de dampen en grondstoffen in de mijnen voor 10% uit asbest, 40 % accid sulpher en 70 % arsenicum bestaan, een wandeling door een gif gebied dus. Niet zo gek dus dat die knakkers niet zo oud worden. We waren blij om er weer uit te gaan en ´frisse´lucht in te kunnen ademen, en dat al na twee uur.......Moet je nagaan hoe het voor de arbeiders zelf is!

Salar de Uyuni
Een vier daagse tocht over de zoutvlaktes van Uyuni en het nationaal park wat daar aan grenst leek ons wel wat. Vooral de zoutvlakte was erg surrealistisch. Mijlenver was gewoon niets anders te zien dat wit. Doordat er helemaal niets te zien was worden afstanden ineens relatief. Dus dat leverde ook wel leuke foto´s op.

Voordat we naar het de zoutvlakte gingen, gingen we eerst even kijken naar de productie van zout. Wat dus inhield dat we achter een ontzettend oud krom tandloos mannetje aan een huisje in gingen waar hij vervolgens in het belabberdste Spaans wat we ooit hebben gehoord (duidelijk een combinatie van Spaans en Quechua) uitlegde dat ze eerst het zout verhitten totdat het droog is en dat het daarna in zakjes wordt gedaan of dat ze er leuke dingen van maken zoals zoute llama´s die je kan kopen of een mooie zoute klok en zo. Omdat het nu zomer is en ook een soort van regenseizoen, stond een groot deel van de Salar nog onderwater. Om toch nog zout te kunnen winnen, maken de mensen allemaal piramides van zout die dan in de zon drogen. Daarna brengen ze het in grote vrachtwages naar Uyuni.

Isla de pecado´s was erg mooi. Het heet zo niet omdat er grote poelen met vissen zijn, maar omdat het eiland van een afstandje door de hitte de vorm van een vis krijgt. De orginele naam is echter Incawassi wat huis van inca betekend. Er groeien op dat eiland ontzettend grote cactussen, die 11 meter zijn (en behoorlijk kunnen prikken dus!). En omdat het eiland heel centraal gelegen ligt, kun je vanaf de top aan alle kanten zover als je kan kijken de Salar zien liggen.

De eerste nacht sliepen we in een piepklein dorpje wat een hele uitgestorven indruk maakte. Om de zoutvlakte heen is het namelijk heel erg droog en zanderig waardoor het een beetje een scene leek uit: Once upon a time in the west. Met van die klapperende saloon deuren en bollen tumbelweed die over de grond rollen. Het enige wat het plaatje verstoord zijn de rondlopende lama´s.

De volgende dag gingen we verder en waren we uit de eigenlijke zoutvlakte. Nu zaten we meer in een beetje vulkanisch gebied.

Meren met verschillende soorten mineralen erin waardoor ze andere kleuren aan namen en vol zaten met flamingo´s. Ook zagen we allemaal rare rots vormen opdoemen in de zandheuvels die vol zaten met Viscacha`s, een soort van chinchilla`s. Echt geinige beestjes, maar we vroegen ons wel af of ze net als chinchilla´s op je pissen als je te dichtbij komt.

Zodra de zon onder is wordt het echt stervenskoud vanwege de hoogte (ongeveer 4000 meter). Echt zin om rond te lopen hadden we dus niet en we doken dus maar in bed om weer warm te worden, we hadden echt zin aan een groot bord snert.

De volgende ochtend toen de zon nog niet op was, op weg naar een soort warme bron. We doken er gelijk in, heerlijk zo´n bad van 39 C. Nine ging er maar niet in omdat ze haar wond nog niet helemaal geheeld was. Lekker weken dus terwijl onze chaffeur bezig was met het ontbijt.

En omdat we natuurlijk in een groot vulkanisch park zaten, waren er ook ontzettend veel termale gebieden. Wel leuk om echt op een soort maanlandschap rond te lopen en direct naast je voeten een grote pruttelende modderpoel te hebben. We vonden het alleen wel echt apart dat we zo dichtbij konden komen. In Nieuw Zeeland zou er echt een mega groot hek omheen zijn gezet, zodat je het alleen van een afstandje kan bekijken. Maar hier kan je als je wilt er met je neus zo ver in hangen dat ie geroosterd is met een krokant laagje als je weer opkijkt.

Als laatste naar een locomotief begraafplaats gegaan. Da´s een plek vlakbij Uyuni, waar allemaal oude locomotieven liggen, een soort schroothoop dus.

Tupiza
´s Ochtends heel vroeg met een 4WD richting de grens gereden. De jeep zat in Uyuni nog niet echt vol maar halverwege stopten we in een poepig dorpje waar we over zouden moeten stappen in een andere auto. Na tig potjes kaarten was de andere 4WD er.

Deze had in plaats van 2 banken achter elkaar, de 2 banken tegenover elkaar zodat er dus meer mensen in de auto pasten nou.... dat lukte wel. Naast de chaffeur voorin zat een stelletje met een baby op schoot.

Op de bank tegenover ons zaten 2 dikke moekes met een jongetje van een jaar of 3, een oud baasje die de hele tijd in slaap flikkerde, een man met een compleet groen gebit van het cocabladeren knagen en een vrouw met een meisje van een jaar of 8 op schoot. Op onze bank zaten 2 meiden, wij 2, een man en een knul van 16. In totaal dus 17 mensen!!!! Het leek wel een reclame over zo´n piepklein autootje waar onmogelijk veel mensen uit komen zetten.

De rit was wel heel gezellig maar we waren wel blij om eindelijk de benen te kunnen strekken.

Tupiza is net het wilde westen. Het is ook de plek waar Butch Cassidy en The Sundance Kid zijn beschoten door het Boliviaanse leger. Om goed de omgeving te verkennen en de sfeer te proeven, besloten we ons weer eens op een paardenrug te hijsen. De volgende dag snel doorgegaan naar de grens voor een exit stempel. We waren op het nippertje want een dag erna zou onze tijd van 30 dagen vol zijn.

Op naar Rio de Janeiro!!!!!!

Brazilie
5 april 2005
Rare jongens die Brazilianen
Wat is dat wennen zeg….begonnen we net de spaanse taal een beetje te kletsen krijg je opeens het portugees. Het klinkt net alsof een Rus spaans probeerd te praten, we verstaan er dan ook niet veel van. Wij praatten gewoon stug door in het spaans en proberen er een soort van Sean Connery slis tegenaan te gooien. Werkt vaak retegoed. De toon waarop ze praten is heel apart. Ze hebben een bepaalt riedeltje in hun stem, wat ervoor zorgt dat ze soms een beetje klinken als een verwent kind wat z`n zin wilt hebben. Meestal klink het wel ok hoor, maar als je de weg wilt vragen in je beste slissende spaans en je krijgt een zeikerige reactie: `No entiende naaaaaaaaoooooooooow.´ Tja dan gaan je nekharen gelijk overeind staan. Dus nog maar een keer proberen in nog ergere babytaal: `Donde onibushhhhhhh a blablabla!´ Spontaan snappen ze het dan wel en voila een mooie portugeese uitleg volgt waar wij uit kunnen halen dat we ergens een straat verderop moesten zijn. Maar goed, als je dan weer bedankt (Obrigaaaaaada) stralen ze helemaal en zeggen ze vrolijk (maar wel weer met dat riedeltje) Che Naaaaaada!

Verder zijn ze hier ontzettend fan van handgebaren. Wel grappig hoor. Zo kan je hier gelijk achterhalen of iets veel kost of erg ver weg is. Ze draaien dan een of twee handen op schouderhoogte naar boven, zodat de handpalmen omhoog wijzen en knijpen dan de vingers samen alsof ze iets plukken (als je de film meet the fockers hebt gezien, het lijkt op het handgebaar wat het kleine knulletje maakt als ie om melk vraagt). Werkt ook retegoed als we iets willen uitleggen. Een ander gebaar is het vervelende handje. Je zult je wel afvragen wat voor´n vervelend handje...nou het ´even wachten ik kom zo bij u´- ofwel het ´rustig-rustig´handje. Het komt over alsof de andere persoon vind dat je of heel druk en opgefokt bent of heel boos en dat je maar even wat rustiger moet doen.....werkt dus echt heel erg averechts. (Hilde vind het erg op het ´talk-to-the-hand-because-the-face-does-not-understand´-handje van Ricky Lake en Jerry Springer lijken)

Maar Brazilie is en blijft echt een ontzettend leuk land. Iedereen is eigenlijk wel vriendelijk. Als je op straat loopt wilt iedereen je wel helpen of even een kletspraatje met je maken. Soms is dat wel heel apart, zie je echt een ontzettende schooier op je af komen die dan aan je vraagt waar je moet wezen en vervolgens de weg wijst, terwijl je in eerste instantie verwacht dat je beroofd gaat worden of dat je minstens een stel vervelende sexistische opmerking naar je hoofd krijgt geworpen. Ook zit het dansen en zingen echt in iedereens bloed hier. Als er ergens een lekker melodietje wordt gespeeld, staat iedereen automatisch te dansen en wanneer er een blijkbaar bekend liedje in de bus wordt gedraaid, begint iedereen mee te zingen. Als er geen muziek is, maken ze dat zelf wel. De mode is hier ook heel anders dan in Ecuador of Peru, ze lopen er hier een stuk bloter rond met korte broekjes en rokjes en kleine halter topjes. We moeten ons dus ook maar wat aanpassen aan de mode want anders steek je er helemaal zo uit.

Manaus
Manaus is vrij groot en heeft ook echt een hele grote haven. Hadden we eigenlijk niet verwacht, maar er varen zelf oceaanstomers naartoe! De stad wordt het Parijs van de Amazone genoemd, we hebben alleen geen flauw idee waarom. Vanuit Manaus wilden we eerst met de boot verder gaan naar Belem, maar we hadden echter in ons hoofd zitten om carnaval te vieren in Salvador en kwamen erachter dat het dit jaar vroeger zou vallen dan anders. Hadden we dus al helemaal een kaartje gekocht, toen we toch maar besloten even bij het vliegveld te kijken of er geen goedkope ticket was naar Belem. En tada......die was er! Dus gelijk de volgende dag met het vliegtuig naar Belem gegaan. Achteraf gezien blijkt het een hele goede beslissing te zijn geweest. Een heleboel mensen die die boottocht hebben gedaan, zeiden dat het echt geen pretje was (nog meer boerende mensen enzo) en dat ze zelf toch ook liever met het vliegtuig waren gegaan.

De ´luxe´ busreis
In Belem hebben we gelijk gekeken of we een busticket naar Salvador konden krijgen en gelukkig waren er nog een paar stoelen vrij... We hebben 40 uur in de bus gezeten en da´s echt heel erg lang wanneer je alleen maar een stoel hebt die achterover kan. Gelukkig hadden we nog wel wat afleiding. De eerste nacht hadden we een mannetje achter ons die zo ontzetten verliefd was op z´n eigen stem dat hij maar bleef lullen en als iemand harder praatte dan hij....tja dat kon natuurlijk niet! Zucht, vrij vermoeiend! Hij begon af en toe ook te zingen (een vreselijke verpeste versie van Bob Marley) en het kon hem werkelijk waar geen biet schelen dat het 3 uur `s nachts was ofzo. De volgende dag ging hij er gelukkig uit. Toen begon er bij de rest de carnavals stemming in te zitten en de rest van de dag en nacht werd er af en aan gezongen door de halve bus en werd het ritme mee getrommeld op het plafond van de bus. We hadden het gevoel in een bus vol voetbalfans te zitten. Op een gegeven moment werd er door de bus geblerd dat ze van ons graag een nederlands nummer wilden horen. Dus hebben we ze de nederlandse amerikaan geleerd. Elke keer als ze langs liepen werd er dus van voor naar achter gelopen en van links naar rechts. De feeststemming zat er dus echt in (natuurlijk amper geslapen met al dat feestgedruis achterin). In Salvador aangekomen stapte iedereen de bus uit en ookal kennen ze elkaar pas 40 uur iedereen wordt gezoend en een fijn carnaval toegewenst...lollige lui dus.

Salvador de Bahia
We wisten al dat we een probleem zouden krijgen met een slaapplek in Salvador omdat je normaal gesproken 2 maanden van te voren al moet boeken, wat wij dus niet gedaan hebben. Gelukkig kwamen we op de bootreis van Iquitos naar Tabatinga een Engelse knul tegen die samen reist met zijn nicht. Hun hebben een appartement in Salvadore gehuurd samen met nog een paar lui en hadden (gelukkig voor ons) nog twee slaapplaatsen over. Heel toevallig kwamen we ze weer tegen in Belem en daar een poos zitten kletsen om precies te horen te krijgen waar het appartement zat.....direct naast het carnavalsgebied dus. We waren al wel een beetje voor bereid door wat we gelezen hadden en gehoord. Dus als echte Zuid Amerikanen geld in onze bh gepropt en de sleutel van de flat in onze onderbroek gepropt en vast gemaakt met een veiligheidspeld (jaa, wij kennen het klappen van de zweep wel!) Het was heel erg druk. De grote trucks (Trio`s genaamd) die de band en zangers vervoeren knalden een mega herrie uit. Rondom de wagen lopen mensen die een touw vasthouden. Dat touw is bedoeld als bloco ofwel gedeelte waar mensen met een speciaal t-shirt kunnen dansen. Over het algemeen kan je in de stad een t-shirt kopen van de band, zanger of zangeres die jou wel aanspreekt. ´s Avonds met carnaval moet je op een bepaalde plek zijn op een bepaalde tijd, zodat je vrolijk kan meehobbelen in de bloco met je favorite band! Degene zonder t-shirt, dansen mee aan de buitenkant. Wij liepen en dansten mee aan de buitenkant, maar hadden voor één avond een T-shirt gekocht. Na uren wachten was het dan eindelijk zover voor onze wagen en konden wij heerlijk genieten van de ruimte om te dansen die je in zo`n bloco hebt. Wat echt heel apart is hier is het gedrag van de mannen tijdens carnaval. Ze proberen je te zoenen (wat niet gaat omdat ze te dronken zijn om je gezicht te vinden) en strijken je haar alsof je een hond bent!!. Blijkbaar is het allemaal wel normaal tijdens carnaval en hebben ook de locale vrouwen er last van. Ook moet je af en toe maar gewoon niet nadenken waar je in loopt want ze pissen hier rustig van zich af waardoor de goot vol stond met urine (jakkk) Ze hebben hier tijdens het Carnaval superlekker eten!! Je kon overal op straat gesmolten kaas op een stokje kopen, echt lekker!!!! Wij waren daar echt helemaal verslaafd aan en wilde op een avond erg graag een stick hebben maar konden er nergens een vinden. Toen we besloten om te kijken in een achteraf straatje, viel het ons op dat de sfeer heel anders was. Ineens hoorden we geen continu gefluit of gesmak en werden we niet meer continu aangeraakt. Een keer om ons heen kijken was al genoeg om te beseffen wat was veranderd....bleek dat we in een van de hipste gay-buurten van Salvador waren beland.

Recife & Olinda
Na Salvador zijn we doorgegaan naar Recife om een beetje bij te komen van carnaval...wel wennen ook trouwens dat we nu niet meer in een eigen appartementje zitten maar gewoon weer in een dorm met 4 andere meiden. ´t Was wel lekker om weer eens zelf te kunnen koken en aankeutelen en tv kijken. Recife is een vrij grote stad en daardoor niet echt heel erg fantastisch. Maar wat wel erg leuk is, is dat er tussen al die grote flats soms hele kleine oude pastelgetinte huisjes staan. Olinda, een dorpje een stukje verderop heeft wat meer de uitstraling van een dorp en daar staan hele straten vol met van die schattige kleine gekleurde huisjes. Olinda lijkt wel een beetje op Dordrecht alleen dan met heel erg veel kleuren.

Praia de Pipa
Al sinds Nieuw Zeeland hadden we de wens om nog een keer te zwemmen met dolfijnen, alleen dan nu in wat warmer water. We hadden gehoord dat ten noorden van Recife een ontzettend mooi strand was, genaamd Praia de Pipa. Daar blijkt ook een baai te zijn met allemaal dolfijnen. Dus besloten we ons geluk daar nog maar een keer te beproeven. Het strand kon je alleen bereiken met laagwater, omdat je anders het merendeel van de tocht over rotsen heen moet klauteren. De dolfijnen komen echt heel dichtbij het strand en dat hadden we dus niet verwacht. Wij waren nl lekker aan het poedelen toen we ineens zo´n twee meter van ons vandaan een vin voorbij zagen komen. Later toen wij lekker aan het zonnen waren besloten de dolfijnen een uitgebreid te gaan spelen met de golven. Dus hebben wij een tijdje kunnen genieten van hun spelletjes. We verbleven in een ontzettend leuk pousada, waarvan de eigenaar en zijn moeder echt serieus de aardigste mensen zijn in heel Brazilie. We werden al snel geadopteerd als nieuwe leden van hun gezin. De eigenaar vertelde ons dat hij een auto (landrover) had gekocht en dat ie de volgende dag zou worden gebracht. Toen het dan eindelijk zover was, was hij zo blij als een klein kind en eiste van ons dat we een ritje gingen maken samen met zijn hele familie (ofwel vader, moeder, zus met kind en oma). Was echt heel gezellig, Nine zat naast een lekkere gerimpelde ouwe bes die eindeloos lang in het portugees tegen haar aan het beppen was. Erg grappig hoor, het maakte haar echt niet uit dat Nine er geen flikker van verstond.

Natal
Helaas hebben we na een paar dagen toch afscheid moeten nemen van die leuke familie (boehoe) en zijn we doorgegaan naar Natal. Hier hebben ze hele grote zandduinen en we zijn met een zandbuggy lekker een dag over de duinen gaan racen. Was echt leuk om te doen. Ook hebben we gezandboard. Je zit met je gat op een soort van snowboard en moet je handen wijd op de grond zetten (waarschijnlijk voor je evenwicht). Daarna flikker je met een noodvaart de duin af om uiteindelijk met je gat in het water te belanden. We zaten samen in de buggy met een vers getrouwd stel uit Sao Paolo die dus nu bezig waren met hun huwelijksreis. Echt leuke lui, we werden uitgenodigd om langs te komen, mochten we bij Sao Paolo in de buurt komen.

Pantanal
We hebben in de Pantanal echt heel erg genoten. Omdat de grond van het bos niet bezaaid is met planten (zoals in de Amazone) kun je hier veel meer dieren zien. De eerst dag waren we bezig met het rijden dwars door de pantanal op een soort zandweg die ook wel de transpantanal heet (een heel sjiek woord voor een modderpaadje). Veel gehobbel en gebobbel. Regelmatig moesten we over smalle brakke bruggetjes waar je dan aan de zijkanten in het water lekker een kaaiman zag zwemmen. Halverwege de tocht kwamen we ineens een hele familie capibara´s tegen. Die beesten zijn inmiddels zo gewent aan mensen op de weg, dat ze ook echt niet wegrenden en we konden dus lekker uitgebreid foto`s nemen. We moesten nog een heel stuk toen het al donker was, wat wij helemaal niet erg vonden. De hele pantanal was nl gevuld met vuurvliegjes. En omdat het ook nog eens een superheldere nacht was, waanden we ons echt een beetje in een soort sprookjesland. Onze gids ging de volgende ochtend om 6:30 met ons op pad. De eerste dieren die we tegen kwamen waren een groep brulapen. Onze gids deed het geluid na van een mannetje en de hele groep reageerde daar natuurlijk op zodat je horendol werd van de herrie. Verderop kwamen we de aguiti (het kleine familielid van de capibara) tegen, die echt heel schuw is vergeleken met zijn verwant. Ook heel erg veel wasbeertjes, een paar hertjes en een amadillo (gordeldier). De Pantanal bestaat voornamelijk uit kleine eilandjes van bos omringd door een moerasachtige grasvlakte. We moesten dus bij het oversteken van het ene bos naar het andere soms heupdiep door modderwater waden. We kwamen ondertussen natuurlijk ook veel verschillende vogels tegen en in de loop van de dagen hebben we toekans gezien en de zeldzame rode en blauwe makau, spechten, grote loopvogels, haviken, papagaaien, en vogels met allemaal rare kapsels en verenpakken. Na een siesta weer de bush in gegaan op zoek naar meer wildleven. `s Avonds lekker aan de caiperina (borrel) en gekletst met alle Israeliers. Er zijn er nl zo ontzettend veel hier, dat de gidsen allemaal beter Hebreeuws dan Engels kunnen. We zijn tijdens onze tijd daar geadopteerd door het Israelisch gezelschap wat in onze tour zat. Zo kunnen we nu het typisch reiskaartspelletje Janiv, tellen tot tien, schelden en gedag zeggen. En we weten ook wat fles is: Bakboek (leuk woord he!)

Vroeg in de ochtend zijn we gaan paardrijden. We sjokten lekker door de graslanden en natuurlijk door het water. Daarna met een 4wd naar een grote plas gereden om daar te gaan pirana vissen. Het ging dit keer wel even anders dan dat we in de amazone deden. We kregen stukken koeienhart om aan de haak te doen en onze gids verzekerde ons ervan dat er niets kon gebeuren. We hadden geen wonden of zo, dus we konden gewoon het water in. Dus wij het er toch maar op gewaagd. Eerst heel voorzichtig een paar stappen het water in....nee niets knabbeld aan onze tenen.....dus toen maar verder. Uiteindelijk stonden we tot ons middel in het water en konden we ons hengeltje uitgooien. Zolang je niets vangt, ga je er eigenlijk vanuit dat er geen piranja`s zitten...maar binnen een paar minuten had Hilde de eerste al aan haar haak hangen. Nou toen voelden we natuurlijk ineens overal wat kriebelen. Na een uurtje vonden we het allebei wel weer leuk geweest, want de alligators kwamen dichterbij om te koekeloeren of er wat te halen viel aan aas of vis. Met veel moeite weer uit het water gegaan en vol trots aan de schijtbroeken op de kant verteld dat we piranjas hadden gevangen. `s Avonds dus een pirana op ons bord. Helaas zat er geen vlees aan, een redelijk saai poezenhapje dus. De volgende ochtend stonden wij al om 5 uur klaar om met onze gids een ochtendwandeling te gaan doen.....maar om half 6 was er nog steeds geen gids (of iemand anders van onze groep) en de zon kwam al op. Gelukkig kwam er toen een andere gids aanlopen die de onze wakker ging maken en toen gingen we dus op stap alleen met zijn drieeen. We waren net lekker aan het rondstampen op een open vlakte en vroegen onze gids hoe groot de kans was om een miereneter tegen te komen. Hij vertelde ons dat die kans eigenlijk net zo groot is als het zien van een jaguar. Net toen hij die zin had afgemaakt zagen we voor ons een miereneter lopen. Aangezien de wind onze kant op stond konden we tot zo`n 6 a 7 meter afstand van hem komen. Echt een leuk beest, z`n staart is net zo groot als z`n hele lijf en hij heeft grote harige poten met grote klauwen waarmee hij zelfs de jaguar kan afschrikken. Wij helemaal gelukkig en blij weer richting ons kamp gelopen, komen we na een half uur een tweede miereneter tegen! Nah, hoe groot is die kans nou!!! Wij natuurlijk heerlijk opscheppen tegen de rest van onze groep. Ook hebben we van de bladeren van een bromelia een ketting gemaakt. Je kan nl met de vezels van die bladeren een prima touw maken wat echt heel stevig is. Een andere groep had het karkas van een kaaiman gevonden en daarvan stukjes botachtige huid meegenomen. Na die in een leuk vormpje te hebben gevijld hebben we die aan kettingen en armbanden gehangen. Staat erg leuk en is ook echt een leuk persoonlijk souvenir van de pantanal.

Daarna moesten we helaas weer weg richtig Corumba. ´s Avonds kwamen we daar aan en direct voor de volgende dag treinkaartjes geregeld voor onze rit naar Santa Cruz. Helaas bleek de volgende ochtend de grens met Bolivia gesloten te zijn, vanwege een staking in de provincie van Santa Cruz. Het was dus ineens erg onzeker of we nog wel de grens overkonden naar Bolivia. Pas om 4 uur `s middag ging de grens weer open, dus wij als een gek naar de douane van zowel Brazilie als Bolivia om onze stempels te regelen en daarna snel door richting trein. We hadden nl erg veel zin in Bolivia want in de pantanal zijn we mensen tegen gekomen die vrijwillegerswerk hadden gedaan in Bolivia in een park wat tussen Santa Cruz en Cochabamba in zit in een dorpje dat Villa Tunari heet. Het is een park waar veel wilde dieren zitten die opgevangen worden omdat ze om de een of andere reden uit hun leefgebied gejaagd zijn of gevangen zijn genomen. Het is de bedoeling dat je daar kooien schoonmaakt, de dieren vermaken en bezig houden of ze juist weer traint voor vrijheid. Ze hebben er apen en panters en heel veel verschillende vogels enz. We hadden altijd al in ons hoofd gehad om vrijwilligers werk te doen in Bolivia, alleen dan met mensen en we hoopten dat ons Spaans tegen die tijd goed genoeg zou zijn. Het is wel beter maar of het genoeg is....dit is dan wel een goeie oplossing, vanwege de dieren hoeft je spaans niet optimaal te zijn en het klinkt heel gaaf.

Dus.....op naar Bolivia!

Hilde en Nine

De Amazone
5 april 2005
Leticia
Vanaf Iquitos zijn we met een speedboot naar de grens van Peru gebracht. Daar konden we kiezen tussen Leticia (Colombia) of Tabatinga (Brazilie)......hmmmm tja alles voor een stempeltje in ons paspoort, dus richting Leticia. Tassen gedumpt, bij een vriendelijke douane-meneer een stempeltje gehaald en vervolgens lekker op een terasje gezeten al genietend van een overheerlijk typisch Amazonedrankje, nl Guarana. Gemaakt van bessen die alleen in de Amazone groeien.

Amazone tour
We kwam al direct bij aankomst erachter dat iedereen wel met je mee de jungle in wilt, zolang ze maar wat geld kunnen verdienen. Een mannetje probeerde de hele tijd zijn tour aan ons op te dringen. Dit ging zelfs zover dat hij aan Jens (een Deense knul die we hebben ontmoet op de boot naar Leticia) vertelde dat wij 4s ochtends waren geweest en al de tour hadden geboekt. toen wij hem later zagen, konden we het niet later er wat van te zeggen, waarna hij niet wist waar ie het zoeken moest en besloot maar wat meer te slijmen. Wij besloten echter naar de touristinfo te gaan om daar te vragen of er een goede gids was die mogelijk Engels sprak en ontmoetten daar Daniel. Na wat gekletst te hebben, kwamen we tot de conclusie dat we wel met hem voor een aantal dagen de jungle in wilden. Dus gelijk geregeld dat we de volgende dag konden gaan.

Dag 1 spetter pieter pater....
Om 7 uur 4s ochtends stond Daniel al bij ons voor de deur om te vragen of we even een stel kaplaarzen wilden passen. Die hadden we nl nodig voor als we door de jungle wilden gaan banjeren. Half slapend die dingen aangepast, en vervolgens weer in ons bed gaan liggen. Ten slotte hoefde we toch pas om 10 uur weg. We kregen van Daniel een hangmat, dus we konden de onze achter laten (we weten dus nog steeds niet waar die gordijntjes nou voor dienen). We gingen met een klein bootje op pad. Het was erg warm en veel dierenleven zie je dan ook niet echt overdag behalve muskieten. Wel veel ara4s en kleine papagaaitjes die over vliegen. Adolfo (onze bootsman) stuurde de boot heel behendig over de Amazone. Iets wat vrij knap is, want de rivier is hier nl. al behoorlijk breed en vrij snelstromend. We gingen al vrij snel een kleiner riviertje op. Volgens Daniel kan je alleen die rivier op in het regenseizoen, omdat het water dan hoog genoeg staat. Normaal gesproken is het allemaal droog en kan je er gewoon rondlopen. Daardoor was het best wel overbegroeid en moesten Daniel en Adolfo continu alle struiken en takken weghakken. Een heel gedoe en het duurde dan ook best wel lang voordat we bij het dorpje kwamen waar we zouden overnachten.

Het dorpje Sacanbul bestond uit 7 huisjes (ongeveer iedereen was familie van elkaar). We sliepen daar in de 4huiskamer4als je het zo tenminste kan noemen. Nadat we onze spullen gedumpt hadden zijn we weer in de boot gestapt en op zoek gegaan naar de roze en grijze dolfijnen. Die zijn echt heel mooi! De roze zijn dan ook echt zo roze dat Pink Panter er niks bij is. De grijze is juist heel klein, meer een uit de kluiten gegroeide vis. Vervolgens hebben we in ons bootje lekker zitten genieten van de zonsondergang en de dolfijnen. Daarna zijn we op zoek gegaan naar de kaaimannen die daar zitten. Helaas konden we alleen een baby van 1 week oud vinden. De andere zagen ons aankomen vanwege de volle maan en zwommen snel weg.

Dag 2 kromme bananen
Het slapen in een hangmat was vrij moeilijk en we hebben dan ook niet veel geslapen. We lagen bijna dubbelgeklapt als een stelletje bananen met het gevolg dat we behoorlijke dooie tintelbenen kregen. Na te hebben ontbeten en onszelf te hebben gewassen in de rivier, weer in de boot gestapt om naar Isla de los Micos te gaan (monkey island). Wij ons goed ingesmeerd met deet en hoppa de jungle in..... We zagen al vrij snel een hele lading doodshoofdaapjes (jeweetwel die Pippi Langkous aapjes). Vervolgens nog wat verder door de jungle gestruind, waarbij Daniel ons een rank liet zien die vol met water zat wat je gewoon kan drinken. Het probleem is alleen, hoe herken je zo`n rank tussen al die andere kromme kronkelende ranken......Aangezien we flink geklotst hadden met deet, konden we luchtig de jungle in met een topje ipv een soort imkerkostuum........ Nah niet dus!!! Nine kreeg opeens erge jeuk aan haar armen en Hilde ook. Bleek dat we langs een giftige plant waren gelopen. Na een paar uur was het branderige gevoel wel wat minder ( maar volgende keer toch wel lange mouwen aan dus!!).

Doorgegaan naar het volgende dorp waar we zouden slapen nl Bella Vista. Onderweg in het donker nog gezocht naar alligators wat helaas weer moeilijk lukte. Bella Vista is in vergelijking met het vorige dorp echt een groot dorp...d`r stonden zo4n 100 huizen. Een paar hadden een generator en dus electriciteit. Echt heel grappig om te zien hoe zo4n dorp in elkaar steekt. Eerst zaten een stel jongens elkaar achterna met een plastic zak met water om elkaar nat te gooien, maar zodra er in 1 huis de tv aanging, werd het spel vergeten en vrolijk door de open deur naar binnen gekoekeloerd. Van alle kanten kwamen de mensen aan rennen om rijen dik naar binnen te kunnen kijken naar een film. Echt zo grappig om te zien want dat was de enige tv in het dorp dus je kan je voorstellen hoe graag iedereen even wilde kijken. Weer de hangmat uitgegooid om te snurken, wat dit keer veel beter ging dan de vorige nacht. We zijn er nl achter gekomen dat je schuin in die dingen moet liggen!

Dag 3 hapsnap-werk
Vroeg wakker geworden en aangezien dit dorp een heuse pomp had dacht we ons daar even lekker te gaan wassen. Nou binnen een paar seconden stond er een hoop klein grut naar ons te kijken, we hebben dus alleen de oksels en gezicht maar geklotst en de rest voor gezien gehouden. Na een stevig ontbijt zijn we weer in de boot gestapt en op weg gegaan naar een goede plek om piraqa4s te vissen. Dat was toch nog wel moeilijker dan we dachten. Het is zeker weten makkelijker dan vissen want je hoeft geen uren stil te zitten, maar die beesten zijn zo snel dat ze voor je het weet al het aas van je hengel hebben gesnoept. Dus weer op nieuw een stukje kip aan de haak en weer proberen. Maar we hebben ze lekker wel gevangen, hah!

Vanuit een ander dorp zouden we de jungle in gaan, helaas kon onze gids niet mee omdat hij een wond had aan z4n been. Dus zouden we met een indiaan van daar de jungle in gaan die een naam had die leek op Amadeus (laten we hem dus maar zo noemen) om een nachtelijkse wandeling te maken en daar te overnachten.

We pakten onze tassen met hangmatten en samen met Jens, Amadeus en 2 van zijn dochters (rond een jaar of 9 a 10 oud) gingen we de jungle in terwijl het donker was. Daniel en Adolfo bleven bij de boot. In het donker door de jungle banjeren met een piepklein zaklampje is best pittig. Je ziet vrij weinig en moet dan ook nog eens opletten als je over zelf geinproviseerde bruggetjes moet klauteren (kleine brakke boomstammetjes die behoorlijk wiebelden). Bij de plek aangekomen waar we zouden overnachten, de hangmatten tussen de bomen vastgeknoopt. Daniel had aan Amadeus eten mee gegeven, dus kregen we als avondeten knakworst op brood. Amadeus en zijn kids spraken een combinatie van Spaans met koeterwaals waar we geen biet van verstonden dus het was echt handen en voeten werk. Amadeus pakte dus het blik knakworst en we begrepen zoiets als zakmes. Dus Hilde gaf `m die van haar om het blik open te maken. Blijkbaar had hij nooit eerder vlees in blik gehad, want hij opende het mes en begon flink op het blik te rammen. Hilde moest proesten van het lachen en Nine probeerde hem uit te leggen hoe het moest en haalde de blikopener eruit. Er kwam gelijk een soort 4ahaa4 geluid, waardoor wij dachten dat hij het snapte maar hij ging daarna vrolijk verder met timmeren op het blik alleen nu met de blikopener. Dus Nine bood aan om een handje te helpen.

Nine had nog een kaars bij zich dus die maar aan gestoken voor een beetje licht (ipv een zaklantaarn) en toen kwamen we op het lumineuze idee om schaduwpoppetjes te maken met de hangmat als scherm. Eerst dus een vogel, olifant, hond en konijn gedaan en toen papier en schaar gepakt en aan de knip gegaan. We besloten met de papieren poppetjes een soort mini-optreden te houden. Alles werd aandachtig gevolgd door de 2 meiden en met een hoop gegiegel probeerden ze het ook. Zelfs Amadeus zat aandachtig te kijken...hij zal wel gedacht hebben dat we van lotje getikt waren, maar goed...

Daarna richting hangmat waar we al zagen dat er lekker veel beestjes en muskieten in en aan onze klamboes hingen. Die er dus uit gebonjourd en toen lekker in ons hangmatje gaan liggen en hopen dat er geen slangen waren die op zoek waren naar warmte..bbrrrrrr! Met goeie hoop onze oogjes dicht gedaan...helaas hield de rest van de jungle hun snaveltje niet! Wat een herrie maakt die jungle zeg, een hoop vogelachtig geschreeuw, geritsel om je heen enz. Nine zat lekker met een kakkerlak onder de klamboe en die had blijkbaar besloten dat ie haar gezicht een heerlijk plekje vond voor de nacht. Dus elke keer als Nine bijna in slaap was vloog ie op haar gezicht. beetje irritant, maar ach liever een kakkerlak dan een tarantula.... Hilde zag nl de schaduw van een beest zo groot als haar vuist langzaam aan de buitenkant van haar klamboetje lopen. Ze bedacht dat als ze zou weten wat het was, ze helemaal geen oog dicht zou doen. Dus tegen het beest gezegd dat ze het prima vond zolang die maar aan de buitenkant zou blijven en zich weer lekker omgedraaid (figuurlijk gesproken dan).

Amadeus zou rond een uur of 3 4s nachts even weg gaan om te jagen omdat zijn gezin natuurlijk ook moet eten (we vermoeden dat hij aan veelwijverij doet, want er liepen echt een hoop vrouwen en kindergrut rond zijn huis die erg blij waren met onze geviste pirana4s en er een lekker soeppie van gingen maken). Hij had van Daniel 3 kogels gekregen en van een soort buurman een geweer geleend.

Dag 4 de volks(-stam) verhuizing
's Ochtends met het krieken van de dag wakker, uit onze hangmatten gekropen en op de bamboeblader-hoop gaan zitten terwijl Amadeus een vuurtje maakte voor de koffie. De overgebleven broodjes werden tevoorschijn gehaald en de ananas werd gesneden. In de pan met kokend water werd de koffie met suiker en melk geflikkerd en net op het moment dat het ontbijt klaar was, kwam er een hele volksstam aan gewandeld die gezellig een bammetje mee at. Hilde bood na het eten de mannen een sigaret aan waarna een knulletje van een jaar of 8 ook haar kant op kwam stiefelen voor een peuk. Toen hij haar verbaasde blik zag, werd hij heel verlegen en kroop hij snel achter een boom. Daarna aan de wandel gegaan en onderweg een grote vogelspin gezien die Amadeus had uit gegraven, toen Hilde het beest zag begreep ze dat zo`n beest vrolijk over haar klamboetje had gelopen. Amadeus bleek `s nachts niet uit jagen te zijn geweest en besloot samen met de mannen te gaan jagen en dus lieten we hun achter en klosten met onze grote laarsen (als een stel olifanten in een porceleine kastje) achter de meiden en het knulletje aan die blootvoets rond banjerden. Eenmaal terug snel onze laarsen uit geschopt om een plons in de Rio te nemen, he dat was lekker. Een buurman vroeg of we een boa constrictor wilden zien, nou wilden we wel hoor, dus wij richting het huis, waar ze een 3 meter lange slang als huisdier hadden. Ze hadden ook een schorpioen aan een touwtje, waarvan ze het gif gebruikten om op pijlen te smeren om apen uit de boom te schieten. Ja ... blij dat ze in Nederland gewoon een kat en hond als huisdier hebben! Nadat we daar gegeten hadden gingen we weer terug naar de bewoonde wereld.

De boottocht naar Manaus
Voordat we de boottocht naar Manaus wilden doen eerst even flink eten in geslagen. We waren in een winkel Nederlandse kaas in blik (?) tegengekomen, dus honger zouden we niet lijden. Er lagen twee boten klaar om af te varen dus we konden voor een leuk prijsje mee, omdat ze met elkaar concureerden. Op de boot onze prachtige hangmatten met gordijntjes vastgeknoopt. Het werd steeds voller op de boot en op een gegeven moment waren alle hangmatten zo dicht naast elkaar geknoopt, dat je je wel een beetje als een sardientje in blik voelde. Je zat bij wijze van de adem van de ander lekker in te ademen. Maar het was wel er gezellig. Veel leuke mensen ontmoet en gezellig geprobeerd Spaans te kletsen, wat vrij rottig ging, omdat iedereen uit andere gebieden of een ander land kwam en daardoor ook een ander accent had. Gelukkig waren er ook wel Zuid-Amerikanen die Engels spraken en natuurlijk ook gewone Gringo toeristen.

De maaltijden waren niet om over naar huis te schrijven (behalve het ontbijt wat super was, witbrood met kaas of worst, lekker gewoon dus). We kregen de ene dag een mix van rijst pasta letterlijk in stukken gehakte kip en yuca (da4s een soort van casave en ze zijn er hier helemaal weg van om het tot een soort vogelzaad te vermalen, bleh!) en de volgende dag gingen alle kliekjes gewoon weer in een grote pan en werd er een soepje van gemaakt.... Blij dat we onze Hollandse kaas met crackers hadden meegenomen.

Het was heel mooi en zo apart om ineens de bewoonde wereld te zien opdoemen. In Tabatinga en omgeving is nl helemaal niets, behalve de Amazone. Tabatinga en Leticia zijn de enige twee redelijk grote dorpen in de omgeving. Daarna komen alleen maar kleine dorpjes, maar aan het einde van de derde dag zagen we ineens ontzettend veel lichtjes en bleken we dus een grote stad te passeren. Daarna zagen we de ene grote stad na de andere. En weg was de Amazone, hallo landbouw....

Wat ook echt heel apart was, was het mixen van twee rivieren. Bij Manaus komen nl. twee rivieren bij elkaar. De een heeft een modderkleur (Rio Amazonas) en de ander juist een heel donkere bijna zwarte kleur (Rio Negro). Daardoor krijg je een beetje het idee dat je zit te kijken naar een hele grote bak koffie met een wolkje melk.

We krijgen de hang te pakken wat betreft het maffen in een hangmat. En we zijn er ook achter gekomen waar die verschrikkelijke gordijntjes nou voor dienden. Wanneer het fripsjes wordt, kan je ze lekker over je heen draperen als een soort van dekentje.

De laatste nacht op de boot hebben we alleen niet zo lekker geslapen. De reden hiervoor was dat ze op de boot een soort van feest hadden (bingo avond waarbij zelfs de grootst mogelijke macho probeerde een prijs in de wacht te slepen) en de bijbehorende hoeveelheid drank. Op zich geen probleem en heel gezellig, maar het enige nadeel was dat een knulletje blijkbaar niet zo goed tegen alcohol kon en dus de hele nacht vanuit z4n hangmat alles heeft liggen onderkotsen. Erg ranzig want zijn hangmat hing twee hangmatten verderop (denk aan de sardientjes in blik, er werd dus eigenlijk praktisch tegen onze hangmatten aan geboerd!). Gelukkig heeft ie niet onze tassen ondergekotst!

Toen we eindelijk van de boot af waren, voelde we ons zo krom als een banaan!!! 3 Nachten in een hangmat is een beetje te veel van het goede. We zijn benieuwd of we na zoveel hangmatten wel weer kunnen wennen aan een lekker plat matras......

Peru
12 maart 2005

Piura
Vanaf Ecuador zijn we de grens met Peru overgegaan bij het plaatsje Macara. Niet de gebruikelijke overgang aan de kust die de meeste mensen gebruiken (want daar stonden nu allemaal boze boeren met rot fruit te smijten), maar een klein bergplaatsje ten zuiden van Loja. De grensovergang ging ontzettend soepel, dus in een poep en een zucht stonden we aan de Peruaanse kant. Vanaf de grens reden we door naar Piura, waar het zo achtelijk warm en vochtig was dat het voor ons wel erg wennen was. Maar het was wel een goede oefening voor wat ons straks te wachten staat in de Amazone. Piura zelf is echt saai, dus zijn we gelijk de volgende dag weer vertrokken, richting Trujillo.

Trujillo
In Trujillo zijn we naar twee pre-Inca sites geweest. De eerst was de piramide van de zon en de tweede een geheel echte argeologische site: El Brujo. Deze site is officieel niet open voor toeristen, maar onze gids was bevriend met de argeologen daar. Echt waanzinnig om op een argeologische site te zijn en te weten dat je eigenlijk aan het ´trespass-en' bent. De bewaker was echt heel relaxed over alles. Eigenlijk mag je daar niet zijn, maar geen probleem, ga het gelijk ook maar even van dichtbij bekijken!! Oh en zitten de muurschilderingen achter een groot doek verscholen (vast en zeker voor een goede rede), geen probleem, halen we toch zo even opzij. En eigenlijk mag je hier geen foto´s maken....maar ach!!! Maar goed, voor ons was dit dus een uitgelezen kans. El Brujo is een tempel die is gebouwd door de Moche (een soortgelijke beschaving als de Inca´s). Het was bij de Moches gebruikelijk om menselijke offers te brengen aan de goden. Dit ging op heel gruwelijke wijze. Gevangenen werden naar de offeringsplaatst gebracht en daar werd een voor een de strot doorgesneden. De priester dronk vervolgens het bloed van elk slachtoffer. Van tevoren werden de gevangenen vaak gemarteld, of het soldaten waren of een bepaalde minderheidsgroepering is alleen niet bekend. Maar goed, blijkbaar deden die mensen alles om hun goden gelukkig te maken. Zelfs in de fresco`s van op bijna ware grote menselijke figuren waren in de benen en voeten, echte botten ingemetseld om het realistischer te laten lijken. Het gebied waar wij liepen was ook bezaaid met botten, stukjes stof van kledingstukken en we zagen zelfs een pluk haar uit de grond komen. De bewaker vertelde dat we daar maar beter niet aan konden komen, want het haar mocht nog wel eens vastzitten aan een hoofd (yak!). Heel apart hoor om daar tussendoor te lopen en te weten dat het allemaal echt is. Alles blijft er heel goed bewaard omdat het er droog is en praktisch nooit regend.

Iquitos
We besloten met de bus naar Lima te gaan om vanaf daar met het vliegtuig naar Iquitos te gaan. Het uitzicht vanuit het vliegtuig over de Amazone was echt indrukwekkend en ontzettend mooi. Overal alleen maar groen en dan opeens een bruine sliert die als een slang door de Amazone kronkelde; de Rio Amazona.

Tot onze grote verbazing was het eigenlijk koeler hier in Iquitos dan dat het was in Piura. Blijkbaar is dat gebruikelijk, aangezien de luchtvochtigheid zo hoog is dat, als het maar een beetje te warm en te vochtig wordt, het weer gaat regenen zodat het wat afkoeld. ´s Avonds onze eerste blik op de rivier geworpen en Nine vertelde net aan Hilde hoe graag ze een echte sjamaan tegen zou willen komen in de jungle......en wat komt daar aangelopen..... Een ontzettend raar figuur die ons vertelde dat hij sjamaan was en dat ie hand kon lezen, kaart lezen enz... Hij wilde ons dat graag laten zien en pakte Nine´s hand vast. Na eerst grondig haar wat te kronkelige levenslijn te hebben bestudeerd, werd er diep in haar ogen gekeken en met veel wijsheid gezegd: "Je moet geen pittig eten eten, want dan krijg je last van je buik....." Oef tegen zoveel wijsheid kan toch niemand op!!! Aangezien wij hierna ook wel door hadden dat we te maken hadden met een verre neef van Jomanda, lieten we het daar maar bij. Hij ging toen druk in de weer met het neerleggen van een tafelkleed op de straat, waar 2 kruizen met rozenkransen werden opgezet, samen met een flesje parfum, tarot-kaarten en een kaars..... Toen was het wachten geblazen op een klant. Tijdens het wachten kwamen er 2 andere knullen bijzitten waarvan er 1 een beetje engels kon praten. Die pisten in hun broek toen we vertelden dat die wachtende figuur naast ons, een sjamaan was. Ze vertelden dat echte sjamanen in de jungle zitten en absoluut geen kruizen met rozenkransen gebruiken. Waarschijnlijk merkte onze neppe sjamaan wel dat we het over hem hadden en aangezien er toch geen klanten kwamen droop hij af. Oww.... hij had trouwens wel een rete goeie truck, onze Hans Kazan in de dop! Met veel mysterie pakte hij een aansteker en een sigaret en stak de peuk aan door hem 5 cm boven het vlammetje te houden, toen kwam er een hoop gewiebel met zijn wenkbrauwen zo van...jahaa... doe dat maar eens na ! Goeie mensen wat een druiloor zeg. Wij maar een duim op gestoken en waarderend zitten knikken. We vonden die truck namelijk al veel smakelijker dan het feit dat hij, vol trots, zijn lange oorharen aan ons had laten zien. Nou, in ieder geval was Nine na deze ontmoeting hevig genezen van de wens ooit nog eens een sjamaan de hand te willen schudden.

Met een kano zijn we langs een gedeelte van Iquitos gegaan waar alle huizen in het water drijven en dus in het regenseizoen wel zo´n 3 meter steigen. Erg grappig en het deed ons ontzettend veel denken aan Vietnam. De uitstraling was precies hetzelfde.

Ook hebben we in Iquitos foeilelijke hangmatten gekocht voor onze boottocht over de Amazone. Het zijn vrij grote hangmatten met ontzettend mooie gordijntjes aan de zijkant. Toen Hilde en ik er hard om moesten lachen, reageerde de mensen van die winkel een beetje gepiekeerd. Blijkbaar heeft die vitrage aan de zijkant een heel handige functie, alleen hebben wij nog geen flauw idee wat dat zou kunnen zijn! Komen we waarschijnlijk wel achter als we ze gebruiken tijdens onze tocht door de Amazone.......

Ecuador
26 februari 2005

Quito
GROMMMMMMM, wat hebben wij nu een pesthekel aan Amerika zeg!!!!! Ja je zult wel denken, dit gaat toch over Ecuador...wat heeft Amerika hier mee te maken dan?? Nou, we hadden daar nl. vanaf Mexico een tussenstop. Alles ging prima, werden weer als vanouds behandeld als een stel topcriminelen enzo. Komen we in Quito aan, ziet Nine ineens dat haar flightbag open was gemaakt. Na dit aan Hilde te hebben verteld, zag ook zij dat haar tas open was. Bij haar waren ze echter wat grondiger te werk gegaan. Ze hadden nl. het slot op haar tas kapot geknipt en alle spullen overhoop gehaald en het buitenlands geld (wat we nog hadden van China en Cambodja en zo) eruit gehaald. Daarvoor moesten de goorlakken wel in Hildes gore was (lees vieze onderbroeken) graaien....gna gna gna! We stonden in eerste instantie een beetje gedesillusioneerd naar de tas te kijken...denk je al die tijd Mexico City overleeft te hebben wordt je op het vliegveld nog bestolen!!!! Nee leuk!! Opeens kregen we een klein rond groen stickertje in het oog waar op stond 'cleared by the Miami security'. Wij gelijk op hoge poten naar de bali van American Airlines, waar we van een vrolijke tutmuts te horen kregen dat de security het recht heeft om door vieze onderbroeken te snuffelen en dat zij hun happy travellers altijd aanraden hun tas niet op slot te doen. Nee logisch, vlieg je vanaf Colombia bijvoorbeeld...He mevrouw, hoe komt u aan die kilo4s cocaine in uw tas? Tja, probeer dan maar uit te leggen dat een vriendelijke mevrouw je heeft aangeraden je tas open te laten en dat je echt geen flauw idee hebt waar die kilo4s nu toch ineens vandaan komen.... Gelukkig kwam Hildes tas er nog goed vanaf; een vrouw achter ons had een tas die helemaal opengesneden was (en die tas zat niet eens op slot!).

Ook al was de aankomst dan niet zo lekker in Ecuador.. opweg naar ons hotel werd ons al snel duidelijk dat er een groot feest aan de gang was. De "Viva Quito" week ofwel de stichting van Quito die heel luidruchtig werd gevierd. Grote trucks met hoempapa-muziek reden door de straten en we hebben nachtenlang mee liggen swingen in ons bed op populaire spaanse muziek.

We waren er in Mexico al achter gekomen dat we nodig een Spaanse cursus moesten hebben, want met 4ola!` kwamen we niet ver. Dus besloten we na aankomst in Quito gelijk op zoek te gaan naar een goede school waar we een weekje Spaanse lessen konden krijgen. Dat bleek Baraca te zijn. We besloten voor 30 uur in de week te gaan (wat dus 6 uur op een dag inhoud) en dat was eigenlijk wel een beetje teveel van het goede. We voelden ons weer een beetje terug in de schoolbanken tijden de franse lessen. En het werd dus ook al snel duidelijk dat wij toch echt niet heel stiekum ergens een talenknobbel hebben zitten, balen!!! De lessen waren compleet in Spaans en voor ons dus vrij inspannend. Na die week was ons Spaans dus ook nog best wel slecht, ons Engels superbrak en ons Nederlands alsof we al twintig jaar in het buitenland hadden gezeten en nooit meer Nederlands tegen waren gekomen. Maar we zijn uiteindelijk wel erg blij dat we de lessen hebben gevolgd, want anders hadden we ons nooit zo kunnen redden als nu. Om maar even een voorbeeld te geven van onze ervaring voor de cursus: Hilde had nogal last van diaree en we besloten naar de apotheek te gaan om te kijken of ze er iets voor hadden. Na met handen en voeten uit te hebben gelegd dat ze aan de schijt was, kregen we een mooi potje pillen. Hilde gelukkig en gelijk natuurlijk een lading van die pillen achterover gegooit. Na twee dagen was het alleen nog niet minder....sterker nog...ze kwam bijna helemaal niet meer van de pot af. Na voor de zestigste keer alle badkamertegeltjes te hebben geteld, toch maar aan onze spaanse lerares gevraagd wat er toch in die pillen zat.....bleken het laxeerpillen te zijn! Nee dat werkt als je aan de schijt bent!

We hebben zonder het te weten wat het was een lokale delicatesse aangenomen. Een leraar van de spaanse school had een zakje bij zich met daarin rare bruine stukjes die er een beetje uitzagen als een honingraad. Toen we het roken vonden we de geur al niet echt maar Hilde nam een grote hap en bleef een behoorlijke poos erop knagen. Na het met veel moeite te hebben doorgeslikt vroegen we wat het was en met een ontzettend blij smoelwerk vertelde hij dat het koeienmaag was.....JAKKKKKKKKK!

Ook zijn we nu eindelijk achter de nadelen van een dormitory gekomen. We sliepen in een kamer waar 3 stapelbedden stonden en alle onderste waren al bezet. Wij dus allebei in een bovenbed gekropen. Die bedden waren zo brak dat we bij het erin klimmen al bang waren dat ie in elkaar zou storten. Hilde werd om 4 uur snachts wakker van haar onderbuurvrouw die blijkbaar een vent in haar bed had liggen waar ze mee lag te foezelen en te smakken. Helaas kon Hilde het hele gesprek volgen en het leek of alle zinnen regelrecht uit een zoetsappige bouquette reeks kwamen. Ze zaten behoorlijk te draaien om een beetje makkelijk te liggen in een 1 persoonsbed en Hilde ging daardoor heen en weer als een storm op zee in haar bovenste bedje (de arme meid). De vraag is dus of Hilde nou misselijk werd van dat gezwijmel of van het wiebelen. Nine was ondertussen ook wakker geworden en lag zich helemaal te bescheuren, en had medelijden met haar (jaja)!!! Gelukkig gingen ze na wat gesmak en gefoezel slapen, pfiew.

Dicht bij Quito ligt `mitad del mundo' ofwel de evenaar. De ultime proeven dat je op het middelpunt zit, is dat op het zuidelijk halfrond het water in de gootsteen met de klok meedraaid. Op het noordelijk halfrond draaid het tegen de klok in. Precies op de lijn van de evenaar gaat het water recht naar beneden. Om de proef duidelijk te maken waren er blaadjes ingelegd en die draaiden niet eens rond. 3 Meter naar de ene of de andere kant draaide het water wel als de stop eruit werd getrokken, heel gaaf om te zien! De mensen die hier vroeger woonden (pre Inca) wisten al dat ze in het midden zaten, ze hebben dus ook een tweezijdige zonnewijzer. De ene helft van het jaar schijnt de zon uit de richting van het zuiden en de andere 6 maanden uit het noorden. Precies op de equinox, ofwel zonne- en winterwende heb je dus daar om 12 uur smiddags voor ongeveer 2 minuten geen schaduw, omdat de zon recht boven die plek staat. Gaaf he, ben je gewoon 4 minuten in een heel jaar net een VAMPIER....whoehahahahaha. Het schijnt ook doordat er dus 2 krachten over de aarde gaan die elkaar opheffen in het middelpunt van de aarde en dat je alleen daar een rauw ei kan laten balanceren op een omgekeerde spijker omdat de balans daar veel groter zou zijn. Het schijnen dezelfde krachten te zijn die er ook voor zorgen dat er tornado4s en draaikolken ontstaan, vandaar dat die hier ook niet tot nauwelijks voorkomen omdat ze elkaar opheffen.Ook weeg je daar een kilo minder, dus overgewicht komt hier ook bijna niet voor. Iets wat eigenlijk helemaal niet te maken had met het middelpunt van de aarde, maar wat we wel ontzettend fascinerend vonden om te zien was een ingedroogd mensenhoofdje van een jongetje van 12 jaar. Het hoofdje was namelijk 10 cm bij 5 cm. de reden dat dat hoofdje zo klein is, is omdat er vroeger in de Amazone koppensnellers rondliepen die het erg leuk vonden om de hoofden van hun vijanden te verzamelen. Ze haalden namelijk de kaak, schedel, ogen en dat soort dingen uit het hoofd en de hersens aten ze op. De rest kookten ze op een bepaalde manier en als het hoofdje klaar was naaiden ze de oogleden en lippen dicht zodat de geest niet kon ontsnappen om het dan aan hun gordel te hangen en er lekker over op te scheppen bij vrienden (pfff mannen!).

Baqos
In Baqos waren we van plan een lekker stuk te fietsen. In de lonely planet stond een route die volgens hen 60 kilometer bergafwaards was. Wij, sportievelingen, dachten dat we dat wel even makkelijk konden doen, totdat bleek dat het helemaal niet de hele tijd heuveltje af was. De route ging door tunnels, onder watervallen door en na 30 km kwamen we bij een ontzettend grote waterval `Pailon del Diablo4. Daar wat gedronken en uitgepuft, vervolgens hadden we alleen niet veel puf meer om verder te gaan en besloten we een bus terug te pakken naar Baqos. Baqos zelf is echt een ontzettend leuk stadje om rond te verblijven. Ze hebben hier een aparte manier om toffees te maken. Elke winkel heeft een houten haak in de deurpost hangen waar een grote sliert toffee aan wordt gehangen. De eigenaar trekt eraan tot het zo dun is als een touwtje en slaat het vervolgens nog eens om de haak. Dit wordt ongeveer de hele dag door af en aan tussen de klanten door gedaan. Het toffee hier is dan ook de beste van heel Ecuador en is mierzoet! En ook hier zaten we weer in een feestweek, de oprichting van Baqos. Alleen hadden we nu geen grote trucks maar `blije4 schoolkinderen die met hun triangel en trommel de hele dag door de straten macheerden.

Riobamba
We waren in Riobamba en hadden besloten de beroemde Duivelsneus treinrit te doen. Vanaf Riobamba maakt je dan een zeven uur durende treinrit door de hooglanden van Ecuador en komt langs typische indianendorpjes. Er was ons gezegd dat we heel vroeg aanwezig moesten zijn om een goed plekje te kunnen bemachtigen bovenop de trein. Dus al gapend en kontkrabbend stonden we 4s ochtends om 5 uur naar het gesloten hek van het treinstation te staren. Er stonden en lagen ook een paar dronkelappen rondom het hek en toen die behoorlijk in ons nek begonnen te hijgen (waarschijnlijk ook uit nieuwsgierigheid) werden we geadopteerd door een lokale familie die ook stond te wachten voor het hek. Ze gingen om ons heen staan terwijl ze ondertussen iedereen het boze oog toe wierpen die ook maar een beetje aanstalten maakten om met ons te praten. De trein kwam wat later dan verwacht maar om 7 uur was het dan zover. We zaten op een kussentje bovenop het dak van de trein. Het was wel erg koud, vooral omdat de wolken heel laag waren en de zon nog helemaal niet scheen. Het uitzicht was wel erg mooi, we zagen veel van die leuke vrouwtjes met vlechten, vel gekleurde kleren en zo`n bolhoedje op. Omdat we bovenop het dak zaten, konden we die lekker ongezien bespieden en foto4s maken. We zijn dus blijkbaar naar die rots gegaan die op de neus van de duivel moet lijken maar daar moest je wel erg veel fantasie voor hebben want wij zagen het er totaal niet in.

Cuenca
Om nou te zeggen dat we Cuenca heel bijzonder vonden....nou nee. Maar dat komt waarschijnlijk door het feit dat wij met ons hotel direct boven de fruitmarkt zaten en het dus alle dagen in ons kamertje rook naar een vuilnisbelt. Gelukkig dat we naar Inca Pirca konden om wat frisse lucht op te snuiven. Inca Pirca is een oude Inca ruine met heel veel llama4s. Niet echt heel erg bijzonder maar wel leuk om gezien te hebben. Het leukst was eigenlijk een dove artiste die daar kaartjes verkocht met pentekeningen die ze zelf gemaakt had, we hebben er 2 van gekocht.

Montanita
Na lang twijfelen besloten we toch maar naar de kust te gaan voor kerst en oud en nieuw. We kwamen terrecht in Montanita, in hotel Vito, gerund door een Zwitserse knul die was getrouwd met een ecuadoriaanse. We hadden daar een bamboehutje met een groot bed met klamboe en omdat we aan het strand zaten kon je lekker in de gezamelijke hangmatten hangen. Ook kwamen we daar het Zweedse stelletje tegen wat we in Quito hadden ontmoet, Frieda en Peter. De eerste dag lekker aangekeuteld in onze zwemkleren, gelukkig waren we nog een beetje bruin van Fiji dus liepen we er niet bij als een stel yoghurt pakken. we besloten eens flink actief te doen en een cursus 'hoe-wordt-je-een-coole-surfbabe-in-1-uur' te doen. Het zag er allemaal zo makkelijk uit....dat moesten wij toch ook kunnen. Je krijgt een surfplank waar je op moet gaan liggen en dan met je handen peddelen richting de golven. Als je denkt dat er een goeie aankomt moet je als de sodeflikker omdraaien en voor de golf uitpeddelen. Op het moment dat de golf jou pakt moet je zo snel mogelijk proberen te staan en dan surfen maar! Niet dus....zodra je evenwicht niet goed is verlies je de controle over de plank en word je ondersteboven gesleurd door de golf en onderwater door het zand gesleept. Je bord zit ook nog aan je enkel vast met een touw en als je denkt dat je dus bent uitgesleurd dan krijg je nog de ruk van je plank aan je been. We hebben het voor elkaar gekregen om een paar keer te staan (maar dat was echt maar voor een paar seconden, voordat je weer zand zit te happen). We zaten dus onder de blauwe plekken, geschaafde knieeen en pijnlijke ribben (Nine had uiteindelijk ook nog eens de surfplank in haar giegel gekregen en zag er dus echt uit alsof Hilde haar had mishandeld) maar het was wel echt gaaf. We hebben ook een keer bodyboarden geprobeerd. Dat is een stuk makkelijker. Het plankje is namelijk maar zo groot als je boven lichaam en je hoeft niet te staan maar je rijdt gewoon op de golf mee.

Aangezien Hilde vrij lang is en blond haar heeft met blauwe ogen, proberen de meeste mannen wel een lulpraatje aan te gaan. Helaas zijn ze niet altijd even wel gearticuleerd. Zo waren Hilde, Nine en Frieda (de zweedse meid) aan het kaarten toen er zo4n knakker langs kwam die echt overdreven onze aandacht probeerde te trekken. Hij was al een paar keer langs gestiefeld tot hij de moed bij elkaar had geschraapt om wat in het spaans tegen Hilde te zeggen. Hij begon met..tus ochos blabla. Het gedeelte over haar ogen begrepen we nog wel maar de rest niet. Hij begon gebaren te maken met zijn handen alsof ie aan het eten was. Frieda vertaalde dat dus door te zeggen: hij wil je ogen opeten. We pisten in de broek van het lachen terwijl die arme knakker maar probeerde wat te zeggen. Er kwam een vriend bij staan die probeerde te vertalen in het engels en toen werd het...your eyes are in his hole..! Nou dat was helemaal een giller, gelukkig kwamen we er al snel achter dat hij probeerde te zeggen dat Hildes ogen in zijn ziel zaten, waarna Hilde een paar keer heel blij met haar ogen heeft zitten knipperen en bedankt heeft gezegd (toen droop hij maar af). We hebben nog wel na zitten hinniken. Wat waren die gasten daar een stel gladjakkers zeg, hihi. Maargoed...

Met oud en nieuw zijn we samen met een engelse knul en met Frieda en Peter wat gaan eten om daarna door te gaan naar het strand. Daar zouden ze namelijk poppen verbranden. De traditie hier in Ecuador is namelijk om een pop te maken van papiermache en die dan alle dingen vertellen die slecht zijn geweest in het afgelopen jaar, daarna steken ze hem dus in de fik om 12 uur en maar hopen dat het volgende jaar beter zal zijn. Om de pop nog even een handje te helpen met verbranden, gooien ze er hele ladingen rotjes in. Onze traditionele nieuwjaarsduik was heerlijk, we snappen dan ook niet dat mensen zich helemaal insmeren met vaseline tegen de kou....helemaal nergens voor nodig hoor, watjes! TROUWENS.....GELUKKIG NIEUWJAAR IEDEREEN!!!!!!!!!!!!

Vilcabamba
We besloten een alternatieve route naar Peru te nemen die ervoor zorgden dat we langs het kleine dorpje Vilcabamba kwamen. Hier liepen we tegen een Nieuw Zeelander aan die hier woont en met paarden en touristen de bergen in gaat. De dag erna zijn we dus met Gavin (de Nieuw Zeelander) het zweedse stelletje en met een knul uit Algarije de bergen in gegaan om paard te rijden. We kregen allebei een stel rare paarden. Het paard van Nine was een grote wandelende angsthaas die het liefst bij haar op schoot had willen zitten en die van Hilde was uhhhmmm een kreng dat iedereen probeerde te schoppen die achter hem liep, waardoor Hilde dus altijd achteraan moest rijden. Vanaf het dorp zijn we richting de bergen gegalopeerd dus we moesten ons echt goed vasthouden. We hadden in het dorp al instructies gekregen hoe je je paard moest stoppen en vooruit moest krijgen maar dat galloperen zat er nog niet zo in. We zijn dus helemaal omhoog gegaan naar de hut van Gavin waar we na 5 uur rijden aan kwamen. Tegen die tijd hadden we het rijden wat meer onder de knie. Sturen hoefde niet heel erg want de paarden hadden het pad al zo vaak gelopen dat ze wel wisten hoe ze moesten gaan en ze kunnen toch veel beter zien en horen dan wij.Tegen de tijd dat we aankwamen waren ons achtersten 1 grote blauwe plek en kwamen we bijna niet meer uit het zadel van de spierpijn. Lekker een grote bak ships met drinken zitten wegwerken terwijl we wachten op het avondeten en genoten van de zonsondergang. We sliepen in een zelf getimmerde hut. Lekker gegeten en toen soezerig zitten kletsen totdat we naar bed gingen. Toen we de derde dag ons kont weer in het zadel moesten hijsen om terug te gaan had het de hele nacht geregend en het was erg glibberig. Nine4s paard had een ontzettend uitgebreide gebruiksaanwijzing. Blijkbaar hielt ie niet van rare dingen die hij nog nooit gezien had, honden en plastic. Dus toen Nine op zijn rug klom en haar regenpak wilde aantrekken, werd het beest helemaal gek en wilde er bijna vandoor galloperen. Gelukkig wist Nine 4m nog in bedwang te houden totdat Gavin eraan kwam en is toen maar als de sodemieter eraf gegaan om haar regencape weer uit te trekken. Dan maar nat! Door de regen waren alle paden in modder veranderd en we hebben dan ook een heel stuk gelopen terwijl de paarden voorop liepen. Na een poosje konden we weer in het zadel. Op een gegeven moment moesten we afstappen omdat verderop een koe in de nacht van de berg was gevallen en dood op het pad lag. We moesten de paarden erlangs leiden maar deze werden helemaal knetter van angst en renden als een bezetene de helling weer op. Toen we ze er eindelijk langs hadden, vertelde Gavin dat paarden erg bang zijn voor iets doods en dat ze dat soms zelfs al zijn van een bot wat op de grond ligt. Verder naar beneden gereden en daarna in gallop naar het dorp. Blijkbaar zaten we nu veel beter in het zadel want onze bips deed veel minder zeer en we hadden ook niet het gevoel dat als een zoutzak op het paard te zitten. Het galopperen ging nu ook veel beter en we hadden het gevoel te vliegen! We vonden het waanzinnig en gaan zeker in Bolivia weer rijden!

Mexico
14 januari 2005

Mexico...Mexiehiecooooooooo.....het land van al mijn drohomen!!! Jajaja, na een ontzettend lange vlucht waren we dan toch eindelijk aangekomen in Mexico. We hebben ons natuurlijk wel voorbereid en alle sieraden afgedaan en vervangen door plastik of houten meuk wat prima gejat mag worden. De reden hiervoor is dat Mexico-stad ontzettend bekent staat om zijn zakkenrollers en berovingen. Iedereen die we tot nu toe hebben gesproken die in Mexicostad was geweest, is wel beroofd. Nou dat laten wij ons toch zeker niet overkomen (hopen we...)

Dus in de taxi gestapt en ons lekker voor ons hostel laten afzetten. We bleken echt rete goed te zitten, midden in het centrum met uitzicht op de kathedraal. De eerste indruk is in elk geval heel erg positief, alles straalt een hele gezellige sfeer uit. We hebben net een hele poos door de straten zitten hobbelen en voelen ons weer een beetje terug in Azie, omdat we (vooral Hilde natuurlijk) weer net zo worden nagegaapt vanwege ons uiterlijk en lengte. Nu moeten we alleen nog even een mondje spaans kunnen kletsen, maar daar hebben we gelukkig alle tijd voor. We waren eerst van plan een weggooi camera te kopen maar hebben in plaats daarvan een hele gewone camera gekocht die echt heeeeeeeel goedkoop was en prima werkt (voor 12 dollar mag je niet klagen).

De volgende dag eerst wat geld gepint. Toen we uit de bank kwamen lopen zagen we de hele straat met open mond ergens naar kijken en vervolgens keihard de staat in rennen. Wij waren natuurlijk helemaal nieuwschierig wat er aan de hand was en besloten ook maar een kijkje te nemen. Bleek er een ontploffing te zijn geweest. Binnen 5 minuten stonden er overal ambulances en politiewagens. Was eigenlijk nergens voor nodig, want er was niemand gewond, wat er wel nodig was was een brandweerwagen en juist die was er niet......

Vervolgens naar het Palacio National gegaan om daar naar de beroemde muurschilderingen te kijken. Zag er wel apart uit. Ze steken duidelijk niet onder stoelen of banken hoe de Spanjolen zich hebben gedragen naar de Azteken. Laten we maar zeggen dat ze in elk geval geen lievertjes waren....... Terwijl wij daar heel geinterresseerd naar die muurschilderingen zaten te kijken, werden we opeens aan onze mouw getrokken door een stel pukjes. Of wij even een interview wilden afleggen. Uh...ja hoor...maar waarvoor dan...voor school...tuurlijk puk, kom maar op met die vragen. Tja en toen vroeg de puk toch wel een beetje pittige vragen, moesten we toch na gaan denken (he bah). Gelukkig kende hij amper engels dus konden wij lullen wat we wilden, gna gna!

De beslissing gemaakt om gezellig op een turibus te klimmen om zo ook eens wat van Mexico-stad te zien. In het begin is het grappig, vooral omdat het een dubbeldekker is en wij bovenop zaten en heel mooi uitzicht hadden op de oude gedeeltes van MC. Maar na 3 uur uitlaatgassen happen en compleet te zijn verkleumd, waren we wel weer blij om lekker in ons warme casaatje een koppie thee te kunnen nemen.

4s Avonds hoorden we harde muziek en besloten we maar een te kijken wat er aan de kniker was. Bleek er een optreden te zijn van een stelletje figuren in een mooi Aztekengewaad die een soort regendans opvoerden. En spontaan terwijl wij daar zaten begon het me toch te onweren (duh....nee natuurlijk niet, stelletje goed gelovigen!!). Het was wel een lekker ritme en we zaten zelf stiekum ook een beetje mee te zwieren.

De volgende dag werden we nogal ongewoon wakker. We hoorden buiten allemaal luide knallen en toen we wilden kijken wat het was, zagen we een hele optocht met mensen voorbij komen begeleid door de politie. Ze keken allemaal niet al te vrolijk....wat ook niet gek is, wij zouden ook niet om 7 uur buiten willen rond paraderen!

Nah, we waren toen al klaarwakken en besloten dan maar naar Teotihuacan te gaan. De Aztekenhoofdstad een uurtje buiten Mexico Stad. We weten niet of jullie het verhaal kennen van deze stad. Zo ja, dan heb je pech wat hier komt het (in Nijntje Pluis stijl):

Op een dag zei Azteken Pluis, wie gaat er met mij mee.
Naar een eiland in een meer, is dat geen goed idee?
Hoi hoi zeiden de Azteken, dat vinden wij zo fijn.
Dan nemen we ook een lama mee, voor als het koud zal zijn.

Goed zei Azteken Pluis, die nemen we dan mee.
Daar breien wij dan truien van, misschien zelfs wel twee!
Ze liepen door de bergen heen, wat hoog riepen ze uit.
He een adelaar met een slang, kijk daar maar recht vooruit!

We bouwen hier een grote stad, zo had het moeten zijn.
Met 3 grote pyramides, recht op een lijn.
Pak maar een beitel en een steen, maak maar een heel groot ford.
Dan zal ik kijken of het wel heel sterk en stevig wordt.

Ze werkten wat ze werken konden, het ford werd groot en sterk.
Zozo, zei Azteken Pluis verbaast, dat is een reuze werk!
Na maanden bouwen ploeteren en zweten stond het er dan echt.
Het was een beetje uit het lood en stond dan ook niet recht.

Eeuwen laten stonden daar 2 meiden op de top.
Ik moet pissen zei de een, je houd het maar mooi op.
Nee ik moet echt heel nodig, het is hoge nood!
Dan moeten we al die trappen af, straks breek je nog een poot.

Helaas moeten we nu weg, maar we komen zeker terug.
Als pasen en pinksteren op 1 dag vallen, en geld groeit op ons rug!
Want wij zijn maar arme sloebers, zeker na deze reis.
Maar de Azteken stad staat hoog op onze lijst.

Jaaa, mooi verhaal he!! Vonden wij ook. Maar goed, het is inderdaad erg mooi en de moeite zeker waard om erheen te gaan. Waar wij erg nieuwschierig naar waren was de beroemde Azteken kalender, waarop ze konden zien wanneer welke offeringen moesten worden gebracht aan de verschillende goden. Met andere woorden, wanneer kan er weer een maagd in de vulkaan geduwd worden..... We besloten dus ook maar een bezoekje te brengen aan het museo nacional de antropologia. Jaa, daar zagen we 4m dan in het echt mega groot aan de muur hangen. We weten nu alleen nog steeds niet hoe die precies werkt. het museum was wel erg mooi en het merendeel van de spullen daar komt dan ook wel uit Teotihuacan. We hebben nu ook weer eens ontzettend veel eigen-huis-en-tuin ideeen opgedaan en kunnen nu in een handomdraai een mooie aztekenasbak in elkaar flansen. En Hilde is zich nog helemaal lam geschrokken van een schoolklas die op haar af kwamen rennen en een handtekening wilden hebben. Ze voelde zich net Britney Spears (jak!). Nine stond een stukje verderop in d4r broek te plassen van het lachen.

Wat ook een erg mooi museum is, is het museum van Frida Khalo. Dit is tevens ook haar huis geweest, waardoor je duidelijk kan zien hoe zij geleefd heeft. Ze heeft echt wel een hele aparte manier van schilderen, waarin duidelijk naar voren komt hoe haar kijk op het leven is. Het mooist vonden wij toch wel de skelettenband in de tuin. De skeletten zijn gemaakt van papiermache en hebben ieder een eigen muziekinstrument. Ziet er erg grappig uit.

Jaaa, we weten het......erg fout, maar toch maar sombrero4s gekocht! Si, el sombrero!!!! En nog van die lekkere grote ook, hihi. En natuurlijk horen daar ook een stel poncho4s bij. Dus nu wordt het alle dagen (La Cocaracha( zingen. Oh en nog iets...we zijn er dus achter gekomen dat ze ons in Nederland weer een leuk fabeltje op de mouw hebben gespeld!!! Desperados is helemaal geen Mexicaans bier, maar gewoon een biertje van heineken, boehoe de grote leugenaars!!!! Ons verdriet maar weggezopen met Corona (wat lekker wel mexicaans is!). En natuurlijk werden wij beroemdheden ook hier weer gevolgd met de camera!!!!! Dit keer door tv Azteka. Zaten we net rustig ons voor te bereiden op Zuid amerika, krijg je ineens zo4n schijnwerper in je giechel gedauwd. Maar ach, dat is de tol van beroemd zijn, zullen we maar zeggen.......

Een goed initiatief hier, is het feit dat ze proberen de Azteken cultuur nog in stand te houden. Dit doen ze door middel van dansles geven aan jongeren. Op het plein bij de kathedraal treden ze een keer in de week op met verschillende dansen die in de tijd van de Azteken werden gebruikt als bijv offeringsdansen of oogstdansen.

Vol trots stapten we met onze sombrero4s het vliegtuig in. Op naar Ecuador, maar Mexico...we`ll meet again!

Hasta Luego!
Nine en Hilde

Fiji
2 december 2004

Hoei hoei, eindelijk lekker beland in Fiji!!!! Gelijk op het vliegveld een heerlijk slaapplaatsje in een resort op Nacula geregeld. Ons grasrokje en ons boekje hoe-knutsel-ik-een-cocosnoot-bh-in-elkaar tevoorschijn gehaald. De boottocht duurde best lang, maar we kwamen langs waanzinnige bounty eilandjes. Wit zand en een stel palmbomen. En voor de rest natuurlijk een ontzettend mooie zee! Het is dan toch ook wel te begrijpen dat The Blue Lagoon daar is opgenomen. Aangekomen op ons eilandje, snel de tassen neergegooit en een grote plons gemaakt in het azuur blauwe water.

Zo dat was onze update......geintje we hebben echt wel meer gedaan dan de hele dag als een stel wentelteefjes in de zon liggen bakken.

We kregen de mogelijk om op zondag een kerkdienst in een klein dorpje bij te wonen. Dat leek ons wel grappig. We kregen te horen dat er een behoorlijk ritueel aanvast zat. Zo moest je eerst op visite bij het opperhoofd en hem 5$ betalen, en wij vrouwen moesten een rok tot over de knieen aan en de schouders bedekken. Op zondagochtend stonden wij dus op ons paasbest in onze sarong te wachten. Levi (de eigenaar van ons resort) liep met ons de tien minuutjes naar het dorp. Daar aangekomen moesten we wachten in een gemeenschapshutje. We zagen eerlijk gezegd wel een beetje op tegen de ontmoeting met de chief, aangezien het voorgedaan werd alsof het de koning was. Komt daar een knakker met een ontzettend fout hawaii-shirt binnen gewandeld, ploft op de grond en zegt met een vrolijk gezicht "BULA!" wat halo betekend. Levi zei wat tegen hem in het fijiaans en gaf hem (volgens ons een beetje onderhands) het geld. Na ons voorgesteld te hebben mochten we zelfs met hem op de foto, jaja! En toen hij z'n armen om ons heen sloeg zei hij in het Nederlands "hmm lekker." (wie 'm dat nou toch weer geleerd heeft...) de kerkdienst was onzettend grappig. De hele dienst was in het fijiaans, dus we verstonden er niet veel van. Maar de dominee was zo gepassioneerd aan het preken dat we het verhaal redelijk konden volgen. Op een gegeven moment ging hij zelf zo erg op in zijn verhaal dat we allemaal dachten dat hij in huilen uit zou barsten. We hadden van Levi een liedbundel gekregen en het refrein konden we een beetje mee bleren. Onder het bidden keken een paar kinderen rond in de kerk, dat stond een dikke moeke niet aan en die schommelde naar voren om elk kind op haar pad een pets met haar waaier te geven. Na de dienst werden we uitgenodigd door een man en liepen we mee naar zijn huis waar we zijn vrouw Louisa en dochtertje Aggie ontmoetten. We werden gelijk ook bekoekeloerd door de andere kinderen uit het dorp en die konden het al helemaal niet weerstaan toen wij ''ballonnies'' uit onze tas haalden. Helemaal te gek natuurlijk. Het is blijkbaar niet gebruikelijk om je keuken in huis te hebben, dus gingen we met de familie een paar deuren verder naar een andere hut waar het eten al klaar stond. We hebben daar casava gegeten met soep en vis, prima te eten. Daarna nog even zitten kletsen en na een hoop foto's die we moesten maken van hun, namen we afscheid, wel werden we opnieuw uitgenodigd wat blijkbaar een zeldzaamheid is. De dag voordat we weggingen nog terug gegaan en gelukkig hoeften we nu niet meer langs de chief. We hebben alleen wat gedronken, want Louisa bleek erg druk te zijn. 2 Keer in het jaar komen er namelijk jongeren van een ander eiland op visite onder een kerkelijk mom, maar dat is gelijk ook een goede gelegenheid om aan een leuke vrijer te komen. Ze was dus erg druk met eten voorbereiden. Na wat drinken en spelen met Aggie, namen we afscheid. We gaven haar als aandenken een nederlandse kaart en een klein sleutelhanger klompje. Ze was er erg mee in haar sas en we mochten van haar een leuk armbandje uitzoeken. Louisa, Aggie en ongeveer de gehele kleuterklas bracht ons terug naar ons resort.

We hadden bijna elke avond het kava ritueel, en aan gezien wij de eerste keer 'Kava virgins' waren moesten we wel mee doen. We zaten in een grote kring waar in het midden iemand bezig was met kava maken. Kava is een soort peperwortel die ze drogen en dan tot poeder malen. De zakjes kava poeder worden in een soort mini lakenzak gestopt en vervolgens in het water gedompeld als een soort theezakje. Het enige verschil is echter dat thee lekker is en dit qua smaak en kleur erg veel weg heeft van modderwater. In elk geval komt de kava-maker naar je toe met een kommetje met kava. Je moet eerst 1x in je handen klappen en "Bula" zeggen, dan het kommetje in 1 ruk leeg drinken en teruggeven waarna je weer 3x in je handen klapt en "Matha" zegt. Het schijnt dat je er traag van wordt, maar daar hebben we niks van gemerkt. Het enige wat we wel merkten was dat je mond een beetje gevoelloos word, alsof je een spuit bij de tandarts hebt gehad. Het ritueel is in elk geval wel erg leuk om te doen. Wat trouwens ook erg handig is daar (zouden ze in nederland moeten doen) Is dat iedereen een bloem achter het oor heeft zitten, draag je het links dan ben je beschikbaar, en rechts dan ben je getrouwd. Zo weet je precies waar je aan toe bent.

Op onze laatste avond in Fiji hadden we een bbq met daarna een kampvuur op het strand. Het eten was heerlijk, vooral omdat de porties die we in het resort kregen niet echt veel waren en we nu tig keer konden opscheppen. Natuurlijk was het na de bbq weer kava-tijd. Na een paar rondes kava slobberen, hadden we een groepje Ieren zover gekregen dat ze hun "leprecon"-kostuum aan zouden trekken, waarna een Schot besloot z'n kilt uit de kast te trekken. Wat baalden wij ervan dat we geen klompen of een mooie kapje met achteruitkijkspiegels hadden meegenomen zeg!!!! Bij het kampvuur hebben we zeer veel Ierse liedjes geleerd, een van de favorieten van ons op dit moment is "Oh sir Jasper do not tuch me" waarbij je na elk refrein een woord uit de zin weg laat. Jaa, echt lachen hoor na een hoop kava.

Al zingend gingen we de volgende dag dan ook op weg naar Mexico.

Bula!!!! Hilde en Nine

Nieuw Zeeland
17 november 2004

Na elk een week in een ander land te hebben gezeten zouden we elkaar weer ontmoeten in Christchurch. De oren van Hilde waren weer helemaal toppie en ze kon dus weer vliegen. Ze had alleen per ongeluk de verkeerde vliegtijd doorgegeven dus toen Nine en Max (haar vriend) haar zaten op te wachten 's ochtends vroeg was ze er natuurlijk niet. Toen Hilde 's avonds dus kwam aankakken uit de arrival hall hadden Nine en Max een bordje klaarstaan waar " mevr Tutmuts" op stond. Nine en Max hadden ondertussen al een campervan gehuurd en Hilde had in Australie nog een leuk tentje op de kop weten te tikken. We gingen gelijk onderweg richting mount Cook ( jaja ook hier is alles weer "cook".

We hadden begrepen dat als de zon onder zou gaan, de bergen heel mooi rood zouden kleuren. Na een eeuw te hebben staan blauw bekken gebeurde er nog niks. Toen dus maar een wijntje gaan drinken bij een duur restaurant. In de schaduw van de berg hadden we de tent en campervan neergeprakt. 's Ochtends bleek dat Max en Nine het heel koud hadden gehad en Hilde was in d'r tentje ook bijna vernikkeld (en weggewaaid door de sterke wind die daar stond). Toen maar bedacht hoe ze vroeger de elfstedentocht wonnen en dat was met kranten onder de kleren. De volgende keren dus geslapen met het slaapmatje bovenop een stapel kranten en dat werkte retegoed. We wilden die dag graag richting de gletsjer lopen, dus alle spullen bij elkaar gezocht en met de benenwagen die kant op gegaan. Het uitzicht was er echt mega gaaf. Eenmaal bij het einde van het pad, bleken we de gletsjer wel goed te kunnen zien maar er nog steeds niet goed bij te kunnen komen vanwege een groot gletjermeer. Na een tijdje die kant op te hebben gekeken moest Hilde plassen. Ze vertelde met een piepstemmetje (ze was al 2 dagen haar stem kwijt) dat ze terugging om te plassen bij de wc's. Normaal gesproken is Hilde er niet vies van om stiekem achter een bosje te plassen, maar er liepen nu regelmatig ladingen koreanen in parka's over de bergtoppen. Dus ze hobbelde rustig 10 min terug naar de wc's en bleef daar op een steen zitten wachten op Nine en Max. Ondertussen vroegen zij zich af waar ze bleef. Ze hadden haar niet goed gehoord met dat piepstemmetje en dachten dat ze ergens zat te plassen achter een bosje. Na ongeveer 20 min vertrouwden ze het niet helemaal meer en begonnen een beetje ongerust over de bergtoppen te hobbelen al roepend. Tja met zo'n piepstem kon Hilde natuurlijk ook niks doen als ze onderweg bv een ongeluk zou hebben gekregen. Toen Nine en Max eindelijk aankwamen bij de wc's als laatste ingeving, zat ze daar als een onschuldig lammetje te wachten op hun. We hebben er wel om moeten lachen. Daarna zijn we doorgereden naar een klein plaatsje om wat te eten en vandaar verder richting Otematata. Daar aangekomen gingen we een wijntje slobberen en een overheerlijk kaasje verorberen (heerlijk zo'n westers land waar je dat allemaal hebt, hihi). Net toen we ons klaar wilden maken om te gaan maffen, kwam Nine erachter dat ze haar kleine rugzak met belangrijke spullen zo ongeveer 150 km terug in het restaurant had laten liggen. Op stel en sprong die kant dus uit. Daar aangekomen was het restaurant natuurlijk al dicht. Maar in het plaatselijke cafe kwamen we een ranger tegen die wist waar de eigenaar woonde. Nine en Hilde bleven wachten bij het restaurant terwijl Max de ranger in de campervan meenam naar de eigenaar. De ranger wilde namelijk liever niet rijden want hij had een borrel op (hehe, nou wij ook)! Gelukkig kwam de tas zo weer terug bij Nine en wij dus weer opgelucht terug naar onze campingplek. Onderweg zat er plotseling een kat op onze weghelft en we reden hem dus frontaal aan, ahhhh, niks aan te doen helaas.

De volgende dag onderweg naar Dunedin wilden we proberen pinguins te kijken, helaas waren ze er alleen 's ochtends vroeg of 's avonds laat. Na een piepkleine pinguin te hebben gespot ergens in de verte, maar doorgereden naar een strand waar je allemaal boulders had liggen. Dat was wel echt heel gaaf om te zien. We voelde ons net een stelletje kuikentjes die net uit hun ei gekomen waren en konden het natuurlijk niet laten om de Calimero uit te hangen.

Toen we vanaf Dunedin onderweg waren naar Te Anau zag Hilde opeens in het weiland een schaap liggen met alle vier zijn pootjes omhoog. Ze wilde wel graag terug om te kijken of ie dood was, want er was een lammetje bij. Toen Max het idee had dat ie het hoofd zag bewegen sprintte Hilde onder het prikkeldraad door met Max er achteraan. Ondertussen zat Nine heel relaxed vast met haar jas in het prikkeldraad. Hilde keek eerst even of het schaap zelf op kon staan maar dat lukte niet. Max gaf toen het schaap een goeie zet en tada....het stond weer op de poten. Mama schaap en het mega gestreste lammetje gingen er als een haas vandoor, zo...dat schaapje hadden we dus ook weer gewassen..

In Te Anau regelden we een tocht naar Milford Sound, wat een soort fjorden zijn. We overnachten op een doc-camping ( heeft wel wat weg van staatsbosbeheer ) en vonden het heel stoer om een fikkie te stoken, toen we het eindelijk lekker hoorden knetteren gingen me maar binnen zitten vanwege de kou. Ja, erg gezellig zo'n kampvuurtje. Nine liep er ongeveer kwijlend rond vanwege het mooie bos waar we naast stonden. alles was nl met een dikke laag mos bedekt, waardoor je het idee kreeg op kussentjes te lopen. ' s Ochtends vroeg met een boot door de fjorden van Milford Sound. Het was er erg mooi en we hebben daar ook dolfijnen in de boeggolf gehad, ergens op een rots zagen we ook een paar luie zeehondjes liggen. Op de terugweg zagen we een auto geparkeerd met allemaal vogels op het dak. In het begin dachten we dat het een soort adelaars waren totdat die beesten onze auto in de gaten kregen en gelijk naar ons dak vlogen om eens lekker aan de rubbers te knagen. Beken het Kea's te zijn en die beesten eten voor dat je het weet al je rubber van je auto. Het dopje van de antenne was dan ook een genot voor die beesten.

Daarna verder gereden en gestopt bij een site van Lord off the rings, ze hadden daar de dode moerassen gefilmd en dat zag er wel gaaf uit hoor. We wilden die nacht ook weer overnachten op een doc-camping. Opeens zagen we onderweg een zielig lammetje aan de verkeerde kant van het hek lopen, al blatend naar zijn moeder. Nou wij de mouwen natuurlijk opgestroopt want wij zijn echt schapen redders. Shit wat was dat pokkebeest moeilijk te redden zeg. Na een uurlang proberen en rennen waren wij bekaf en het lammetje door het dolle van de stres. Toen de moed maar opgegeven en het kleine wolletje laten lopen. Na die tijd de schapen maar de rug toe gekeerd, aangezien er in dit land zoveel zitten dat je door de wol de schapen niet meer kan zien.

Yes, we waren bij Franz Josef gletsjer aangekomen. Die wilden we heel graag beklimmen en dus samen met zo'n tour omhoog gegaan. Je mag het namelijk niet alleen doen vanwege veiligheid. Wij dus met klimijzers die gletsjer op en dat was wel mega gaaf, in scheuren zag je heel mooi het blauw van het ijs, de klim zelf was pest pittig omdat we geen ervaring hebben met klimijzers wil je het liefst die dingen zo ver mogelijk in het ijs rammen om niet uit te glijden. Je loopt er dan dus een beetje rond als een olifant in een porceleinkast en dat kost best veel energie, wat we er natuurlijk weer bij aten door, chocola, pinda's en bananen te verorberen (heerlijke combintie trouwens). Wat wel heel gaaf was is dat we het in de verte hoorden donderen door vallende sneeuw. De klim naar beneden was wel een beetje onwennig omdat je ook nu je voeten plat op het ijs moet zetten, dat betekende soms dat je best ver met je voeten uit elkaar stond. En natuurlijk zat ook hier de befaamde Kea (waarom...joost mag het weten want er is geen rubber in de wijde omtrek te vinden...).

Van de 2 dames die we ontmoet hadden in Australie, hadden we de tip gekregen om rond Hokitika te gaan zoeken naar jade. Aangezien het schatgraven ons wel goed was bevallen lieten we ons dat dus geen 2 keer zeggen. De plek die ze hadden gezegd was echt heel goed en we liepen daar rond als een stel eksters om alles wat ook maar een beetje op jade leek mee te nemen. We hadden op een gegeven moment zo veel bij ons dat we gewoon dingen moesten laten liggen, boehoe. 's Avonds in het donker naar een glimwormen grot gegaan. Je zag in eerste instantie niks omdat je ogen moeten wennen aan het donker maar daarna zag je overal kleine speldenprikjes licht. Het was net een sterre nacht alleen dan veel dichter bij.

De dag erna zijn we naar de pannenkoekrotsen wezen kijken bij Punakaika. Het is kalksteen wat in laagjes op elkaar ligt. Daarna hebben we bij een winkel hele ladingen schuurpapier gekocht en zijn we voor ons doen best vroeg op de camping gaan staan om onze jade te gaan schuren, oh oh wat glimt dat toch prachtig, hoeihoei. De volgende dag onderweg naar Picton gegaan om over te gaan met de boot naar Wellington,het was zulk lekker weer dat we lekker een deken in het gras hebben gesmeten en al luierend en boek lezend zitten genieten van chips en dipsaus. De volgende dag echt mega vroeg aangekomen bij de ferry, omdat we van de camping af waren gejaagd door de grote boze opperheks in een paars nachthemd. We hadden de avond daarvoor nl uien gebakken en wilden niet dat al die stinkschillen in de campervan bleven liggen, dus de hele meuk maar naar de vrouwentoilet gebracht in de hoop daar een prul tegen te komen. Die was er dus niet en op het hele terrein ook niet te vinden. Dus heeft Nine het daar maar even laten liggen. De volgende dag was het paarse gewaad helaas eerder naar de wc geweest dan wij en had onze vuilnis gezien. Witheet vroeg ze aan de eerste die naar de wc ging (Hilde dus) of het van haar was. Waarop ze heel eerlijk antwoorden, nee "ik" heb het daar niet neergelegd.....Toen als de sodemieter alle biezen gepakt en naar de ferry gesneld om de terreur van het paarse gewaad te ontsnappen.

Daarna de oversteek gemaakt naar Wellington waar we naar het Te papa museum zijn gegaan. Je kon daar allerlei dingen op een leuke manier leren over de vroegere emigranten, de Maori cultuur en hoe seismisch Nieuw Zeeland is en hoe aardbevingen in hun werk gaan. Ook kon je virtueel een reisje maken naar de toekomst.

Bij het Taupu meer zijn we naar een Maori rots tekening gegaan, die een eind het meer op te zien was. In principe was de rotstekening vrij nieuw maar het zag er wel heel gaaf en oud uit. De bootsman was echt een rare knakker, toen we uitstapten vertelde hij ons dat je altijd zonnebrand op moet smeren omdat er anders haren op je neus groeien, nou weten we niet of hij een ras echte leugenaar is maar hij had wel een waanzinnige bos haar op zijn neus hangen waar kabouter plop jaloers van zou worden.

De omgeving van Rotorua zit vol met geisers, modderpoelen, zwavelstomen en werkende vulkanen. En op het moment dat we Rotorua inreden begrepen we ineens heel goed waarom deze stad ook wel Sulpher City wordt genoemt, man wat een stank zeg!!!! Waarom zoveel mensen daar willen wonen is ons toch wel een raadsel alles ruikt naar rotte eieren. We besloten daar lekker wat rond te hopsen en verschillende thermische gebieden af te gaan. echt heel mooi om allemaal verschillende kleuren meren te zien. Vooral het champagne meer was erg mooi, een lading kokend water in allerlei kleuren (en helaas weer met heel veel stank). Wat we toch het leuks vonden was de grote modderpoelen. Het leek wel "the bog of eternal stench" uit Labyrint. doordat de modder kookten en het dus heel erg bubelde leek het wel alsof er iemand onder water continu scheten zat te laten.

Op weg naar Pahia waren we er echt helemaal van overtuigd dat het een teletubbieland is. Heel heuvelachtig, alles mooi groen alsof het gras net is aangelegd, konijntjes en leuke gele bloemmetjes. Het enige wat we misten was het lachende zonnetje... In Pahia hadden we de eerste dag te slecht weer om te gaan zwemmen met dolfijnen. We besloten dus maar lekker een eindje te gaan hiken (ofwel trampen zoals het hier heet), maar raakten de weg kwijt en eindigden uiteindelijk op een golfterrein. Dus toen daar maar een tijdje rondgehobbeld. Gelukkig was het de volgende dag wel veel beter weer en konden we met de boot richting de dolfijnen. We stuitten al snel op een hele groep. Als er jongen bij zitten mag je er namelijk niet mee zwemmen want dan vallen de moeders je aan. Gelukkig waren de jongen bij ons allemaal pubers, dus na niet al te lange tijd moesten we ons klaarmaken om in het water te gaan. Er werd van tevoren verteld dat we ze onder geen enkele omstandigheid mochten aanraken, want het waren wilde dolfijnen en dat moest ook zo blijven. Het schijnt dat ze heel intelligent zijn maar wel een hele korte aandachtsspanning hebben en je moest dus wat verzinnen om hun aandacht te trekken. Ohja en het water is erg koud maar als je achter de dolfijnen aan zwemt ben je zo weer "lekker" op temperatuur. We sprongen er dus op hun sein in en moesten als een gek zwemmen om bij ze in de buurt te komen. Het water was dus echt flikkers koud en het zicht was ook niet fantastisch. Daarnaast zwommen die beesten zo snel dat we als een soort Inge de Bruin en Pieter van de Hoogenband door het water speerden om ze bij te houden. En onder tussen maar proberen om hun aan dacht te trekken door te hummen, rondjes te draaien en het steengoede lied "de koningin van lombardije" te zingen. Gelukkig kwamen ze daar opaf en zwommen ze onder ons door en naast ons. Maar helaas raakte we al snel buiten adem en werden we minder interressant voor die beestjes, dus toen was het baai baai, zwaai zwaai en weer terug in de boot. We vonden het wel mega gaaf en onze missie is nu echt zodanig zwemmen met een dolfijn, dat je aan z'n vin kan hangen (net als bij flipper).

Na dit spannende avontuur was er helaas een einde gekomen aan Max z'n vakantie en moesten we terug naar Auckland. Maar de bus weggebracht en Max uitgezwaaid. Nu is voor ons weer het aftellen begonnen en moeten we onze bikini's uit de mottenballen halen want we gaan naar.....FIJI!!!!!!

Nine en Hilde

Australie
17 november 2004

Zo, da's even wennen hier in Australie, het is hier een stuk kouder en iedereen spreekt goed Engels. Wij al die tijd denken dat we wel een redelijk woordje Engels konden praten.....hoor je hier ineens de echte lui aan het werk. Marco, de broer van Nine die gezellig een poosje met ons mee kwam reizen, gelijk op het vliegveld tegen het lijf gelopen. Daar al gelijk gekeken naar de beste manier van vervoer in dit grote land. Dat bleek de campervan te zijn. We waren alledrie behoorlijk gaar, maar waren erg nieuwschierig naar zo'n grote stad als Sydney. Dus de tassen gedumpt en gelijk op onderzoek uitgegaan. En natuurlijk kom je dat uiteindelijk terecht bij het opera gebouw en de beroemde harbour bridge. Nou even een onderonsje....hij lijkt wel heel mooi, maar stiekum is dat opera gebouw niets anders dan een groot uitgevallen douche. Hij is nl helemaal geplaveit met badkamertegeltjes, da's waarschijnlijk ook de reden dat iedereen daar 'heel mooi' kan zingen.... wie zingt er nou niet luidkeels onder de douche? Maar we geven toe, Sydney heeft een van de meest mooie skylines die we tot nu toe hebben gezien, vooral 's avonds.

Voor ons was het wel wennen om weer in een puur westers land te zitten. Ineens hadden we weer de "traditionele westerse doortrek wc" na al die tijd gewend te zijn om je drol een plens water mee te geven met een pannetje...en waar is m'n mandi?! Hoe worden we nu geacht te douchen als we nieteens lekker een grote slabak met water over onze hoofden kunnen gooien....boehoe, snirf....

Vanaf Sydney waren we van plan om naar de Blue Mountains te gaan. Sydney uitkomen was zo makkelijk nog niet, slechte wegbewijzering, grote auto, druk verkeer en natuurlijk het gezellige, leuke, links rijden (oeps, een stoepje, welke kant de rontonde op, enz.) Eenmaal bij de Blue Mountains onze auto op een P'tje geprakt en daarna wat rondgelopen. De drie gezusters bewonderd en naar de "red hand cave" gegaan. Wat een tegenvaller was dat zeg! Een paar geverfde handafdrukken van aboriginals achter glas.... op groep drie van de peuterschool doen ze dat ook en dan komt het gewoon op de koelkast te hangen. Maar goed, de naam zei het natuurlijk al...rode hand grot. De omgeving was wel echt heel mooi en in het juiste licht waren de bergen inderdaad helemaal blauw. "s Nachts in de campervan kregen we het zo koud dat Marco bijna z'n benen eraf had gevroren. Hilde en Nine hadden het ook absoluut niet warm meer, dus maar met z'n drieen naast elkaar onder tig slaapzakken de rest van de nacht liggen bibberen.

Marco wilde wel erg graag een regenwoud zien, dus wij met de van op weg naar Dorrigo. Echt een erg mooi regenwoud en heel grappig om te zien dat het blijkbaar ook kan groeien in helemaal niet zulke warme omstandigheden. Marco was helemaal in z'n nopjes, vooral met de mooie boomvarens die er stonden. En z'n einddoel van deze vakantie was op de foto te staan met een hele mooie boomvaren. Helaas zitten in dit regenwoud geen apen en dergelijke, alleen heel veel ontzettend vervelende boskalkoenen. En een leguaan die aan het rond schuimen was en door ons de bosjes in dook. Toen Marco achter hem aan was gegaan, kwam die al bijna kokkend terug vanwegen de stank van de voorraadkast (met half vergane meuk) van de leguaan.

Toen we doorreden naar Coffs Harbour zagen we daar een foldertje over een clogbarn. We vroegen ons af wat die mensen hier nou in vredesnaam met een klompenschuur moesten. We waren behoorlijk nieuwsgierig naar zo'n nederlandse schuur. Echt mega fout, maar voor ons onweerstaanbaar....er stonden grote klompen voor de deur en daar moesten we natuurlijk even in gaan staan. Binnen was het helemaal fantastisch want op het menu stonden bitterballen en kroketten waar we dus gelijk een groot bord van naar binnen hebben gewerkt. Onze tassen zaten aan het eind van het bezoek aan de schuur stampensvol met de heerlijkste dingen nml stroopwafels en kilo's drop YIHAA!!!

Nine werd 26 en dat hebben we gevierd met taart en knalbonbonnen. Ook zijn we toen naar Beerwah gereden om een kijkje te nemen bij "crocodile hunter Steve". Normaal gesproken ligt die knakker een beetje te stoeien met een krokodil in de buurt van Cape Tribulation, maar wij boften heel erg, want het was vakantie en hij was dus zelf mooi "thuis". Als eerste rond zitten kijken wat voor dieren er een waren maar toen we daar nog maar net mee bezig waren, begon er een show van hem dus wij snel een plek opzoeken (he shit...popcorn vergeten) en toen staren maar! Terwijl hij de krokodillen naar buiten lokten, vertelde zijn vrouw hoe die beesten in elkaar steken. Het was wel heel interressant om te zien hoe hij met ze om ging en precies wist hoe die specifieke krokodil op hem zo reageren. Hij ging bv staan aan de rand van het water en pletste met zijn voeten erin. Een krokodil reageert gelijk op dat soort geluiden in "zijn" plas met water. Daarna liet hij jaaggedrag van ze zien, inclusief de deathroll. Dat was wel heel gaaf om te zien, maar het zorgde er ook wel voor dat we absoluut niet meer van plan waren ook maar een stap richting een watertje te zetten waar heel toevallig weleens een krokje in zou kunnen zitten. Toen we vertrokken vanuit de Australian Zoo, besloten we nog even naar een uitkijktoren vlak in de buurt te gaan. Daar aangekomen was het een behoorlijke stijle klim een berg op, maar het uitzicht was echt rete mooi. Boven op de uitkijktoren stond een klein hokje, waar een ranger in bleek te zitten. Hij vroeg of wij het toevallig leuk vonden om even boven te komen. Dat lieten we ons geen twee keer zeggen, dus binnen een wip zaten we gezellig met hem te leuteren over zijn beroep. Hij moest een week lang vanuit die toren in de gaten houden of er ergens bosbranden zijn en hoelang die aanhouden. Wij hadden zelf al een paar rookpluimen gezien. De ranger vertelde ons dat die rookpluimen die we zagen, bosbranden waren die al meer dan drie dagen aan het branden waren. Het was erg moeilijk om ze te stoppen, aangezien een kleine vonk gelijk weer een grote bosbrand kon beginnen. Wel heel interressant om te zien, maar volgens ons ook wel dodelijk saai om daar 7 dagen door je verrekijker te koekeloeren. Hij liever dan wij.

We besloten naar Frasier island te gaan om eens te gaan kijken wat er nou zo bijzonder was aan dat grote zandeiland. Helaas was het een heel gedoe om er zelf heen te gaan, dus zouden we met een tour gaan. We hadden gevraagd of we met een 4WD lekker over het strand zouden gaan scheuren. Jaa, dat zouden we gaan doen, dus gelijk voor de volgende dag geregeld. Komen we daar aan, staat er een immens grote touringcar op ons te wachten......maar het was wel een 4WD. Dus wij met z'n allen erin. Onze gids was een vrolijke frans die overal wel humor en een adventure in zag. Dus toen we weg wilden rijden en ons bakkie niet vooruit kwam was dat "part of the adventure mates, hehehe". Na wat gerommelt te hebben kwam het arme wagentje eindelijk op gang. Dus wij lekker scheuren over de duinen, het regenwoud en het strand, langs het Maheno schipwrak en de colourd sands. Het nadeel van de tour was alleen dat je overal net 10 minuten de tijd had en dan moest iedereen weer in de auto. Wij zijn alledrie niet helemaal fan van zulke tours, maar gelukkig werd die van ons alsnog erg leuk..... Op het moment dat we weer terug moesten naar de boot, kwam onze bolide vast te zitten in het zand (hehe, all part of the adventure, hehe) en hoe onze gids ook probeerde, we kwamen er niet meer uit. Achter ons kwam een andere bus aanrijden en hun chauffeur gaf echt een super goede tip: geef een hele dot gas en wiebel als een gek met je stuur heen en weer. Jaa, erg slim hoor!!! Toen zaten we tot aan de wielkassen ingegraven, maar hehehe, het was natuurlijk nog steeds part of the adventure, hehe. Uiteindelijk is die onwijs slimme gids van de andere bus achter het stuur gekopen en heeft hem met veel moeite eruit gekregen. Nou nou, was dat even een spannend momentje zeg!

De dag daarna besloten we toch maar weer een tour te boeken, nl om walvissen te spotten. In deze tijd van het jaar trekken nl de bultruggen voorbij. En die wilden wij natuurlijk erg graag spotten. Wat gaaf zeg om zo dicht bij die beesten te zijn!!!! We waren met de tour op een groepje mannetjes gestuit die achter elkaar aan zaten vanwege een vrouwtje. Ze deden geen wilde sprongen of dat soort dingen, maar kwamen heel dicht bij de boot. Regematig zwommen ze voor en achter te boot langs, maar opeens waren we ze kwijt. Terwijl iedereen om zich heen zat te koekeloeren, keek Nine naar beneden en vond de schaduw van de boot er nogal eigenaardig uit zien....totdat ze doorkreeg dat de walvissen onder de boot door zwommen. Iedereen had het op dat moment door en hing overboord met z'n camera. Alleen is zo'n beest echt veel te groot om op de foto te krijgen....dus dan krijg je een foto met alleen een staart. Toen we verder voeren zagen we in de verte een moeder met jong. Het jong was net gevoerd en had even last van de gekke 5 minuten en sprong continu als een soort dolfijn boven water. Helaas waren die 5 minuten al weer voorbij toen wij met onze boot daar aankwamen.

Met een zeilboot zijn we daarna wezen rondvaren om uit te komen bij de Whit Sunday's. Dat zijn een paar eilanden voor de kust met zo ontzettend wit zand dat je echt een zonnebril op moet zetten als de zon schijnt omdat je anders als een blind kippetje rondloopt. We hadden echt heel goed weer dus we zijn er ook nog een poosje blijven bakken in de zon. Eenmaal terug op het vaste land hebben we na heel lang aarzelen vanwege de prijs, ons alledrie een didgeridoo aangeschaft. We waren ondertussen al heel veel winkels tegen gekomen, maar voor ons gevoel verkopen ze heel veel bagger aan mensen die niet weten waar ze op moeten letten. We waren er erg mee in onze hum!

Daarna verder gereden naar boven toe om in de buurt te komen van Paluma range waar we zouden overnachten. Al rijdend die kant op zagen we in de verte een mega rookpluim in de lucht hangen. Geinend en grinnikend bedachten we dat het onze campingplek wel eens zou kunnen zijn. Tjaaa..hoe dichter we in de buurt kwamen hoe meer we ervan overtuigd raakten dat dat dus inderdaad het geval was, oeps. We waren eigenlijk al van plan om om te draaien omdat aan weerskanten van de weg het al aardig aan het knetteren en smeulen was, toen we een ranger tegen kwamen. Die vertelde ons dat er een flinke bosbrand was en dat ze daarom vanaf de weg een tegenvuur hadden aangestoken. Als we wilden konden we er rustig camperen want iets wat al gefikt heeft gaat niet nog een keer fikken, en...no worries mates, want nu zouden we teminste geen last hebben van de muskieten!! Jaja, leugenaar,leugenaar broekje in de fik. Zodra we uitstapten bij ons stekkie werden we flink te grazen genomen door die etters. Maar, we konden het niet laten en zijn lekker richting de fik gelopen om het eens goed van dichtbij te bekijken. Het knetterde behoorlijk en we vonden het eigenlijk wel humor dat we zo'n kampvuurtje dichtbij hadden. We overleefden de nacht in elk geval en als een paar stinkende rookbommetjes via de Tablelands, richting Port Douglas gegaan. Onderweg was het behoorlijk heuvelachtig en moesten Marco en Nine met de auto behoorlijk wat bochtjes trekken.

Port Douglas was echt heel mooi, ook het strand was prachtig. Het enige nadeel was dat in de buurt vrij veel mangrove bossen zaten waar heel waarschijnlijk krokodillen op de loer lagen, daar waren wij natuurlijk niet echt op zaten te wachten. Daar zagen we ook borden staan met waarschuwingen voor cassuarissen. We waren er al eerder mee in aanraking geweest terwijl die beesten eigenlijk niet snel te zien zijn. Wij zagen ze toen we onderweg waren en opeens een vrouwtje over de weg rende met 3 kuikens achter haar aan. Vlak daarna zagen we een mannetje. We hadden borden gezien over dat die beesten je zelfs dood kunnen trappen als ze zich in het nauw gezet voelen. Ze zijn ongeveer zo groot als een struisvogel alleen dan met een blauwe kop. Nine had het raam al open gedraaid om een foto te maken maar toen ze dat beest heel gericht haar kant op zag stiefelen ging het raampje als de sodemieter dicht.

Toen toch maar besloten om naar Cooktown te rijden. Eigenlijk mochten we die kant helemaal niet op omdat de weg er heen een behoorlijke grindbak is en je eigenlijk een 4WD nodig hebt. Na behorlijk wat stuiteren over de weg kwamen we dan eindelijk aan. Cooktown zelf was wel erg grappig maar ondertussen begonnen we behoorlijk moe te worden van het woord " cook " : Cooktown, mount cook, Cook harbour, Cook zus, Cook zo, Cook kotsbarfbraak!! Als we al dachten dat er veel crocs bij Port Douglas zaten...hier werd je er helemaal mee doodgegooid. Je mocht zelfs met je kleine teen niet in het water. In de buurt van Cooktown zitten ook de Black Mountains. Het graniet is er wat vergruisd en vanwege een bepaald reactie worden die grote brokken steen zwart. Het is alsof een reus zijn kitje kolen had leegegooid. Op de weg terug kwamen we een kerel tegen op de weg waar we mee aan de praat raakten die ons aanraadde om naar de oudste kroeg van Australie te gaan om daar even een biertje te drinken. Wij dus richting "the lions den" gegaan. Daar zaten we echt een heel appartig figuur zijn tabakje rollen. Hij leek op de broer van Sinterklaas, alleen dan op dieet waardoor hij er een beetje knokig uit zag. In plaats van een tabbert en een mijter had hij een grote flodderjas aan en een cowboy hoed op. Wij kochten een biertje en gingen in z'n buurt zitten. Toen hij zijn mond open trok om te kletsen waren we best verbaasd, want hij had een hele zachte stem en was absoluut niet het howdidoodie figuur waar we hem in eerste instantie voor aanzagen. Na een poosje praten gingen we er weer vandoor op weg naar Cairns. Daar namen we afscheid van Marco want zijn vakantie zat er al weer op.Het grappige was dat hij ondertussen zijn missie om op de foto te komen met zo'n boomvaren al had opgegeven. Hij had ze ondertussen zo vaak zien staan dat hij er geen biet meer aan vond.

Nine en Hilde hadden nog een weekje de campervan en besloten om iets meer naar het binnenland te rijden richting Georgetown. Het was toch opeens wel heel raar om maar met zijn tweeen te zijn in plaats van met zijn drieeen.

We stopten bij de Undara lavaflow. Een mega lange tijd geleden is er een vulkaan uitgebarsten. De rivier van lava heeft een soort overdekte rivier bedding achter gelaten die eruit zien als grotten, en die kon je daar dus zien. Het was wel heel appart dat je daar rondliep en aan veel dingen ook kon zien dat daar de lava had gelopen. Daarna zijn we verder gegaan en uitgekomen in de buurt van Mount Surprise. Daar gingen we op een leuke camping staan. Het enige nadeel was de buurman die we daar hadden. Hij bedoelde het vast heel vriendelijk, maar hij was mega opdringerig en je hoefde je kont maar te keren of hij stond al in je nek te hijgen. We werden er wel een beetje moe van op het laatst en hadden de neiging onder de van te duiken als hij aan kwam zakken. We ontmoetten daar ook 2 pittige dames die uit Nieuw Zeeland kwamen. We hadden al begrepen dat er in de buurt van alles te vinden was aan topazen en opalen en meer van die leuke stenen. Het nadeel was alleen dat je op de plekken waar je de stenen kon vinden, alleen kon komen met een 4WD. De 2 kiwi dames hadden ons aangestoken en samen met hun gingen we met een 4WD "fossickingen", oftewel schatgraven. We moesten heel vroeg beginnen want eigenlijk mocht je niet meer fossickingen vanwege de warmte en we zouden zowiezo daardoor rond 11 uur moeten stoppen. Met een zeef, pikhouweel en grote schep gingen we aan de slag. Het was heel heet en stoffig en ondertussen moest je je inhouden om niet het liedje van de zeven dwergen te gaan zitten hummen. We zijn 1 keer gestopt om even te pauzeren en daarna weer verder. We hadden samen 7 topazen gevonden en voelden ons net een stel ekstertjes. Van de twee kiwi dames kregen we de tip om op een bepaalde plek in Nieuw Zeeland naar jade te zoeken , aangezien wij inmiddels de slag te pakken hadden en zoiets graag nog een keertje wilden doen. Terug op de camping namen we afscheid van hun en van onze enge buurman, en ook de kikkers in de wc kregen nog een dikke knuf. Ze hadden namelijk een mega kikker en paddenplaag daar en je kon niet alleen onder de douche want dan zaten ze achter het gordijntje. Ook plassen ging heel gezellig met van die kikkerkontjes onder de rand van de pot. De eerste keer dat we daar de wc doortrokken schrokken we ons echt rot toen we een stel van die kikkerbilletjes eronder vandaan zagen komen. Op naar Cairns dus om de campervan in te leveren.

In Cairns kwamen we Frankie tegen, hij is een aboriginal en vond het best erg dat er heel veel mensen naar Australie komen en geen woord wisselen met de oorspronkelijke bewoners van het land. We hebben een paar keer met hem afgesproken en dat was wel erg leuk. Hij vertelde allemaal dingen over verhalen, de gebruiken en dingen die ze doen. Soms was hij echt heel serieus en soms was het een echte geinponem. We kunnen andere bezoekers van Australie dan ook aanraden om je wat meer te verdiepen in de aboriginals, het is zeker de moeite waard.

Nine wilde in Cairn ook erg graag een duikcursus gaan volgen om ook te kunnen duiken bij het great barrier reef. Hilde wilde liever een snorkeltour doen want het idee van zoveel water boven haar en de blauwe lucht vond ze maar niks. Er was alleen niet veel keus. Alles was zo takke duur dat ze net zo goed een duikcursus kon doen. Dus met zijn tweeen begonnen aan de cursus. De eerste 2 dagen kregen we les in het zwembad en in het klaslokaal. Er kwam eigenlijk wel meer bij kijken dan dat we dachten. Je moest allerlei dingen onder de knie krijgen en ondertussen ok de theorie er een beetje instampen. Toen we voor de theorie geslaagd waren gingen we de dag erna duiken bij het great barrier..hoezeeee!!!! Het was echt heel gaaf om te duiken en we vonden de tijd onderwater dan ook razend snel gaan. Het enige nadeel was dat je zo druk bent met de toeters en bellen op je rug en je buddie in de gaten houden dat er weinig tijd over blijft om rond te koekeloeren naar de prachtige vissen en ander zeeleven wat je daar ziet. De dag erna was het voor de laatse 3 duiken en dan waren we geslaagd. De eerste keer dat we in het water gingen kregen we allebei last van onze oren, Hilde zelfs zo erg dat ze het sein gaf om eruit te gaan, het lukte haar niet om te klaren. Nine lukte het om steeds heel langzaam iets lager te duiken. De tweede duik wilde Hilde er heel graag weer in want ze wilde wel graag slagen. Bij Nine ging het moeizaam maar bij Hilde wilde het weer niet. Samen met de duikmeester met haar kaak zitten wiebelen en achter haar oren masseren. Op een gegeven moment voelde ze water in haar oor lopen en was de druk van haar oren dus kon ze alsnog duiken. De derde keer was het het leukst, de oefeningen zaten erop en nu konden we genieten van wat er te zien viel onder water. We zagen een schildpad in de verte en een haai heel dichtbij en ook hebben we een paar zeekomkommers vastgehouden. Terug op de boot kregen we te horen dat we geslaagd waren 's avonds daar een biertje op gedronken. De volgende dag had Hilde erg last van haar oor en we gingen dus naar de arts. Nine liet zich voor de zekerheid ook nog in het oor kijken en ook zij had een lichte oorbeschadiging. Bij Hilde was het wat erger en ze mocht zowiezo 72 uur niet vliegen. Flink balen dus want we zouden de dag erna richting Nieuw-Zeeland vliegen. Na samen overlegd te hebben zou Nine richting NZ gaan omdat Max (haar vriend) daar ook naar toe zou gaan en Hilde zou later volgen als haar oor weer in orde was. Wel raar om zo opeens na zo veel tijd even afscheid van elkaar te moeten nemen, maar goed....

Hilde vermaakte zich dus nog een week extra in Australie en Nine en Max waren ondertussen NZ al iets aan het bekijken en hadden al weer een campervan gehuurd. Dus toen Hilde ook nog even naar het great barrier reef zwaaide vanuit het vliegtuig zat Australie er ook weer op. Heel benieuwd hoe Nieuw Zeeland eruit zou zien, want we hadden er al heel veel goede verhalen over gehoord.....

Indonesie
5 november 2004

Medan
De boottocht vanaf Maleisie zullen we maar niet aanraden. Je zit beneden in de boot en ziet de horizon helemaal niet. Er waren redelijke golven dus we hebben allebei een reispil ingenomen en de rest van de tijd elkaars groenige huidskleur zitten bewonderen. De aankomst ging ook wel een beetje vreemd; we hadden nog nooit zo'n stel opgefokte hanen bij elkaar gezien. We werden als een kudde schappen door de douane geleid en owweee als je ook maar een klein stapje naast de streep ging staan, dan werd er door zo'n haan in pak, gelijk een teken gegeven dat je goed moest staan. Nadat we daar doorheen waren gekomen zijn we naar een reisbureau gegaan. We besloten daar om niet de nacht door te brengen in Medan maar door te reizen naar een klein plaatsje genaamd Bukit Lawang. We zijn natuurlijk behoorlijk verwend in de rest van Azie omdat het meestal zo is dat wij de mannen intimideren( en dat is altijd goed bevallen ). In Medan is dat helaas helemaal andersom, de mannen daar lopen al goedkeurend knikkend en met van die smakkende geluiden makend ongeveer achter je aan, bleh. Je begrijpt natuurlijk wel dat wij daar absoluut niet op zaten te wachten. We hebben daar nog even een moskee bezocht en dat was wel grappig. Toch hebben we samen met nog een ander koppel een minnibusje geregeld om dezelfde avond nog richting Bukit Lawang te vertrekken.

Bukit Lawang
Uitgeput van de lange reis lekker in bed gekropen. De volgende dag maakten we kennis met de meeste gidsen die hier rondliepen. Als we ze zouden moeten beschrijven zijn het kruisingen tussen Jan Veen (die piano speler met dat lange wapper haar) en de grootste brokken genot die rondlopen op deze aardbodem (denken ze zelf teminste). Ze zijn waarschijnlijk gewend dat elke vrouw als een blok ter aarde valt om hun poezilige teentjes te zoenen. Al dat gefluister in je oor van dat we zulke mooie meisjes waren (bral zwam) werkte anders wel heel goed als afleiding tegen het feit dat de brug die we gisteravond over moesten niet meer was als een paar aan elkaar genaaide bamboe stammetjes over een vrij diepe rivier. Nu zagen we eigenlijk ook pas de verwoesting die de overstroming afgelopen november had aangericht.Tijdens die overstroming waren er 350 mensen omgekomen, heel erg triest. De man van het hotel vertelde dat hij bij het hotel was op de dag dat het gebeurden en als een gek in een boom is geklommen om aan de overstroming te ontsnappen. Ook bekende hij ons dat hij ook wel opzag tegen het komende natte seizoen. Bij de vorige overstroming zijn hele hotels weggevaagd en ook ons hotel was niet ontkomen aan de kracht van het water. De hele beneden verdieping was buiten gebruik en de hele voorkant van het gebouw was met de overstoming weggevaagd. De brug waar we over hadden gelopen was dus ook maar net gebouwd en je mocht er maar met 3 mensen tegelijk op lopen. Jaa en dan lopen wij daar met onze mega zware rugzakken als een stel olifanten in het donker erover heen te klossen.

We maakten ons klaar om samen met nog 4 anderen te beginnen met een 2 daagse hike door de jungle, de gidsen die meegingen waren Natu en Toya (oftewel Tiger en Mowgli pff stelletje patsers). De jungle was weer heel anders dan die in Vietnam of Singapore. Wel raar want op een gegeven moment verwacht je stiekum toch wel dat elke jungle op elkaar lijkt. Nadat we al een behoorlijke poos hadden gelopen kwamen we een grijze makaak tegen. Met een banaan probeerden we hem een beetje dichterbij te krijgen, wel grappig want zodra hij een stukje van de banaan uit onze vingers had gegrist, ging hij op een veilige afstand het zitten oppeuzelen. Tijdens het verder lopen vertelden ze wat over de verschillende groepen oerangoetangs die hier rondliepen. Er bleek onder andere ook een aggressief vrouwtje rond te lopen die al een paar keer een gids te grazen had genomen. De meeste gidsen zijn daardoor ook wel bang voor haar. Dat is ook de rede dat Mowgli vooruit ging om te kijken of hij een groep kon vinden of toevallig die agressieve orang oetang. Terwijl wij als een kudde makke schapen achter hem aan liepen en een beetje de jungle aan het bewonderen waren, hoorde we hem op een gegeven moment keihard roepen: GO GO GO!!!!!!!! Bleek dat aggressieve vrouwtje daar te zitten. Wij dus als de sodemieter hard wegrennen (wat echt niet makkelijk is in de jungle). En terwijl 1 gids tussen ons en het agressieve vrouwtje in bleef, ging de andere gids ons voor. Toen we eindelijk uitgerend waren bleken we vlak bij een andere groep oerang oetangs te zitten. We zagen prachtige oudere vrouwtjes met jong en ook een heel nieuwsgierig jong vrouwtje. Met een banaan lokte we haar naar ons toe en het gevoel om bijna hand in hand met een oerangoetang te zitten is bijna onbeschrijflijk. Ze vertelden ook dat als er een wijfje is waarvan het kind dood geboren is of doodgegaan is, ze het lijkje met zich mee dragen net zolang totdat het bijna uit elkaar valt. Nadat we afscheid hadden genomen van de groep oerang oetangs zijn we bij een rivier gaan zitten en terwijl iedereen de voeten wat verkoeling gaf in het water, maakten we de bananen bladen open die de gidsen hadden meegenomen en begonnen we de nassi met kroepoek naar binnen te proppen met onze handen. Na weer een hele poos lopen kwamen we eindelijk bij ons kamp aan. Met bamboestokken waar bovenop en aan 1 zijkant zeil was gespannen hadden ze onze slaapplek gemaakt. Er was in ons kamp al een kok aan de gang om eten te maken. Wij dumpten onze spullen neer en renden met kleren en al de rivier in. Na al dat gezweet waren we toch al drijfnat. Toen we terug kwamen van het zwemmen zagen we al dat er een hele hoop kleine apies nieuwsgierig zaten te kijken wat de kok aan het doen was. Ook liepen er 2 grote varanen rond en een blinde schildpad. Na gegeten te hebben hingen we met zijn allen met de kont boven het kampvuur om de kleren een beetje te drogen. Na de rest van de avond gezellig te hebben zitten kletsen en aankeutelen, kroop iedereen op het rubberen matje in de tent om te gaan slapen. We werden 's ochtends vrij vroeg wakker en aangezien iedereen wel zin had om te zwemmen doken we het water weer in. Daarna zijn we met rubberen banden de rivier afgezakt. Helaas stond de rivier een beetje laag, dus echt tuben was het niet. regelmatig schraapten we met onze billen over de bodem van de rivier. Maar desalniettemin was het erg leuk en ontspannen om te doen. Toen we in ons hotel kwamen hebben we ons gedouched op de middeleeuwse manier (heel gewoon hier) door met een pannetje koud water over je heen te smijten. Opgefripst en wel besloten we een kijkje te nemen in de vleermuis grot die vlakbij was. Er ging een ander gidsje met ons mee. De grot zelf was wel mooi en je zag de vleermuizen wel zitten. Wat ons trouwens al opviel was dat elke knul hier wel gitaar kan spelen, we moesten dan ook op het irritante af luisteren naar liedjes waar ze een andere tekst op hadden gezet zoals : "jungletrek, jungletrek in Bukit Lawang. Zie de apen zie de tijgers in Bukit lawang..HEY" op de wijs van Jingle Bells. 's Avonds bleken ze een groot feest te hebben, maar we waren zo gaar als een balletje en nadat we de vraag kregen of we een "gids" nodig hadden om ons naar bed te brengen, vonden we het wel een strak plan om te gaan slapen.

Lake Toba
Wat een verschil in sfeer zeg...ze zijn hier namelijk christelijk en dat merk je gelijk aan de ontspannen sfeer. Wat ook wel grappig is is dat het hier echt de omgekeerde wereld is wat betreft intimidatie. hier zie je juist dat de vrouwen lonkend zitten te kijken naar een knappe buitenlander. Het rare vonden wij was dat je echt heel weinig toeristen tegen kwam, maar dat had waarschijnlijk te maken met de momenteel niet echt stabiele situatie in Indonesie, wel erg jammer want het is een mooi land. We waren van plan om een brommertje te huren en eens lekker het eiland te gaan verkennen. Het enige nadeel was dat je hier brommers hebt met versnellingen en een koppeling. Er was al afgesproken dat Nine zou rijden, omdat ze last van haar rug had en Hilde dus achterop zou zitten met de 2 tassen op haar rug. Het eiland is echt heel mooi om te zien en we konden hele stukken langs de kust rijden. Onderweg kwamen we soms nog hele leuke huizen tegen. Ze hebben een dak wat eruit ziet qua vorm als de horens van een stier. Die huizen zijn overblijfsels van de Batak people die hier leven. Hilde wilde ook wel een stukje rijden en heeft Nine dus even laten staan onder een groepje bomen terwijl ze probeerde om een beetje vooruit te komen wat vrij redelijk lukte. Op de terug weg naar ons hotel viel onze giegel open van verbazing. We zagen een vent ons voorbij rijden op een brommer, die zoveel meuk op zijn brommer had gepropt dat hij aan de achterkant eruit zag als een kleine vrachtwagen op 2 wieltjes. En aangezien de wegen dan wel goed zijn maar de bruggen echt voor de helft verrot zijn, is het serieus echt nog een kunst dat ze veilig aan komen in het dorp. Bij ons hotel aangekomen moesten we een behoorlijk hobbelig en steil keienpad naar beneden af en Nine gaf al aan dat ze het lopend wel zou doen. Aangezien Hilde helemaal geen ervaring had met brommerrijden en de illusie had dat ze redelijk kon knorren met dat brommertje, stapte ze redelijk stinkend op het brommertje om hem dan maar naar beneden te crossen. Nou foute boel natuurlijk.....zodra ze over de eerste de beste grote steen heen reed draaide per ongeluk de gaskraan verder open zodat ze als een speer over de hobbels heen bonkte. Gelukkig had Nine de brommer in z'n een gezet dus erg hard kon ze niet gaan. Met veel moeite en nogal stuiterend lukte het haar te stoppen vlak voordat ze bij een greppeltje was,ppfffiew. Nou je word dus gelijk op je neus getikt voor zo'n stinkactie. Al brullend van het lachen samen de brommer weer ingeleverd.

Bukkitinggi
Schijnbaar heb je hier in Bukkitinggi de grootste bloem ter wereld, die maar 1 keer per jaar voor zeven dagen bloeit. Nou wij wilden daar dus wel met de neus boven op staan dus richting een dorp gegaan waar ze wisten waar die bloem stond en daar kregen we een gids die samen met ons door het bos zou lopen op zoek naar de raflesia. Al lopend door het bos kwamen we na een poos in de buurt van de bloem, je zag de ranken al op de grond liggen, ter dikte van onze bovenarmen. Na iets verder omhoog te hobbelen zagen we hem dan liggen. Tja, echt een schoonheid was het niet maar we moesten toegeven dat ie wel groot was. De bloem had een beetje de textuur van een paddestoel met de kleur van rooie kool en dan bloeiend. Tja ach...dat ding kon er natuurlijk ook niks aan doen dat het moeders mooiste niet is. Wel leuk om gezien te hebben, maar we kunnen het je wel afraden om zo'n ding ooit te gebruiken als opfleuring van je bruidsboeket. Daarna hebben we door de straten zitten schuimen van de stad en we moeten eerlijk bekennen dat we een beetje verliefd zijn geworden op de achterafstraatjes. De sfeer is er heel gezellig en kleine kinderen lopen nieuwsgierig achter je aan, oudere mensen groeten je vriendelijk en maken af een toe een praatje met je. Ook zijn ze helemaal onder de indruk van digitale camera's en willen ze maar al te graag op de foto om daarna te kunnen die hoe ze er uit zien. Erg leuk om te doen en een leuke manier om contact te maken met de mensen.

Yogjakarta
We zijn in een redelijk luxe hotel gaan zitten omdat Hilde bijna jarig was. De dag erna werd Hilde al gelijk vroeg wakker gemaakt door Nine om haar te feliciteren met haar 23ste verjaardag. De rest van de dag lekker aangekeuteld en gemailed en gebeld. We wilden ook graag een taartje snoepen en werden naar een bakkerij gebracht door een hele aardige riksja rijder. Wel grappig dat je vaak hoort dat ze conecties hebben met nederland en dat ook sommige woorden hetzelfde zijn in het Indonesisch zoals : asbak, handoek enz. Ook kwam Nine er eindelijk achter waarom zoveel mensen haar "Nina bobo" noemen en spontaan het liedje beginnen te zingen. Het schijnt een heel bekend slaapliedje te zijn in Indonesie, dus zodra ze horen hoe Nine heet (automatisch dus Nina) vinden ze zichzelf allemaal heel erg origineel en zetten ze het op 'n zingen. In de bakkerij lekker met een bak koffie ons bijna ziek gegeten aan de taart. 's Avonds zijn we naar een soort ballet uitvoering gegaan " Ramajana" daar werd op een traditionele manier een belangrijk verhaal " verteld " over de ontvoering van een belangrijke godin. Heel erg mooi om te zien. De dagen erna zijn we naar de Borobudur geweest en de Prambanan. Het zijn allebei een soort tempels die uit ongeveer de zelfde tijd stammen als Ankor Wat. Vooral de Prambanan heeft er veel van weg, alleen dan is het een verkleinde versie. We hebben ze allebei bekeken tijdens de zonsopkomst, je moet er dan wel vroeg je bed voor uit maar dat is het echt meer dan waard. In Yogjakarta waren we inmiddels vaste klant in een leuk restaurantje, waarvan de eigenaar een kunstenaar bleek te zijn. Na een hele tijd gezellig met 'm te hebben gekletst zijn we naar z'n studio gezien. Z'n schilderijen doen een beetje denken aan Dali. We hebben er allebij een klein schilderijtje gekocht van dansende mannetjes, echt heel grappig. Omdat Yogjakarta bekent staat om z'n Batik werk, konden we het ook niet laten om ook nog eens een piepklein batik schilderijtje te kopen. Tja en van al dat kopen worden we alleen nog maar hebberiger, dus maar snel even de geldkraan dichtgedraaid, voordat we zoveel spenderen dat we door ons geld heen zijn en terug moeten naar Nederland.

Bromo
De toch vanaf Yogja naar de Bromo was zo lang, dat toen we aankwamen, het al avond was. Dus van de omgeving konden we helaas niks meer zien. We merkten wel dat we hoger zaten en hadden moeite om te wennen aan het temperatuursverschil. 's Ochtends in het pikkedonker gauw aangekleed en een dikke trui meegenomen en toen met een 4WD naar een berg gegaan die tegenover de Bromo staat. Daar was het wachten geblazen totdat de zon op zou komen. Vooral omdat we zaten te bibberen van de kou en trek begonnen te krijgen aan een bord snert, leek het wel een eeuw te duren voordat de zon om het hoekje kwam turen. Maar het was de moeite zeker waard! Wauww, wat een uitzicht over de vulkaan Bromo. Ook zijn buurman zag er goed uit, vooral omdat er om de haverklap grote stoomwolken omhoog dreven. Op weg naar de voet van Bromo zag je de natuur veranderen, minder planten en een stuk grauwer. Onder aan de voet was het een drukte van belang doordat er heel wat figuren stonden met paarden die graag wilden dat je per boerenknol omhoog zou gaan. Wij voelden meer voor de benenwagen. Het was best pittig om omhoog te komen, omdat er zoveel fijne as lag en je er bijna doorheen moest waden. Wat ook niet echt meehielp waren al die paardenmannetjes die knetterhard langs ons heen en weer reden om andere touristen omhoog te brengen, al die as stoof ontzettend dus binnen de kortste keren waren onze neusgaten dichtgeplamuurd met as. Boven gekomen hadden we een prachtig zicht op de krater. Ver beneden ons zagen we een soort gele plas liggen waar af en toe dampen uit kwamen zijlen, die echt waanzinnig stonken naar rotte eieren en in je ogen prikten. We zijn een beetje om de krater heen gelopen en zagen ook vanaf de bergwand waar de lava naar beneden had gelopen. Echt, waanzinnig!

Lovina Beach
We vonden Bali gelijk al leuk, de sfeer was er heel relaxed en we genoten van de prachtige rijstvelden. Wat we ook heel grappig vonden om te zien waren een soort bamboe palen die ze recht in de grond staken en er dan slingers en plantachtige versiering aanhangen. Het ziet er een beetje uit als een halve boog die langs de weg stond. Het bleek te maken te hebben met een soort oogstfeest en aangezien ze te lui waren om ze weg te halen stonden ze er nog steeds. Wij hadden daar geen problemen mee, want het zag er heel gezellig uit. Ook nog vol verbijstering zitten kijken naar hoe het kokosnootplukken in zijn werk ging. Iemand die aap de boom in klautert om ze los te snijden, terwijl beneden allemaal vrouwen ze in manden smijten en dan op hun hoofd wegbrengen. De mensen daar waren er wel heel happig op dat je wat ging kopen in hun winkels. Er waren ook hier weer weinig touristen, dus als ze je zagen werd er gelijk gevraagd of je vervoer wilde of iets anders. Zodra ze door hadden dat je al voorzien was werd er gezegd: " aaaaahhhhhh, to late for mehee ". Ondanks onze leuke ervaring met de irrawaddi dolfijnen in Loas die behoorlijk camera schuw waren, besloten we de gok te wagen en hier op bali te kijken of we ze wel dichtbij konden zien.'s Ochtends met zonsopkomst het water op. We hebben echt dubbel gelegen van het lachen en vonden het erg sneu voor de dolfijnen. Het werd namelijk echt een soort jacht. Zodra er een vin boven water te zien was gingen we er als een speer achteraan en tegen de tijd dat we er waren hadden we ze met de herrie van de motorboot al ongeveer 10 kilometer verderop gejaagd en dus opzoek naar de volgende vin die we boven water uit zagen steken. Na deze jachtige gebeurtenis, waren we van plan om eens lekker te relaxen en hadden bij een heel duur hotel geregeld dat we van hun zwembad gebruik mochten maken. Zaaalig, wat voelden wij ons lekker decadent terwijl we in ons prive zwembad rond plonsden. Er was daar natuurlijk ook geen kip te bekenen dus we hadden het helemaal voor ons alleen (jaa ons buitenhuisje met swimmingpool!!). Helaas mocht het zitten op ons krentje niet lang duren. We waren zo stom geweest om er van uit te gaan dat we geen visum hoefden te hebben voor Australie. We dachten dat dat alleen moest als je daar ook wilde werken en dat waren we toch niet van plan. Kwamen we erachter dat we een soort goedkeuring moesten hebben om het land in te komen. Aaaarghhh. Wij dus eerst geprobeerd om dat via de computer te regelen maar dat werkte bij ons niet. Dus als de sodemieter vervoer geregeld om naar de ambassade te gaan in Denpasar. Weg onze rust, boehoe en welkom stress, want we hadden nog maar weinig tijd. Bij de Australische ambassade werden we flink binnenstebuiten gekeerd om te kijken of we geen rare dingen mee naar binnen brachten. Binnen waren we al vrij snel aan de beurt en moesten daarna even wachten op de goedkeuring. De vrouw achter de balie zei onze achternamen zo raar (mevrouw Diebruuien?!) dat we rustig dom voor ons uit zaten te staren, totdat we door hadden dat ze toch echt ons bedoelde. Alles was toen geregeld en we konden weer terug naar Lovina om nog even rond te spartelen in ons prive zwembad. Toen we rond zonsondergang terug liepen naar ons hotel kwamen we een vrouw tegen waar we al eerder fruit van hadden gekocht en we bleven een poosje staan kletsen. Totdat ze er opeens uitgooide dat ze verdrietig was omdat er alweer gebombardeerd was. We schrokken ons het apelazer en zijn snel richting internet gegaan. Onderweg hoorden we meer mensen er over spreken en ook dat het de Australische ambassade was, we kregen er kippevel van. Zodra we achter internet kropen kwamen we erachter wat er gebeurd was in Jakarta...een bom was afgegaan op de Australische ambassade daar en had heel wat aangericht. We voelden ons heel raar want op precies het tijdstip dat daar de bom was afgegaan liepen wij net al beppend de ambassade in Denpasar uit. Toen we terug liepen naar ons hotel zagen we heel veel verdrietige Balinezen. Ze zagen het al helemaal voor zich wat er zou gebeuren. De bom heeft zijn werk gedaan....nog minder mensen zullen de komende tijd richting Indonesie gaan omdat ze zich er niet veilig voelen. Winkels, restaurants,hotels.....alles zal eronder lijden, want tourisme is 1 van de grootste bronnen van inkomsten voor Indonesie. We voelden met ze mee want wij hebben Indonesie leren kennen als een prachtig land met heel veel dingen om te zien en leuke mensen. De volgende dag onderweg richting vliegveld hadden we wel gemengde gevoelens. Na meer dan vijf maanden rondreizen in Azie, kwam er toch eindelijk een eind aan dit werelddeel en stond Australie voor de deur. Zuid Oost Azie heeft wel een speciaal plekje in ons hart gekregen. Klink heel zoetsappig, maar het is wel zo. De landen hier zijn zo anders dan het westen wat we gewent zijn. Maar dat zorgt juist weer voor z'n charme en z'n vriendelijkheid en gastvrijheid. Hoe zouden we het vinden om na zo'n lange tijd ineens weer in een westers georienteerd land te zijn.......

Met een brok in ons keel stapte we het vliegtuig in.
Dag Azie, hallo Australie!

Bekijk de foto's

Hallo,
Hier is alweer een nieuwe update. Dit keer gelukkig wat sneller dan de vorige. Veel leesplezier!

Hilde & Nine

Singapore
11 augustus 2004
De vlucht die we genomen hebben vanaf Bangkok naar Singapore was tot nu tu het meest luxe van onze reis. In de stoel voor ons zat een klein tv schermpje waarmee we spelletjes konden spelen (met iedereen die ook maar het spelletje wilde mee spelen), films, series en het nieuws konden kijken. Echt mega gaaf. Wij besloten de film Shrek 2 te kijken. Helaas was onze vlucht zo kort dat we twee minuten voor het einde van de film landden.......aaarch, boehoe. Nu maar hopen dat al onze vluchten zo'n leuk speledingetje hebben.
Singapore zelf is een mega grote en moderne stad. De straten zijn blinkend schoon en al het groen wat er in de stad staat is nog net niet met een geodriehoek neergeplant. En wat helemaal heerlijk was, was dat we eindelijk de afgrijselijke lucht van de durian niet meer roken. (Durian is een vrucht ter grote van een meloen met de buitenkant van een ananas en stink alleen verschrikkelijk erg, een beetje naar een riool. Het smaakt er eigenlijk ook wel naar.) Die vrucht achtervolgt ons al sinds Vietnam.
In de lokale bussen hangen tv-schermen waardoor je goed op de hoogte kon blijven van de olympische spelen. En dat niet alleen...ook de riksja-rijders hebben een hoop luxe aan de fiets hangen, van een gettoblaster die knetterhard chineze techno uit balkt, tot een prachtige blote barbiepop ( ? ) aan de zijkant van het bakkie.
Ook erg leuk om te zien is dat alle verschillende groeperingen, zoals Hindoestanen, Boedisten, Moslims en Christenen allemaal zo makkelijk met elkaar leven. Zo kom je een Hindoe tempel midden in Chinatown tegen en zie je massa's Chinezen even respect tonen aan een ander geloof (iets wat je in China echt niet zou zien!).


De hele stad bestaat uit een groot winkelcentrum, echt een paradijs op aarde dus voor vrouwen. Wij konden het dus ook niet laten om de ene grote 'mall' na de anderen binnen te stiefelen en alles te bekijken wat ze te koop hadden staan.

We wilden na aankomst het visum voor Indonesie regelen. Eenmaal bij de ambassade moesten we ons creditcard en rijbewijs als onderpand geven voordat we het gebouw binnen mochten. Daar bleken we te laat te zijn om onze visumaanvraag in te dienen, met het gevolg dat het door feestdagen en het weekeind 6 dagen zou duren voordat het klaar zou zijn. En daar hadden we toch niet zoveel zin in. Dus toen maar gaan shoppen........

En natuurlijk zijn we weer eens naar de bios geweest. Dit keer naar Secret Window met Johnny Depp. En ze hadden zoute popcorn, hoei hoei (iets wat hier bijna niet te krijgen is omdat ze het niet echt heel lekker vinden).

We besloten naar de botanische tuinen te gaan, omdat we hadden verwacht dat we heerlijk op het gras konden liggen. Stonden er overal bordjes dat je het gras niet mocht betreden. Wat een tegenvaller zeg. Wel was het leuk om de ontgroening van een stel studenten te zien. Ze moesten midden in het park een raar indianenliedje gaan zingen met de bijbehorende bewegingen. In een half uur tijd hebben we het liedje zo vaak gehoord dat we 's avonds toen we naar bed gingen zelf de hele tijd het liedje zaten te neurien.

De volgende dag zijn we naar Little India gegaan, maar dat was eigenlijk wel een behoorlijke tegenvaller. We zouden op elke straathoek rare mannetjes moeten zien met een papagaai die je je toekomst kon voorspellen. Maar we hebben geen papagaai gezien......wel een hoop rare mannetjes. Dus na dit fiasco door naar Chinatown om daar een stadstour te doen. De brochure zei dat het een ander soort tocht zou zijn dan dat je normaal meemaakt en dat klopte. We kregen een rondleiding in de rosse buurt van Chinatown. Zo weten we nu dat al die leuke lantarentjes die je voor huizen ziet, niet gewoon Chinese prul zijn, maar betekenen dat het een hoerenhuis is. Ook de namen van sommige winkeltjes en straten hebben een dubbele betekenis, zoals Kam In Yogaclub. Na deze boeiende tour besloten we nog wat te drinken en een beetje de nachtmarkt van Chinatown te verkennen. Maar van dat plan weken we al snel af, toen er midden op een kruising een groot podium werd neergezet en ze gezellig met ze allen begonnen te lallen. Een vent vond dat hij wel zo geweldig karaoke kon zingen en gaf (onder luid protest van de rest van Chinatown) ongeveer 20 toegiften. Regelmatig leek het alsof de plaat bleef hangen, maar blijkbaar was dat onderdeel van z'n eenmans show.
We zijn ook naar een klein eilandje voor de kust van Singapore geweest, genaamd Sentosa. Wat een Disneyland gevoel kregen we daar zeg! Het hele eiland is een touristische attractie. Op het palmboomstrand had je een mooi uizicht op schepen die de haven binnen voeren. Er staat een groot standbeeld van de Merlion, het symbool van Singapore. Het allerleuks (en eigenlijk ook het aller foutst) was de muziekfontein, waarbij je 's avonds een spectaculaire lazershow had. Met een projector werden beelden op een fontein geprojecteerd, waardoor het net leek of je naar een groot bioscoopscherm zat te kijken.


Als afsluiting van ons reisje naar Singapore zijn we lekker decadent naar een loungebar op de 70ste verdieping van het Stanford hotel gegaan. We hadden een waanzinnig uitzicht over de stad en stonden al kwijlend achter het glas. Het was ons biertje van 20S$ wel waard. Balen dat we onze trein de volgende ochtend moesten halen.

Maleisie
16 augustus 2004


Kuala Lumpur
Jaa, illegaal in Maleisie!!!! We zullen gelijk even uitleggen hoe we dat voor mekaar gekregen hebben. Vlak voor de grens met Maleisie werd er omgeroepen dat je uit de trein moest om je exit-stempel te halen. Toen kregen we ook een customsformulier voor Maleisie. Wij die braaf invullen in de trein. Toen we stopten aan de kant van Maleisie zaten we dan ook helemaal startklaar. Maar we kregen nooit het sein om de trein uit te stappen. Dus wij braaf blijven zitten, die lieve douanemensen zouden zo wel komen...... Nou, tegen de tijd dat we in Kuala Lumpur aankwamen hadden we die illusie wel opgegeven. Na op het station nagevraagd te hebben, te horen gekregen dat we echt geen stempel hoefden te hebben. Toch vertrouwden we het niet helemaal en bij ons hotel bleek dat we dat dus wel degelijk moesten hebben. Oeps!! we waren al te laat om nog naar het immigratiekantoor te gaan. Dus maar naar bed gegaan, met ondertussen nachtmerries van dichtslaande celdeuren. Gelukkig bleek het allemaal reuze mee te vallen. De man die ons hielp vertelde dat Singapore wel vaker problemen gaf en we konden na een uurtje ons paspoort weer op halen. Nu hebben we dus weer een mooi plakkaat in ons paspoort i.p.v. een ieniemienie stempeltje, hihihi. Oh wat wordt ons paspoort mooi! Wat een rare knakkertjes lopen er hier trouwens rond. Het ene moment kom je mannen tegen die mega geintimideerd zijn door ons en continu snel over hun schouder kijken of we nog achter hem lopen om vervolgens steeds wat sneller te gaan lopen, het andere moment wordt je nog net niet toegevoegd aan het harem van een of andere glibberige gladjakker.
Kuala Lumpur is in vergelijking met Singapore wel een vieze stad, overal komt de heerlijke geur van durian je weer tegemoed.


Met een megaplattegrond van de stad alle leuke dingen omcirkeld, dat werkte wel goed want we zijn echt de hele stad drie keer rond geweest in een paar dagen.
Wat we echt leuk vonden waren de " Petronas Twin Towers " hele hoge torens dus, met daarnaast een groot winkelcentrum. We hebben aardig vaak geprobeerd om helemaal boven op de torens te kunnen, helaas is dat niet gelukt. Ze verkopen tussen een bepaalde tijd 's ochtends kaartjes met daarop de tijd dat je naar boven mag. De eerste keer dat we de gok waagden was het te laat voor de kaartverkoop, de keer erna konden we pas kaartjes krijgen tegen het einde van de ochtend en aangezien we die dag om 2 uur met de bus weg gingen zat het er weer niet in, arghhh. Gelukkig hoorden we van een paar mensen die al mopperend naar buiten kwamen lopen dat je maar omhoog mocht tot de brug die de twee torens verbind. Nahhh, toen waren we er niet meer zo rauwig om hoor.
We zijn ook naar een vogelpark geweest, het scheen het grootste overdekte vogelpark ter wereld te zijn! Nou, dat klonk goed. Dus die kant opgelopen. Binnen in het park zaten alle vogels achter tralies...boehoe. We hadden verwacht dat zowat elke vogel die er bestaat gezellig langs je komt flapperen en evt. een mooie flats op je shirt achter zou laten als bewijs dat je in het park geweest was. Nou, dat zat er dus niet in. Teleurgesteld waren we al richting uitgang aan het lopen toen...heyyy wat zag ons oog daar? Een loslopende neushoornvogel! Wij er dus met de camera achteraan, dat beest bleek echt camera vrees te hebbben. Elke keer als ie leuk "poseerde" en wij in de buurt kwamen hipte hij weer weg, het loeder! We zijn zelfs een restaurant in gestuiterd, omdat ie daar op het terras zat. Gelukkig kregen we hem daar mooi op de foto.
Op naar het volgende cirkeltje op onze kaart, de Menara toren. Ook een hoog gebouw. Gelukkig konden we daar gelijk naar binnen. Met een lift werd je naar de top gebracht, al gapend om de buisjes van eustachius (hey, we weten ook eens wat) open te houden. We kregen een koptelefoon met een gaaf afluisterapparaat uitgereikd. Als je op de knopjes drukte, begon er een zoetsappige stem allerlei "boeiende" dingen over het prachtige uitzicht te vertellen. Aangezien we daar niet zo op zaten te wachten na het 4de blabla verhaal maar van de knopjes afgebleven. Uit allerlei verschillende landen kon je de hoogste gebouwen zien, die waren uitgesneden in een glasplaat, de hoogte stond er ook bij. En na effe zoeken vonden we tot onze trots...de euromast. Pfff wat een piepeltje vergeleken met alle andere gebouwen zeg, maar hij stond er in elk geval wel bij.
Na nog een paar bewonderende blikken maar richting uitgang gelopen. Eigenlijk hadden we het plan om die leuke apparaatjes mooi achterover te drukken (die zoetsappige stem zouden we er wel uit slopen), helaas keek de bewaking onze kant op dus het ding maar braaf terug gegeven.
Op naar de Masjid Jamek het laatste cirkeltje op de kaart, een moskee die bij de rivier in de buurt zat. Aangezien we er niet echt op gekleed waren en het er nogal druk uitzag van mensen die wilden bidden, hebben we er maar foto's van gemaakt. Wel grappig dat je na al die boeddistische landen nu de Islamitische gebeden uit de luitsprekers hoort, tis weer eens wat anders.
Om onze vermoeide voeten na die drukke dagen wat rust te gunnen, lekker onderuitgezakt in de bios gaan zitten, 1 blik op Spiderman op groot scherm is genoeg...foei, wat kan die vent lelijke bekken trekken zeg, blij dat ie een muts op z'n koppie heeft zitten. De film zelf vonden we erg leuk, regelmatig al bulderend op onze knieen zitten slaan.


Cameron Highlands
We merkten in de bus er naar toe al dat het hier een stuk frisser is in de heuvels. Heerlijk die lekkere groene buitenlucht na al dat stadse grijs (om het maar even poetisch neer te zetten), daar waren we hard aan toe na al die grote steden. We waren niet van plan om heel lang hier te blijven dus gelijk al uitgezocht wat we het leukst vonden om te doen de volgende dag. Wat wij graag in 1 dag wilden proppen bestond zowiezo al niet. Dus op eigen houtje de bus gepakt en uitgestapt bij een aardbeienboerderij. Hmmm..dicht, da's balen.
We zijn even langs de fruitstalletjes gaan dwalen en toen omhoog richting de theeplantage. Oww wat voelde wij ons een stelletje gezonde boerenhollanders.... maar na een paar meter waren we al achter adem en ondertussen keken we weemoedig omhoog naar het takke stuk wat we nog moesten. Jaha, we zijn week geworden door al die stadse trams, bussen en treinen. Wat waren we blij toen er een prachtige bak naast ons kwam rijden. Toen de bestuurder het raampje opendraaide en in het nederlands heel droog vroeg of we een lift wilden......zijn we echt gewoon door gelopen hoor. Tuurlijk niet!!!!! Ze hadden drop bij zich, snap dat dan. Heerlijk een lift naar boven dus. Bij de theeplantage kon je een kleine rondleiding krijgen langs de machines die ze gebruikten om thee te maken. Als dank voor de lift een bakje thee en een plak cake aangeboden aan het nederlandse stel. Daarna ook nog samen met hun naar het uitkijk punt gereden, wat had je daar mooi zicht op de plantages die mooi tegen de heuvel lagen. Vanaf het uitkijkpunt liep er een paadje de jungle in, daar namen we afscheid van onze redders in nood, die weer met de auto verder gingen. Wij waren van plan om door de jungle weer naar beneden te gaan. We hadden ons van te voren goed voorbereid, onze uitrusting was: een dagmedicijntasje, genoeg water, bananen en een plak chocola, regenkleding en een flesje met 95 % DEET tegen evt.bloedzuigers. Jaja, echte bikkels dus. Nou, dat was achteraf gezien niet echt nodig geweest. Er stonden notabene ANWB-paddestoelen (dat dan nog weer net niet maar ze hadden wel af en toe een rood geschilderde boom ertussen gezet). Toch was de tocht echt mega gaaf. Lekker zelf zonder gids op je dooie akkertje door de jungle lopen heeft echt wel wat. We hadden genoeg tijd om eens goed om je heen te kijken en met je neus voor mooie planten te gaan staan. De tocht zelf was wel aardig ploeteren want je moest de hele tijd bergafwaards over boomwortels, door struiken en modder baggeren, maar dat was het zeker waard. Toen we bij het eindpunt van de route waren lekker met onze gore kleren op het gras neergeploft om met een tevreden grijns de reep chocola en bananen weg te werken.


George Town
Hehe, na dat beetje groen kun je wel weer even tegen een stad, het hotel wat ons wel aanstond was even zoeken...en toen maar gewoon een ander hotel genomen.
We wilden eigenlijk zo snel mogelijk een visum regelen voor Indonesie maar dat wil niet echt op een zondag, toen er ook maar echt een rust dag van gemaakt, heerlijk na zo'n lange poos reizen! Lekker uitslapen, uit je neus grutten, winden laten en de bladzijden van je boek omslaan waren de zwaarste taken van die dag.
Met het open ticket van de ferry naar Medan onder ons arm, richting Indonesische ambassade gegaan. Daar aangekomen werd er een kopie van je creditcard gemaakt, en van het ferry ticket. Een paar formulieren moesten worden ingevuld en je moest bewijzen dat je indonesie ook weer uitgaat door bv je vliegticket te laten zien. De volgende dag zouden we ons paspoort weer op kunnen halen. De rest van de dag waren we lekker aan het rondslenteren door de stad.
's Ochtends ons ferry ticket nog even bevestigd en naar de kapitan kelling moskee geweest. We waren er niet echt op gekleed en kregen dus een mooi uhhmm gewaad om aan te trekken.Verbazingwekkend genoeg hoefden we geen hoofddoek op. Een of ander piepeltje van de bewaking liep als een schaduw achter ons aan en dat was niet vanwege ons mooie gewaad, de reden waarom hij als een jong hondje achter ons aan stapte was om te voorkomen dat we de gebedsruimte in zouden gaan, heel begrijpelijk natuurlijk.
Daarna zijn we op jacht gegaan ! Nine had namelijk in Kuala Lumpur een stoere chineze trommel gezien, maar dan een vrij speciale. Het nadeel was dat de meneer van de kraam hem alleen verkocht in combinatie met zijn grote broer van 1 bij 1 meter (oke iets overdreven). Daar zat ze natuurlijk niet op te wachten en dus de koop niet gedaan. Achteraf gezien, spijt als haren op haar hoofd want waar we ook keken...nergens meer zo'n trommel gezien.


Morgen met de ferry de oversteek maken naar Medan (Indonesie), we zijn erg benieuwd!
Hilde en Nine

Hajo altesaam,
Hier is dan eindelijk de langverwachte update. En hij is heeeeeeeeel lang! wel drie landen lang!
Veel leesplezier!
Nine en Hilde

Vietnam
5 juli 2004

Ho Chi Minh City
In HCMC moesten we lang zoeken naar een goede slaapplaats, aangezien alles al vol was toen we daar aankwamen. Maar uiteindelijk hadden we samen met Andrea (een leuke Nederlandse meid die we ontmoet hadden in de bus) een redelijk goedkope kamer kunnen vinden met airco en HBO (jee lekker films kijken!).

De dag na aankomst zijn we naar de Cu Ci Tunnels geweest. Dat zijn de Vietkong tunnels ten noorden van HCMC. De tunnels die ze gegraven hebben zijn ontzetten smal. Zo smal dat ze de tunnels moesten aanpassen voor de grote westerse kont. Hilde had helaas nog last van haar voet (na onze spannende trekking in Dalat) en kon daardoor de tunnels niet in, boehoe snirf wat was ze daar rouwig om.....Nine (de bikkel) ging samen met 1 andere bikkel de lange tunnel (van 100 meter) in. Het was daar echt mega benauwd en heel smal. De enige manier om vooruit te komen was tijgeren of als een pinguin vooruit waggelen. Aan het einde van de tunnel bleek ook nog eens een vleermuis te wonen die er niet zo gelukkig mee was dat er elke keer mensen door z'n huis stiefelden. Dus vloog dat beest druk heen en weer en kwam bijna vast te zitten in Nines haar. Hilde lag helemaal blauw van het lachen toen Nine als een vetvlek uit de tunnel kroop. Daarna hebben we de vallen gezien die de Vietkong in de tunnels hadden verborgen (niet erg fijn als je in een van die dingen vast komt te zitten) en zijn we naar de schietbaan gegaan waar je proppenschieters kon halen. Nine had door de terugslag van de AK47 eerder een vogel uit de lucht kunnen schieten dan het bordje voor haar snuffert kunnen raken. Allebei helaas niet gelukt. Daarna zijn we naar het WAR museum gegaan. Daar zagen we wat voor'n effecten de napalmbommen van de Amerikanen vandaag de dag nog hebben. Ook waren er een paar afschuwelijke foto's gemaakt door fotografen die vlak voor het moment van vermoorden nog even een kiekje maakten van de slachtoffers (want dat is zo leuk voor het plakboek). We kwamen nogal misselijk uit het museum. De rest van de dag hebben we dus ook maar niets meer gedaan, behalve op een terasje zitten en DVD's kopen.

Nhat Hong School for the Blind
Omdat we erg nieuwsgierig waren naar de voorzieningen voor visueel en verstandelijk gehandicapten in het buitenland hebben we contact gezocht met de stichting Dark and Light. Zij hebben ons een aantal adressen heeft gegeven van projecten die zij steunen in Azie. Een daarvan is de Nhat Hong School for the Blind, in Ho Chi Minh City, Vietnam.

Tijdens het maken van een afspraak over de telefoon, werd er al enthousiast gereageerd op ons bezoek. Met een taxi werden we buiten het centrum van Ho Chi Minh City gebracht. De school zat aan het einde van een nauw steegje, dat we al snel vonden dankzij de aanwijzingen die we hadden gekregen.

We werden verwelkomd door zuster Nga, die erg nieuwsgierig was naar ons contact met Dark & Light. Tijdens een kopje thee vertelde ze dat de school 9 jaar geleden is opgestart en wordt gerunt door de nonnen. Sinds de steun van Dark and Light is de school erg gegroeid en hebben ze meer voorzieningen en leraren, die worden betaald door Dark and Light. We hoorden dat er momenteel niet veel leerlingen waren, omdat ze drie maanden vakantie hebben tijdens het hete seizoen. De leerlingen die er nu waren, doen mee aan een zomerprogramma en komen uit verschillende delen van Vietnam. Ze varieren in leeftijd van 6 tot 22 jaar. De kinderen die jonger zijn blijven thuis, maar worden wel geholpen door de school. Leraren gaan bij hen op bezoek en geven informatie en tips aan ouders/ verzorgers hoe om te gaan met de visuele handicap van hun kind. Het werk voor mensen met een visushandicap is in Vietnam beperkt tot het verkopen van kranten en het maken en verkopen van ansichtkaarten, armbanden, kettingen en sleutelhangers. Als je geluk hebt zit er misschien een kantoorbaantje voor je in. Wat wel erg bekent is in Vietnam zijn blinde masseurs. Op deze school kun je dan ook een massage cursus volgen en bestaat er de mogelijkheid wat meer te leren over traditionele medicijnen. Als iemand rond de 15 jaar is, wordt er individueel gekeken naar wat mogelijk is en wat hem of haar leuk lijkt om te doen in de toekomst.

Hoewel zuster Nga ontzetten veel voorzieningen aan ons liet zien, misten we twee voor ons westerlingen doodnormale voorzieningen. Namelijk de tik-/ herkenningsstok en de blindegeleide hond. Dat laatste is vrij simpel. Een opleiding voor een blindegeleide hond zou erg veel geld kosten en wat er nog bij komt is dat ze hier in Vietnam ook hond op het menu hebben staan. En als zo'n hond dus over straat loopt, zou hij makkelijk gepakt kunnen worden om vervolgens in de koekenpan te verdwijnen. Een smakelijk maar duur hapje. Wat betreft de herkenningsstok....dat ligt wat ingewikkelder. Als je hier in Vietnam een handicap hebt, wordt er gedacht dat dat de schuld zou zijn van een zonde die je ouders of degene zelf begaan zou hebben. Logisch dat de mensen hier liever niet een stok hebben.

We kregen een rondleiding in de school, waar we als eerste een paar meiden zagen die muziekles kregen. Vier meiden speelden een typisch Vietnamees tingeletang muziekje. Ze werden begeleid door een puk van 6 jaar die boven op een dik boek moest zitten om bij haar keyboard te komen. Zuster Nga vertelde ons dat al de meiden blind waren, maar dat sommige op latere leeftijd hun gezichtsvermogen hadden verloren, waardoor het af en toe net leek alsof ze ons aankeken terwijl we met hen praatten. Een verdieping hoger waren ze bezig met computerles. We keken onze ogen uit naar de prachtige apparaten die ze ons vol trots lieten zien: Een scanner, braille printer, braille kopieerapparaat, vergrootglastv, braille typemachine en een paar computers. Allemaal mogelijk gemaakt door de steun van Dark and Light. Er wordt dan ook goed gebruik van gemaakt. Door programma's op de computer kunnen ze Engels leren, boeken lezen en boeken maken.

Tijdens de computerklas zijn we in gesprek gekomen met een van de leerlingen. Hij is net klaar met zijn secondary school (middelbare school) en zijn leraren en de onderwijsraad wilden eerst niet dat hij examen deed. Hij moest lang vechten voordat hij dezelfde rechten kreeg als de andere leerlingen en vertelde ons vol trots dat hij ondanks de verwachting wel zijn examen had gehaald. Tijdens het gesprek was hij vrij verlegen, maar toch kwam er af en toe een onverwachte zin uit. Zo was hij erg nieuwschierig naar de leeftijd van Hilde en of ze toevallig al getrouwd was.

We liepen verder naar een lokaaltje waar ze druk aan de slag zijn om sleutelhangers te maken van verschillende soorten kralen. Ze doen dat op bestelling, zodat ze zeker weten dat wat ze maken ook echt wordt verkocht. Zuster Nga vertelde ons dat het wel moeilijk is voor de school om dit soort producten te verkopen, aangezien ze veel concurrentie hebben van anderen die sleutelhangers maken en waarvan de productie hoger ligt omdat deze mensen kunnen zien. De leerlingen vonden het wel gezellig dat we mee keken en zaten onderling een hoop te ginnegappen en te giebelen.

Een paar jongens lieten ons na de les zien hoe goed ze konden voetballen. We kregen nog een uitnodiging om mee te doen, maar nadat we hadden gezien hoe ruig het er aan toe ging hebben we maar nee gezegd.

Toen de bel voor het avondeten ging, werden we uitgenodigd om mee te eten. We aten aan de tafel met de zusters en zagen gelijk dat de kok veel moeite had gedaan om ons een heerlijke Vietnamese maaltijd voor te schotelen. Zo kregen we onder anderen gevulde mini inktvis, wat wel redelijk smaakte (alleen leek het soms alsof je op een elastiekje zat te knagen) en natuurlijk de heerlijke Vietnamese loempia's. Als toetje kregen we een zoete grapefruit, echt heerlijk.

Tijdens het eten vertelde zuster Nga ons dat Dark and Light over een jaar stopt met het ondersteunen van hun school. De zusters zijn dan ook bezorgd over de toekomst. Dark and Light heeft heeft ze zo goed gesteund en ze zijn zo blij met de spullen die ze van hen hebben gekregen, maar de vraag is hoe lang dit alles mee gaat. Ook het aantal leraren zal dan minder worden, aangezien de school niet genoeg geld heeft om deze allemaal te betalen. Maar Nga verteld ons dat Dark and Light de fundering van de school heeft gelegd en dat ze er van overtuigd is dat alles goed zal komen en de school zal blijven bestaan.

Na het eten willen de kinderen graag een lied voor ons zingen en na een paar mooie Vietnamese liedjes is het contrast dan ook wel erg groot als wij met onze Nederlandse boerenklompenliedjes aan komen, zoals "de blote banaan uit afrika" en "een strontvlieg uit suriname". De kinderen moesten hard lachen en zetten spontaan weer een lied in.

Als afscheidscadeau krijgen we 2 mooie sleutelhangers. We vonden het dan ook jammer om afscheid te nemen van deze vriendelijke en gastvrije mensen en gingen weg met het idee dat deze mensen bergen kunnen verzetten. Het enige wat ze nodig hebben is begrip in eigen land en de steun van stichtingen zoals Dark and Light.

Mekong Delta
We besloten onze tocht naar Cambodja per boot te doen. Dat houdt dus in dat je 3 dagen in een bootje op de Mekong Delta dobbert. Erg leuk. Vooral het stukje door de kleine zijtakjes van de rivier, waar je het dagelijks leven van de mensen daar kan bewonderen. Zo zagen we veel vrouwen zich wassen en kinderen spelen in het water. Ook zagen we twee blije eikels langs de waterkant die bezig waren met het kaal plukken van een net geslachte hond. Ze gebruikten het water van de rivier om de haren weg te wassen. Die hadden dus 's avonds de hond in de pot. Ons gidsje Tin Tin (een psychisch maniakje met een hysterisch lachje) vroeg of we zin hadden om slang te proberen. Aangezien we eerder op de dag toch al een phyton om ons nek hadden gehad, besloten we er een lekker slangendagje van te maken. Dus 's avonds onder het genot van een glaasje slangenwijn een overheerlijke slang naar binnen zitten werken.

De grensovergang was weer eens als vanouds, lekker veel papierwerk dus. Gelukkig ging het aan de kant van Cambodja heel wat sneller!

Cambodja
16 juli 2004

Phnom Penh
Na en nogal hobbelige busrit waarbij we regelmatig met het hoofd bijna door het dak zaten, kwamen we aan in Phnom Penh. Het eerste wat ons opviel was dat de stad eigenlijk veel moderner was dan dat wij hadden gedacht. Veel ruimer opgezet dan HCMC. Samen met Greet en Koenraad (twee belgen die we hadden ontmoet tijdens de Mekong Delta tour) en Andrea zijn we naar een ontzettend leuk en gezellig guesthouse gegaan, genaamd Top Banana. Het allerleukste was dan ook dat ze een DVD speler hadden. Dus de eerste dag hebben we de hele dag onze nieuwe dvd's gekeken. Het enige probleem was echter dat de helft van die krengen niet goed werkten en de andere helft waarschijnlijk in de bios was opgenomen, waardoor je regelmatig wat gekuch hoort. Het allerleukste was toch wel de dvd van Starsky and Hutch. Om de vijf minuten veranderde het beeld van kleur naar zwart wit, liepen er balken doorheen of kwam er in beeld te staan dat we naar een illegaal gecopieerde dvd zaten te kijken. Na ongeveer een uur stopte de film abrupt. Dat bleek met meerdere dvd's het geval te zijn. Oeps, hadden we ze nou maar in de winkel gecontroleerd. Dus goede tip voor de mensen die naar Vietnam gaan, controleer de dvd's of de film ook echt helemaal op de schijf staat!.

De dag daarna zijn we naar S21 gegaan. Dat is een oude hogeschool die door Pol Pot (leider van de Khmer Rouge) tijdens zijn regime omgeturnt was tot een gevangenis. Het was heel indrukwekkend om alle foto's te zien van de mensen die daar gevangen hebben gezeten. De manier om iemand in de camera te laten kijken was nogal rigoreus. De gevangenen werden op een stoel gezet met daarachter een pin die tegen het achterhoofd aan drukte. Op het moment dat de persoon ook maar iets bewoog en dus met het hoofd de pin iets verschoof, kwam er een stroomstoot uit de pin. Iedereen die door de KR werd opgepakt, omdat diegene verdacht werd van samenzweringen tegen Pol Pot en zijn ideeen of maar een beetje liet zien dat ie intelligent was (zoals het spreken/ begrijpen van een andere taal buiten het gebruikelijke Khmer) of een bril droeg, eindigde in deze gevangenis. Bijna niemand van de gevangenen heeft de 4 jaar van het regime overleeft.

Na S21 zijn we naar de Killing Fields geweest. Dat is de plek waar duizenden Cambodjanen naartoe werden gebracht voor "heropvoeding". Wat inhield dat je een klap tegen je achterhoofd kreeg, waarna je strot werd doorgesneden (een effectieve manier om kogels te sparen volgens de KR). Baby's werden doodgeslagen tegen bomen of gebruikt voor "kleiduif schieten". In het midden van het veld staat een groot gebouw met daarin allemaal schedels van de mensen die daar vermoord waren. Overal komen stukken kleding uit de grond piepen. Er liepen kleine kinderen rond die met hun vingertje naar hun mond wezen en ondertussen vroegen: "Mie mjam-mjam?" Ofwel heb je wat te bikken bij je? Bij de uitgang staan blije Cambodjanen te wijzen naar hun missende lichaamsdeel in de hoop dat je hen wat geld geeft. Als je je hierna weer een beetje vrolijker wilt gaan voelen, kun je altijd nog aan de happy shake of happy pizza (volgepropt met wiet) die je overal in de stad kunt krijgen.

Wij hebben de voorkeur gegeven aan een massage bij de Seeing Hand School (ook weer gesteund door Dark & Light). De massage was heerlijk en we voelden ons wel 10 centimeter langer na al dat getrek en gesjor.

De volgende dag zijn we met Andrea, Greet en Koenraad naar het Friendship restaurant gegaan. Dat is een restaurant dat wordt gerund door straatkinderen. Echt aan te bevelen om daar te eten, want het is om je vingers bij op te vreten! Daarnaast zit een winkeltje waar de straatkinderen hun zelfgemaakte waar verkopen.

's Avonds hebben we een traditionele shadowpuppetshow gezien. We dachten dat ze tijdens zo'n show altijd achter het doek blijven, maar niets is minder waar. Voor het doek wordt er een heel toneelstuk opgevoerd, waarbij de "acteurs" hun poppen boven zich houden en haast vergeten dat ze deze vast hebben. Heel leuk om te zien, maar langer dan een half uur moet het niet duren.

Hilde heeft Nine nog behoorlijk in de stress gekregen door een half uur lang te verdwijnen, terwijl ze alleen maar samen met een paar straatkinderen (mie mjam mjam!) de hort op ging om eten voor ze te kopen. Het probleem is echter dat Hilde het richtingsgevoel heeft van een dronke tor, dus Nine dacht na een half uur dat Hilde inmiddels wel aan de andere kant van de stad zou lopen op zoek naar de plaats waar we hadden afgesproken. Gelukkig hadden de straatkinderen wel een goed richtingsgevoel en na een half uur werd Hilde op de juiste plaats afgeleverd.

Siem Riep/ Angkor Wat
De bootreis vanaf Phnom Penh naar Siem Riep was heerlijk. Lekker snel en we zaten op het dak van de boot dus kregen we ook nog een lekker tintje. Gelijk bij aankomst een afspraak gemaakt met een toektoek-driver om de zonsondergang in Angkor Wat te zien. Dat was zeer de moeite waard zeg! We waren als eerste naar de Angkor Wat (de tempel) gegaan en daar een nogal steile trap beklommen om eenmaal boven te horen te krijgen dat ze gingen sluiten. Toen maar met veel moeite de steile trap weer af en snel door naar Phnom Bakheng wat op een heuvel ligt, waardoor we een mooi uitzicht hadden op de ondergaande zon.

De volgende ochtend om 4 uur uit de veren om de zon weer op te zien gaan boven de tempel Angkor Wat. Ontzettend versuft zaten we daar in de toektoek, maar toen we onderweg de lucht rood zagen kleuren, begonnen we ons chauffeurtje een beetje op te jagen om maar op tijd bij de tempel aan te komen. Dit was verreweg de mooiste zonsopkomst die we tot nu toe gezien hebben. De rest van de dag hebben we allerlei tempels bekeken, waar we vooral de Ta Prohm (een tempel door de jungle overwoekerd) er met kop en schouders bovenuit vonden steken. Het voelde een beetje aan als Jungle Book of Indiana Jones.

De volgende dag weer eens voor de verandering vroeg opgestaan om met ons toektoek-je naar een tempel te knorren die een behoorlijk eind weg zat. Weer een heel mooie tempel, maar helaas begonnen we een beetje tempelmoe te worden. Dus nadat we deze hadden gezien nog maar naar 1 tempel gegaan, eentje waar een mooie poort voor stond met boven de ingang een toren met aan vier kanten het gezicht van Avalokitesvara (een of andere god). Mega gaaf.

Kratie/ Stung Treng
Nadat we terug waren gekomen van Siem Riep, besloten we over land naar Laos te gaan. In Phnom Penh een busticket geregeld naar Kratie, vanwaar we met de boot verder zouden gaan naar Stung Treng. Toen we de kaartjes voor de bus kochten kregen we te horen dat ze een nieuwe firma waren en mooie nieuwe bussen hadden met airco. We hoopten dat dat brakke kreng wat ons stond op te wachten ons naar de mooie nieuwe grote bus met airco zou brengen. Nou, nee hoor...... dit was 'm dan! Ondanks de brakke bus en de krappe beenruimte, toch een gezellige busrit gehad met 4 andere Nederlanders. In Kratie zijn we blijven slapen om de volgende dag met de boot over de Mekong naar Stung Treng te gaan. De boot was zo afgeladen vol dat we als hagelslag op de boterham boven op het dak van de trekschuit zaten. De boot ging bij elke golf heel erg heen en weer zodat zelfs de Cambodjanen, die toch wel wat gewend zijn, zich met een wit toetje aan de railing vasthielden. In Stung Treng een bootje naar de grens geregeld. We hadden gehoord dat je in Stung Treng een exit-permit zou moeten kopen voor een redelijk zacht prijsje omdat je anders bij de grens je scheel zou moeten betalen voor dat papiertje. Nou....niks van waar hoor, na een beetje pingelen met de grensknakker konden we voor 1 dollar oprotpremie het land uit.

Laos
2 augustus 2004

Don Det
In het zuiden ligt Si Phan Don (4000 eilanden) waar Don Det er 1 van is. We hadden voor 1 dollar een leuk hutje op palen aan het water met een hangmatje voor de deur. We hebben daar heerlijk zitten relaxen en hebben zelfs nog, samen met andere Nederlanders, een paar Engelse knullen het verderfelijke spel "kaartje blazen" geleerd. En het leuke was dat wij nu eens de Engelsen onder de tafel konden zuipen, aangezien ze met hun "stiff upperlip" alle kaarten in een keer van het flesje af blazen! We besloten een tour te doen naar de Irriwaddy dolfijnen. Zeldzame zoetwaterdolfijnen die een zesde zintuig hebben en dus alleen boven komen als de camera opgeborgen is. Zelfs met het zingen van het lied "Daar heb je Flipper" konden we ze niet verleiden boven te komen. Helaas! Maar onze dag werd goed gemaakt, we hebben ons staan te vergapen aan 1 van de grootste watervallen van zuid-oost Azie.

Pakse
Dat was echt een spookstad! De straten waren vreemd leeg, nadat we de drukte gewend waren van andere steden. Zelfs Stung Treng en Kratie waren drukker dan deze toch veel grotere stad. We hadden begrepen dat er een nieuwe markt niet zo lang geleden was geopend. Toen we naar het gebouw toe liepen vonden we het nogal verdacht stil. Eenmaal binnen bekeken we de stilstaande roltrap en naar alle rolluiken voor de winkeltjes, totdat het besef kwam dat het nogal dicht was. Het enige wat nog de moeite waard was, waren de foto's van de opening die niet lang geleden gemaakt waren.

Waar Hilde helemaal een kick van kreeg was het aanblik van een truck vol met monnikjes. Gelijk het fototoestel gepakt, maar helaas waren ze allemaal de bocht al omgescheurd.

De volgende dag zijn we vroeg naar de tempel gelopen, om daar met onze camera in de aanslag als een soort B100 op de wacht te staan. Onze moeite werd beloont. Hele ladingen monnikken werden in de truck geladen. Het leek wel koninginnendag, overal oranje gewaden.

Vientiane
Om eerlijk te zijn hadden we verwacht dat de stad wel wat groter zou zijn dan bijvoorbeeld Lutjebroek, maar dat viel een beetje tegen. Wel opeens veel meer touristen dan we gewend waren. We zijn met een toektoekje naar Pha That Luang gegaan, de grote heilige stuppa. Wat een appartig geval zeg. Als het zonnetje erop staat, heb je de neiging om even stevig in je ogen te wrijven omdat je denkt dat het een computerannimatie is. Het hele gebouw is goud geverfd, waardoor (als de zon erop schijnt) er bijna geen schaduw op het gebouw zit.

Langs het water zitten allemaal eettentjes waar je voor een prikkie een lekker visje op een stokje kan eten. Mie mjam mjam, smikkel smak. We besloten met Claudia en Sander (een Nederlands stel waar we al sinds Kratie mee optrokken) naar XiengKhuan te gaan. Dat is een park vol met allerlei godsdienstige beelden, waaronder allemaal afbeeldingen van Boeddha. Een grote bol bestaande uit 3 verdiepingen, waarin de hemel, aarde en hel afgebeeld zijn. Bovenop had je een mooi uitzicht over de rest van het park.

Vang Vieng
Een heel klein dorpje, met veel relax mogelijkheden. Elk restaurant heeft een breedbeeld tv waar allerlei films te zien zijn. Een luilekkerland voor backpackers die onderuitgezakt al kwijlend met verstand op nul naar een vierkant scherm willen koekeloeren. Er zijn veel grotten in de omgeving. Eentje lijkt erg op degene die we in Yangshuo hebben gezien. Ook daar moet je met een zaklamp en helm op de grot in. Helaas zijn er ook genoeg grotten die niet de moeite waard zijn om in te gaan en meer bedoeld zijn om geld van toeristen af te troggelen. Het is dus wel handig om even om je heen te vragen aan andere backpackers welke grotten leuk zijn. Iets wat ook erg populair is, is met een grote binnenband de Mekong afdobberen. Wij hebben dit niet gedaan, het leek ons nl. leuker om de dorpen in de omgeving te verkennen. Dus fietsen gehuurd en lekker een end weg gepeddeld. Wel leuk dat je op die manier langs dorpen komt waar ze helemaal enthousiast zijn en je binnenhalen als Sinterklaas. Het zijn echt van die houtje touwtje dorpen. De huizen staan op hoge palen, zodat de dieren onder het huis kunnen leven en de mensen eventueel ook beschutting kunnen zoeken tegen de zon. De huizen zelf bestaan uit hout, riet en palmblad. Toen we een dorpje binnen wandelden, kwamen alle kinderen naar ons toe om even hallo te zeggen. Nadat we erachter kwamen dat het modderpaadje dood liep en we weer terug moesten werden al gillend de vriendjes erbij geroepen om mee te roepen en te zwaaien.

Luang Prabang
Luang Prabang deed ons erg denken aan Hoi An alleen dan in het groot. Dezelfde gezellige sfeer hang in deze stad en de mensen zijn ook hier erg vriendelijk. We hebben de eerste dag een beetje besteed aan het verkennen van de stad en zijn aan de praat geraakt met een monnik genaamt Ken. De grap waar is Barbie snapte hij niet en uitleggen bleek hopeloos. Blijkbaar speelde deze monnik vroeger niet met poppen. We hebben een poosje over zijn tempel zitten praten, wat blijbaar een tempel is waar mensen hun overleden familielid naartoe brengen om opgebaard en klaar gemaakt te worden voor de begrafenis. De tempel heet Wat Sop ofwel tempel des doods (lekker luguber...) We kregen van hem een uitnodiging om de volgende dag langs te komen en dat vonden we wel een fascinerend idee.

De volgende dag zijn we met een busje naar Kuang Si falls gegaan. Een ontzettend mooie hoge waterval. We waren al helemaal fan van het noorden van Laos vanwege de omgeving, volgens ons 10 keer mooier dan het zuiden. Maar na deze waterval kon het helemaal niet meer stuk. Aangezien we niet wisten dat je er ook kon zwemmen, zijn we maar met kleren en al van de waterval gesprongen. Het water was zo koud dat we in eerste instantie een hartverzakking kregen, maar na een tijdje is het wel aangenaam verpozen. Na weer afgezet te zijn in Luang Prabang, gelijk met onze natte kont in het zonnetje om te proberen er een beetje fatsoenlijk uit te zien alvorens naar Wat Sop te gaan. Daar aangekomen eerst verlegen welkom geheten door Ken, maar volgens ons had hij toch niet echt verwacht dat we op zouden komen draven. Toen hij dus in de verte een vage kennis aan zag komen, wimpelde hij ons af door te zeggen dat hij weer aan de slag moest met monnikkendingen. We voelden ons behoorlijk in onze zak gegrepen en besloten dat we Ken niet meer wilden KENnen. Nog na grinnikken van onze eigenhumor maar lekker souvenirs gaan kopen.

De volgende dag wilden we met de nachtbus naar Luang Nam Tha. Toen we na 2 uur wachten de bus eindelijk aan zagen komen, was hij al zo vol, dat er in eerste instantie geen plaatsje was voor ons. We zagen het al helemaal voor ons dat we de hele busrit op een plastic kuipstoeltje in het middenpad mochten gaan zitten. Gelukkig bleek er toch nog plek te zijn. En na nog een uur wachten gingen we dan eindelijk op weg.........naar het busstation aan de noordkant van de stad! Daar werden nog meer mensen met zo mogelijk nog meer bagage in en op de bus geladen. Wij zaten achter in de bus en voelden ons onderhand wel lichtelijk claustrofobisch worden. Na even kort te hebben overlegd met onze buren, besloten we met z'n vieren al klimmen over de grote balen rijst in het gangpad de bus uit te gaan en een minibus te regelen en nog een nacht in LP te blijven. Dat was een strak plan, want de lading boven op het dak was bijna even hoog als de bus zelf. Toen hij de bocht nam om het busstation uit te rijden, zagen we de banden aan een kant al omhoog komen. En dan te bedenken dat dat rijdend gevaar ook nog eens door de bergen moest. Opgelucht besloten we te proosten op onze goede beslissing en de volgende ochtend konden we gelukkig met een minibus naar het noorden.

Luang Nam Tha
We waren hier vooral naartoe gegaan met als reden de vele minderheidsgroeperingen in de omgeving. We besloten voor de verandering geen trekking te doen, maar gewoon lekker op de fiets de verschillende kleine dorpjes langs te gaan. Gezien de wegen met modder en keien was het meer stuiteren dan fietsen (onze fietsbotten hebben het geweten) maar het was erg leuk. Bij elk dorp werden we wel uitgenodigd om te blijven en een bier Lao achterover te slaan, aangezien het zou gaan regenen. Maar wij oer-Hollanders zijn niet van suikergoed, en bleven stug doorfietsen. En aangezien we toch al stront nat waren, gingen we ook rustig tot onze knieen met onze fiets door een rivier die over ons pad stroomde. Daarna hebben we een boottochtje naar andere dorpen geregeld voor de volgende dag. Helaas hadden we de meeste dorpen op de fiets al gezien. Er was zelfs een dorp bij waar helemaal niemand was, behalve een geit en een paar hangbuikzwijntjes. De rest van het dorp lag waarschijnlijk op 1 oor een siesta te houden. Wat wel grappig was om te zien, was dat de Lenten-people zelf hun kleren verven met bepaalde kruiden die ze in een grote ton met water gooien, waar een vuurtje onder staat om de kleren al pruttelend donkerblauw te laten worden.

De dag daarna zijn we met de bus naar Huai Xai gegaan, een rit die volgens de Lonely Planet in het regenseizoen eigenlijk onmogelijk was. Voor deze ene keer had de LP gelijk. We kwamen bij de eerste berghelling al vast te zitten in de modder, maar gelukkig door een stel sterke mannen, werd dat probleem snel verholpen. Een paar kilometer verderop moesten we met z'n allen uit de bus en werden er sneeuwkettingen (eigenlijk meer modderkettingen dus) om de wielen gedaan. Wij moesten de berg zelf oplopen. Onderweg kwamen we nog een stel auto's tegen die vast zaten in de modder. Een bemoedigende aanblik. Maar na een uur wachten in een heerlijke tropische regenbui, was onze bus eindelijk boven en konden we verder. We waren nog maar net uit de modder, toen er opeens een behoorlijke rookwolk naast de bus verscheen. Iedereen zo snel mogelijk uitgestapt terwijl de bus rustig verder rookte. Het was alsof de kleine Hiawatha onder de bus rooksignalen naar zijn papa aan het versturen was. Bleek het probleem bij de remmen te zitten. Maar gelukkig weten ze hier wel meer raad met houtjes en touwtjes dan alleen huizen bouwen. Dus na niet al te lange tijd konden we gelukkig weer verder. Petje af voor de buschauffeurs in Laos, want onder zulke omstandigheden rijden is best knap. Ondanks de pech onderweg hebben we het heel gezellig gehad in de bus. Er zat nl. een Japanner in de bus die spontaan onze moedergevoelens naar boven bracht. We zijn nog nooit zo'n kluns tegengekomen. Als hij wilde drinken, klotste hij meer water over z'n broek dan in z'n mond. Flikkerde continu van zijn plek af (een keer belandde hij bij Nine op schoot), lag als een baby tegen Hildes schouder aan te slapen en was na een lunchstop helemaal over z'n toeren omdat hij z'n reisgids was vergeten. Toen wij hem die van ons aanboden, omdat wij die toch niet meer nodig zouden hebben, was hij tot tranen toe bewogen en vloog ons nog net niet om de hals.

Thailand
11 augustus 2004

Chiang Mai
Na een nacht te hebben doorgebracht in Huai Xai zijn we 's ochtends vroeg de grens over gegaan naar Thailand. We hadden wel wat gedoe verwacht, maar deze overgang ging echt heel soepeltjes. Aan de andere kant een minibus gepakt die ons in een paar uur naar Chiang Mai bracht. Wat ons gelijk al opviel, was dat de wegen hier heerlijk geasfalteerd waren en je dus niet continu hobbel de bobbel over de weg ging. Het contrast met Laos is immens groot! Zo staan er hier ontzettend grote huizen en hebben ze de normale doortrekwc's!!!!! Oeh...en ze hebben hier Mc Donalds en Starbucks!!! Iets wat we in eeuwen niet gezien hebben. Nadat we onze spullen hadden gedumpt gingen we naar de nachtmarkt om souvenirs te bekoekeloeren. Niks gekocht want het was er beheurrrrrlijk duurrr heurrrr!

De dag erna zijn we naar Doi Suthep gegaan, een tempel boven op een berg vlakbij Chiang Mai. Helaas was het een beetje mistig boven op die berg, waardoor we alles een beetje wazig zagen.

We hebben lekker toeristisch gedaan en een tour met een toektoek-driver geregeld. We zijn als eerste naar een olifantenkamp gegaan waar we een soort demonstratie kregen. Het was ook wel grappig om die dikke lobbessen een bad in de rivier te zien nemen. We zijn daarna naar een slangenshow gegaan en die was wel erg stoer. We zaten op een tribunne met in het midden een cirkel van zo'n 50 cm diep. Elke keer als er slangen in de ring werden losgelaten begon er een soort dansje met de man die erbij stond, hij daagde de slangen uit door ze aan de staart te trekken of even achter het oor te kroelen en sprong weg op het moment dat de slang wilde bijten. bij elke slang werd verteld of hij giftig was of niet en hoe lang hij kon worden. zo vertelde de presentator op een gegeven moment dat ze een giftige springslang hadden die wel 4 tot 6 meter hoog kon springen. Heel voorzichtig werd geprobeerd de slang uit de mand te halen. Tot ie opeens met een reuze vaart in het publiek sprong wat gillend en schreeuwend weg probeerde de komen. Het bleek echter alleen een stuk touw te zijn, goh wat voel je je dan lullig zeg. Maar de echte slang kon inderdaad hoog springen, zo'n 2 tot 3 meter. Hierna hebben we ons rot zitten ergeren aan de manier hoe ze omgingen met apen die werden getraind voor een show. Ze zaten met kettingen vast aan een paal en konden niets anders dan daar omheen rondjes rennen. De apen hielden angstvallig het touw om hun nek vast,bang dat de oppassers er een flinke ruk aan zouden geven (wat regelmatig gebeurde als de apen niet snel genoeg het kunstje uitvoerden). Het opvallende is dat het publiek voornl bestaat uit Chinesen en Indiers. Wij weten uit ervaring dat een van de grootste plezier voor de Chinezen, aapjes pesten is. Gelijk na de show besloten bij Stichting AAP uit te zoeken wat er aan zulke shows gedaan kan worden. Daarna nog naar een orchideenfarm en een hele lading zilver-, houtsnijwerk- en edelsteenfabrieken gegaan. Ook bij een zogenaamd umbrella-village onze portemonnee en camerahoes laten beschilderen.

Bangkok
Met de nachttrein kwamen we aan in Bangkok en snel door naar Kao San road waar het echt een kriem was om een hotel te vinden. We konden heel goed merken dat de rest van Europa ook vakantie heeft. Na een paar uur wachten en zoeken, eindelijk een voor ons prijzig hotel gevonden. We besloten snel naar een firma te gaan die Hildes camera kon maken (was inmiddels al sinds de Mekong Delta tour kapot). Maar helaas was het zondag, dus waren we voor niets naar de andere kant van de stad gegaan. De dag erna met frisse moed naar het ons inmiddels bekende firma gelopen om daar te horen dat de firma ergens anders zat. Op een adres wat echt onmogelijk te vinden was. Zelf toen we eindelijk in de straat waren waar het gebouw zou moeten staan, wist niemand in de buurt er ook maar iets vanaf. Dus we begonnen onderhand wel te denken dat we met een kluitje het riet in waren gestuurd. Gelukkig wist 1 persoon waar we moesten zijn. Na een uurtje was Hildes camera dan toch eindelijk gemaakt. We besloten deze feestelijke dag af te sluiten met een bezoek aan de bios. Boven in het winkelcentrum MBK zit een bios waar je voor een tientje een VIP behandeling krijgt. Echt helemaal genieten gewoon!!!! In de lobby wordt je in een stoel geprakt waar je een heerlijk drankje van de zaak kreeg. De bioscoop zelf is echt helemaal geweldig. Mega grote luie stoelen, waarmee je met een druk op de knop lekker onderuit gezakt met je benen omhoog kan genieten van de film. Ook helemaal geweldig was het feit dat je sokken, een dekentje en een kussen kreeg, waardoor je al snel het gevoel had thuis op de bank te hangen.

We besloten de volgende dag naar the Grand Palace te gaan en kregen onderweg te horen dat hij nu dicht was en hij pas 's middags weer open ging. Maar we hadden nog wel genoeg tijd om andere dingen te bezichtigen. Dat leek ons wel een goed idee, nog niet beseffend dat we in een van de oudste scams trapten die er in Bangkok bestaat. Dus werden we naar een stel vissen gebracht (boeiend) een tempel die dicht was vanwege renovatie (heel mooi) en vervolgens werden we naar een zijde zaak gebracht waar die lul van een toektoekchauffeur commissie voor zou krijgen. Van tevoren hadden we al gezegd dat we niet naar zulke zaken wilden, helaas bleek ons knakkertje doofstom te zijn voor zulke praat. Wij zijn accuut uitgestapt en weggelopen zonder te betalen (dat zal 'm leren!). Eenmaal terug bij the Grand Palace, bleek dat we met onze t-shirt en sandalen niet naar binnen mochten. We hadden ook geen tijd meer om terug te gaan naar Hippie Ville (ofwel Kao San Road) dus maar door naar Wat Po.

Helaas hadden we ook de volgende dag geen tijd meer om naar the Grand Palace te gaan, aangezien we ons vliegtuig naar Singapore moesten halen. Boehoe, snirf snotter!

Tot de volgende keer!

Nine en Hilde

Vietnam
29 juni 2004

Xin Chao
Daar zijn we weer en dit keer vanuit Vietnam. En tot ons grote genoegen is het eten hier helemaal toppie!!! Lekkere vietnamese loempia's en stokbrood!!! Jee! We hebben ons buikje weer lekker vol gevreten na al die droge rijst van China.

Hanoi
Het lijkt net alsof je rondloopt in een soort Aziatisch Frankrijk. Alle gebouwen doen Frans aan en je kunt hier heerlijk Frans eten! Het oude gedeelte van de stad is opgedeeld in wijken die de naam hebben van het beroep wat ze beoefenen in die wijk. Wel heel leuk om te zien, want je loopt van een schoenenstraat zo in een aluminiumstraat enz. Ook onze eerste ervaring met een riksja achter de rug. De arme vent stond zichzelf scheel te trappen met twee van die Hollandse konten in z'n wagentje. En wij maar zingen: "In een rijtuigie...". Daarna nog wat stennis geschopt, omdat het zweterige mannetje ons verkeerd begrepen had met de prijs (omdat een ander vietnameesje zich ermee had bemoeid).

En wat we hier hebben gezien, daar kan Madame Tusseau nog een puntje aan zuigen. Namelijk Uncle Ho in the flesh. Echt heel apart. We werden ergens tussen de rij schuifelende Vietnameze geprakt om vervolgens langzaam richting een kolossaal gebouw te lopen. We mochten niet praten, onze handen niet in de zakken houden, niet stilstaan en zeker niet lachen. Dat is ongeveer hetzelfde als proberen niet te denken aan roze olifantjes....lukt niet dus. Dus na een waarschuwing te hebben gehad van een van de bewakers, op ons tong gebeten en snel naar binnen gegaan. Het was alsof je in de diepvriesafdeling van de AH rondloopt. En daar lag ie dan, als een dood hamstertje. Dat je ervoor kiest om zo gezellig te liggen is tot daar aan toe. Maar het is nog maar de vraag of hij er ook echt voor gekozen heeft of dat het gewoon een slimme zet van de overheid is geweest.

Halong Bay/ Cat Ba
Het is hier in Vietnam best moeilijk om iets zelf te regelen, aangezien je dan veel duurder uit bent. Dus besloten wij met een tour naar Halong Bay te gaan. De boottocht erheen was erg mooi. Vooral de drijvende huisjes van de lokale vissers en de bananen bootjes die langs komen om groenten en fruit te verkopen zijn erg leuk. We zijn ook nog naar een grot geweest waar een 007 film is opgenomen. Blijkbaar heel bijzonder, want je kan niet altijd in die grot komen, het getij moet juist zijn.

Cat Ba zelf was erg toeristisch en daardoor ook wat minder leuk. We waren natuurlijk China gewent, waar bijna niemand Engels kan. Nou hier in Vietnam kunnen ze dat dus allemaal en proberen ze je van alles te verkopen (zelfs de maan!). Dus na geprobeert wat over het strand te wandelen en ongeveer 40 keer te zijn aangesproken, maar in een kroeg wat van het lokale bier achterover geslagen. Hilde helemaal gelukkig want op een bordje boven de bar stond dat ze vloeipapier verkochten. Dus zij dacht dat ze daar shag verkochten.... niet dus. Toen Hilde op het bordje wees en gebaarde naar haar sigaret dat ze de inhoud van een peuk wilde, kwam er een tupperware doosje achter de bar vandaan met een behoorlijke lading wiet erin. Nee, dat was niet helemaal wat Hilde bedoelde....dus helaas nog geen shag voor haar! De volgende dag zonder shag weer terug richting Hanoi gegaan, boehoe.

Hue
We hebben besloten met een open bus ticket door Vietnam te reizen, aangezien dat de goedkoopste manier is. Dus vanuit Hanoi met de nachtbus naar Hue gegaan. Daar kwamen we 's ochtends aan en kregen we te horen dat er een groot festival aan de gang was. Wel leuk, dachten we. Maar waarschijnlijk is het toch wat meer voor de lokale bevolking, want het enige wat wij ervan gezien hebben is een soort huishoudbeurs, waar allerlei producten werden aangeprezen. Bij de Citadel was er wel het een en ander te doen, maar daar moest je wel grof geld voor neer tellen.

De volgende dag zijn we met een boottocht over de Perfume River gegaan. Waarom het zo heet...Joost mag het weten, want het is gewoon bruin modder water. We kwamen langs pagodes en oude tombes. Ze zaten een eindje bij de rivier vandaan, dus soms moesten we er op de brommer naartoe. Het grappige was dat we daar standbeelden tegen kwamen die erg leken op het terracotta leger in Xi'an. Er was een tempel bij die er echt uit sprong. Hij was nl. helemaal zwart en lag een beetje op een heuvel zodat je een mooi uitzicht had.

's Avonds door een mega tropische regenbui naar een kroegje gestiefeld en daar lekker gezellig gekletst met een Amerikaanse meid, die ons vertelde dat we in Hoi An zo goed kleren konden kopen. Ze gaf ons het kaartje van de zaak. Maar wij haar vrolijk verteld dat we niet zo nodig kleren hoefde te hebben, misschien alleen een bikini en een shirt met lange mouwen. Maar goed, even kijken in die zaak kan toch geen kwaad......

Hoi An
Wel dus!!!! Jeetje wat hebben wij veel kleren gekocht zeg! Maar goed, het is dan ook spot geodkoop en ook nog eens erg mooi. Dus na tig keer terug te zijn gegaan naar dat zaakje en ons elke keer weer te hebben opgemeten, eindigden we met veel meer dan we gedacht hadden.

We kwamen ook een vrouwtje tegen, die een massagezaak runde en ze vroeg of wij daar zin in hadden. Nah als je toch bezig bent met geld over de balk smijten, kan dat er ook wel bij. Dus wij met haar mee. Komen we daar bij een schuurtje midden op de markt, met een paar spijlen als ramen. Lig je daar net lekker relaxed te genieten van de massage, kijk je omhoog, staat de gehele markt te koekeloeren naar je en onderling te bespreken wie die klanten toch zijn. Tja ook hier in Vietnam hebben ze een andere opvatting over het begrip privacy. Maar de massage was heerlijk en we liepen daarna ook helemaal dampend van de tijgerbalsem maar zwaar relaxed terug naar ons hotelletje.

Helaas was het de dag daarna wat minder relaxed, aangezien Nine ergens een amoebe had opgelopen die zich heerlijk in haar darmen had genesteld. Nadat Hilde er een lokale arts bij had gehaald en Nine was volgepompt met medicatie, konden we weer heerlijk genieten van het prachtige strand en de gezellige sfeer van Hoi An. Ook dit was weer een stadje waar we eindeloos lang zouden kunnen blijven. Maar er wachten nog zo ontzettend veel andere mooie dingen op ons, dat we toch maar besloten verder te trekken.

Dalat
Na een korte tussenstop in Nha Trang (een andere badplaats maar lang niet zo leuk als Hoi An), zijn we doorgereisd naar Dalat. Een stad in de heuvels van Vietnam. En wat een klimaatsverandering zeg!! Het is hier wel een stukje koeler en natter dan aan de kust.

We besloten hier de jungle van Vietnam te gaan verkennen om dat echte Tour of Duty gevoel te krijgen. Dat is ons ook wel gelukt. De tocht begon erg regenachtig, dus waren we blij dat we onze regencape mee hadden genomen. Na een glibberige tocht kwamen we boven op een berg waar we een heel mooi uitzicht hadden over Dalat en omgeving. Helaas moesten we snel weer door vanwege de regen, dus eindigden we vroeg in ons kamp. We hadden nog even de tijd om te kayakken. Onze gids had dat nog nooit gedaan, dus hij ging als een dronkelap over het meer heen. Erg gelachen hierom. Hierna besloten onze natte schoenen en sokken uit te doen. En wat vond Hilde op haar been..... een nieuw huisdier, nl een bloedzuiger. Dat beest was inmiddels al zo volgevreten (een beetje een ik-ben-verzadigd-en-verkwikt-en-voor-de-afwas-ongeschikt-idee) dat ie gemakkelijk los liet. Onze gids begon zichzelf gelijk te checken en bleek er ook een te hebben. Alleen Nine met haar blote kuiten had niets. Blijkbaar niet lekker genoeg (als die bloedzuigers dat nou ook even tegen de muggen willen zeggen...) Na wat as op de plek te hebben gesmeerd, stopte het bloeden.

's Avonds uitgenodigd door een een stelletje Vietnamezen om gezellig met hen wijn uit een kruik met een bamboerietjes te lurken. Was erg lekkere wijn. Daarna lekker gegeten en alle sterke "Klazien uut Zalk" verhalen van onze gids aan moeten horen. Zo weten we nu dat als je slangenwijn drinkt, je naakt door de regen kunt lopen zonder kou te vatten omdat de regen accuut van je lichaam verdampt (jaja, eikeltjes in je oren en bloemkool op je hoofd!) Maar het is wel een grappig ventje hoor, alleen zit ie vol met onzin. We zijn met de apen op stok gegaan, aangezien het hier om 7 uur zo donker is dat je niets meer kan doen. Dus gezellig in ons tentje gekropen.

De volgende dag vroeg op en na heerlijke noodlesoep ontbijt onze benen en schoenen centimeters dik ingesmeerd met 95% deet (dat onze benen er nog aan zitten is een wonder, wat een chemische meuk) anti-bloedzuigersokken aangetrokken waar onze broek in gepropt zat en weer stevig aan de wandel geslagen. Hilde had de vorige dag lichte last van haar achillespees, maar kwam er al snel achter dat dat met het stijgen alleen maar meer zeer deed. Na gevraagd te hebben of we een short cut konden doen, bijna aan een stuk door gewandeld van 9 tot 5 (blijkbaar bestond er niet een kortere weg) Onze gids vertelde de hele tijd dat het zo gemakkelijk was om te verdwalen in de jungle en wat je dan moest doen om te overleven. Regelmatig keek hij vertwijfeld rond of hij nog wel het goede pad had. Dit kwam doordat de begroeiing zo dicht was en alle bomen op elkaar lijken. Je weet wel, stammetje, takje, blaadjes. Maar wonder boven wonder wist hij de weg wel te vinden. Er was een steile klim waarbij we onze handen en voeten moesten gebruiken, waarbij er van tevoren werd gezegd dat we uit moesten kijken voor slangen als je je ergens aan vast hield. Dus maar zo snel als we konden die helling op geklauterd. We hebben inderdaad twee keer de giftige bamboeslang gezien. De eerste keer wees onze gids 'm aan, maar de tweede keer wees Hilde er vrolijk met haar stokje naar en riep: "He, nog een bamboeslang!" Waarna ons gidsje bijna een rolberoerte kreeg van dat beest, omdat hij 'm niet gezien had. De weg naar beneden was zo glibberig, dat we elkaar vasthielden als een stel olifantjes, terwijl de een na de ander wel een keer onderuit ging. En ons knakkertje maar optimistisch zeggen dat we er bijna waren. Tja, ons berggeitje rook ook de stal al. We hebben ontzettend veel zitten gieren van het lachen zowel met als om ons knakkertje, waardoor de afdaling hoe rot dan ook, wel grappig was.

Trouwens ook nog door een dorp gekomen, waar een immens groot standbeeld van een kip stond. Het heette dus ook Chicken village. Het stomme is alleen dat niemand in dat dorp weet waarom die grote kip daar staat. Dus wat was er nou eerst....de kip of het dorp. Dat blijft een mysterie die nooit opgelost zal worden...

Het was heerlijk om na die tijd lekker te douchen en heerlijk al soezend en kreupel niets te doen op onze hotelkamer.

De dag daarna zijn we naar een heel apart huis geweest. Een beetje een soort Alice in Wonderland huis. Het heet daarom ook Crazy House. Het is een soort van Dali-achtig hotel, waarin elke kamer een ander thema had. Zo had je de bamboe-kamer, de beren-kamer, de toekan-kamer, enz. En ze hadden echt mega grote spinnenwebben in de tuin hangen. Echt ontzettend kitcherig maar wel leuk.

Nu op naar Ho Chi Minh City!

Chuc ngu ngon!

Nine en Hilde

China
11 juni 2004

Kunming
Onze aankomst in Kunming ging niet van een leie dakje. Het regende behoorlijk hard en we konden geen taxi vinden die ons naar het hotel wilde brengen. Niemand scheen het te kennen. Toen we na een tijdje rondzeulen iemand vonden die ons naar het hotel wilde brengen, waren we dan ook heel gelukkig. Blij uit de taxi gestapt en met flinke pas richting hotel gehobbeld.....bleek dat kreng al eeuwen gesloten te zijn!!!! Daar stonden we dus weer eens een keertje met ons goeie gedrag in de stromende regen. Dus maar weer een taxi in om naar een ander hotel te gaan. Daar aangekomen stortte Hilde totaal in, aangezien ze zich eigenlijk al in Chengdu vertild had aan haar rugzak (tja dat heb je he als je bakstenen in je tas stopt). Dus die dook gelijk haar bed in en Nine op zoek naar een apotheek waar ze sterker spul dan tijgerbalsem verkochten. Nadat Nine in de apotheek had rondgelopen als een ouwe tang al wijzend op haar rug, snapte de mensen daar eindelijk wat ze nodig had. Hilde heeft twee dagen plat gelegen met centimeters dikke zalf op haar rug (de hele kamer meurde ernaar en niemand durfde ook maar in onze buurt te komen).

Toen Hilde een beetje vooruit kon komen (nog wel lopend als een kieviet met een hernia) zijn we de stad wat gaan verkennen. We kwamen er al snel achter dat er behalve de KFC's geen bal te doen was. Tot we terug liepen naar ons hotel en een uitnodiging kregen om naar de English Corner te gaan. Dat is een soort avondschool waar iedereen die engels wil leren naartoe kan. Ze nodigen buitenlander uit om hun engels mee te oefenen. Dus wij erheen. En na een home cooked meal en een ontzettende spannende toespraak van de leraar werden we onderverdeeld in groepjes. Daar zaten we dan, ieder voor zich met allemaal nieuwschierige Chineesjes aan ons lip. Ze wilden van alles weten en vertelde veel over hun eigen gebruiken en de plaatsen waar ze vandaan kwamen. Zo weten we dus nu dat de mensen op het platte land zich maar 3 keer in hun leven douchen, na hun geboorte, voor hun trouwen en na hun dood.
De volgende dag wilden we naar de Bamboetempel. Hadden we het achteraf maar niet gewild....de rit daar naartoe was echt een kriem. We konden de juiste bus daar naartoe niet vinden en na tig keer van het kastje naar de muur te zijn geslingerd, belandden we in een dure minibus. Eenmaal bij de bamboetempel bleek het rotding gewoon een dood normale tempel te zijn met alleen wat extra bamboe in de achtertuin! Wel hadden ze er grappige poppen o.a. eentje die in zijn borstkast een boedha had zitten. Toch was het voor ons been there done that, want we hadden zulke poppen al in Shaolin Si gezien. We besloten toen maar door te gaan naar Xi'Shan. Daar was het weer veel traplopen (waar we niet zo blij meer mee waren na Emei Shan) en veel grotten met Boeddha's. Tja en ook dat hadden we al gezien.....

Gelukkig werd de volgende dag al een stuk beter. We hadden twee knullen ontmoet, Eugene en Aviv en besloten samen naar Shilin Stone Forrest te gaan. Dat was echt waanzinnig mooi! Een soort maanlandschap, waar een reus met een puntenslijper langs de rotsen was gegaan om ze een mooi puntje te geven. 's Avonds hebben we een specialiteit uit Kunming geprobeert. Noodles over the Bridges. Dit houdt het in: Men neme een teiltje, doe er wat gekookt water met een zout smaakje in en mieter er vervolgens voor de ogen van je gasten de hele inhoud van je koelkast en voorraadkastjes in (zoals piepkleine vogeleitjes, ondefinierbaar vlees, doorzichtige deegslierten en een hoop andere meuk). De lol voor ons is om met je stokjes alle meuk er weer uit te 'lepelen'. Daar ben je wel een avondje zoet mee.

Yangshuo
Na weer eens een nachttrein te hebben genomen, kwamen we aan in Yangshuo en we werden op slag verliefd op dit plaatsje. Super toeristisch, maar het mooie ervan is dat je op de fiets lekker door de rijstvelden kan krossen. De eerste dag dat we er waren, hebben we 's avonds in een cafe geleerd hoe je Mahjong speelt. Dat bleek nog niet zo heel erg simpel met al die Chinese tekens en we zijn dus ook niet verder gekomen dan de kindervariant van het spel.

De dag daarna zijn we samen met Jenny, een leuke gids van 23, de hort op geweest. Na behoorlijk wat krossen door kleine dorpjes en rijstvelden, kwamen we bij een riviertje waar we met een bamboevlot wat konden ronddobberen. Dat leek ons wel wat, dus wij met onze westerse gat in zo'n bootje. We dachten dat we alleen wat heen en weer zouden varen, maar ons stuurmannetje had andere plannen en ging ineens vrolijk met dat ding bamboeraften. Dus wij allerlei watervallen af. Omdat het bootje niet echt heel erg licht was en het water niet heel erg diep, bleven we nogal vaak hangen op het randje van de waterval. Dat hield dus in dat we hard moesten werken en wiebelen om dat ding er weer vanaf te krijgen. Na dit alles overleefd te hebben zijn we doorgefietst naar de Watercave. Dat was een grot zonder enige verlichting, dus we kregen bij de ingang een mega joekel van een zaklamp in onze hand geduwd en een mooi helmpje op. We voelde ons net Bob de Bouwer. In de grot was het een behoorlijk geklouter en geklim, waarbij Hilde regelmatig misstapte en Nine bijna achterover een leuninkje afkukelde. Er was een ondergronds stroompje met een waterval, een stel leuke stalagtieten en stalagmieten, een paar poeltjes waar je in kon zwemmen en voor de echte varkens onder ons een heerlijk modderbad (Erg goed voor de huid!).

De overige dagen zijn we bezig geweest met lange wandelingen langs de rivier maken en het fietsen in de omgeving, waarbij Nine met een noodvaart de trapper op haar enkel liet stuiteren omdat ze wilde controleren of haar standaard nou vast zat. De standaard zat wel goed, alleen reed Nine na die tijd met een vertrokke bek en een ei op haar enkel verder. 's Avonds maar weer gesmeerd met de zalf.

Ook zijn we bij een school langs geweest, weer een soort English Corner, waar we konden bbq-en. Was erg gezellig.

Guangzhou
Vanaf Yangshuo gingen we met de slaapbus naar Ghuangzhou. We dachten eens wat anders te doen, want elke keer met de trein is ook zo eenzijdig. Wat een heerlijke rit was dat. Ook deze chauffeur had weer een doodwens. Elke tegemoetkomende vrachtwagen of bus werd bijna geschept. Nine was hier een keer wakker van geworden en zag een vrachtwagen recht op zich afkomen. De rest van de nacht heeft ze aan het paaltje naast haar bed vastgeklampt gezeten. Toen ze Hilde op de hoogte bracht van de rijkunsten van onze chauffeur, mompelde deze wat vaaglijks knikte eens lief en draaide zich nog eens lekker om.

De volgende ochtend in Guangzhou liep Nine dan ook als een zombie rond. Hilde liep er vrolijk naast te verkondigen dat ze zo lekker wakker was....en ging toen bijna op haar giegel. Met een goeie impressie van de stervende zwaan uit het Zwanenmeer, stapte ze een afstapje af wat ze volgens haar eigen zeggen niet had gezien door haar tas. Het is ook erg moeilijk om rechtop te blijven staan met al die bakstenen in je tas. Daarna had Hilde gigantische last van haar heup, dus ook daar gingen weer dikke klodders zalf op. Wat een wonderspul heeft Nine toch gekocht!

Na de visa voor Vietnam te hebben geregeld dachten we heerlijk aan het water te gaan eten. Tot ineens de bui losbarstte en we ons eten voorbij zagen drijven. Na een tijdje in het restaurant te hebben geschuilt dachten we dat het wel weer veilig was om naar buiten te gaan. Maar na een paar meter lopen, begon het weer te gieten en moesten we snel onder een viaduct kruipen, waar we wel prachtig uitzicht hadden op het onweer boven het water.

Treintripje Vietnam
Jee, weer in de trein! En o, wat hebben we veel geslapen. We vertrokken 's avonds om half 10 en kwamen om 1 uur 's nachts aan bij de grenspost van China. Daar werden we nogal hard wakker geschreeuwd door de douane......althans, bijna iedereen. Hilde bleef vrolijk door pitten terwijl er een Chinees mannetje met een rood aangelopen hoofd bijna in haar oor stond te tetteren dat ze wakker moest worden. Nine, inmiddels wel helemaal wakker door al dat geschreeuw, keek over de rand van haar bed en zag daar een Hilde compleet voor lijk liggen. Na 3 keer haar naam gebruld te hebben, kwam er eindelijk wat leven in Hilde.

Na weer eens allerlei papieren te hebben ingevuld, mochten we de inhoud van onze tassen laten zien. Wat niet echt heel makkelijk ging, aangezien we onze tassen met veel moeite onder de bedden gepropt hadden en ze er bijna niet meer onderuit kregen. Ze waren zwaar onder de indruk van de medicijntas en na Nine's impressie van een schijtende en spugende lama, snapte ze waar de pillen voor waren.

Na een paar uur bij de grens te hebben doorgebracht en nog een uurtje te hebben geslapen, kwamen we bij de grens van Vietnam. Waar we natuurlijk weer precies hetzelfde gedonder hadden. De douane hier was wel vriendelijker dan die van China (dat ging nl. op een nogal burocratische manier).

Hoei hoei, we waren eindelijk in Vietnam!

Top 10 rare gebruiken in China:
Aangezien we zo ontzettend veel rare dingen zijn tegengekomen in China, vonden we het wel de moeite waard om een top 10 te maken van al die rariteiten.

  1. Openbare toilet: Ga er niet vanuit dat als het druk is je lekker prive een bolusje kan leggen. Ten eerste hebben de wc geen deur, is het niet meer dan een goot waardoor iedereen een mooi zijaanzicht op je kont heeft en ze de stronthoop bijna uit je kont zitten te koekeloeren, ondertussen driftig gebarend dat je op moet schieten.
  2. Het spugen door jan en alleman: Zelfs het deftigste dametje kwat nog op de grond, want zoals de Chinezen zeggen, het kan er maar beter uit zijn.
  3. Eet-iquette: Bij de Chinezen gelden op zich strikte regels wat betreft het eten, maar een ding is redelijk simpel. Als je iets in je bord vindt wat je niet aan staat, pak het met je stokjes en mieter het gewoon op de grond. (dit valt ook onder het mom het kan er maar beter uit zijn)
  4. Scheurtje in broek voor boeboe en bahbah: Het woord luiers staat nog niet in hun vocabulaire, met het gevolg dat ze hier de broekjes voor kleine kinderen van kruis tot bruin sterretje open hebben hangen en ze heel makkelijk op de straat een drolletje kunnen draaien.
  5. Hoezo zakmes: Lange nagels bij mannen zijn echt super handig hier. Je kan ze voor alles gebruiken, zoals voor het neusgrutten, als schroevendraaier, mes, en natuurlijk om alle vastzittende tarrels in je bilnaat los te peuteren.
  6. Zesde zintuig wat foto's betreft: Chinezen krijgen het altijd voor elkaar om op het moment dat jij een foto wilt maken, precies voor hetgeen te gaan staan wat je wilde fotograferen. Het maakt niet uit wat het is, al fotografeer je een boom.
  7. Familiair gedrag: Het schijnt hier de gewoonte te zijn dat als je elkaar goed kent en je een geel prutje in iemands oor ziet, je rustig met je sleutel in diegenes oor kan gaan zitten poeren om het eruit te krijgen.
  8. Zevende zintuig wat foto's betreft: Laat een Chinees nooit je foto maken. Want hoe vaak je ook uitlegt dat je dat leuke tempeltje op de achtergrond erop wilt hebben....maarja, in ieder geval sta je er zelf uitgebreid op.
  9. Slapen in kleding: Dat is iets wat elke Chinees doet als ie reist. Blijkbaar kennen ze hier de pyama's nog niet.
  10. Pyama als speelpakje: Oh ze kennen het toch...alleen als speelpakje voor kinderen. Iedereen laat er z'n kind vrolijk meer rond hobbelen.
Check de landeninfo over China ->

Check de foto's van China ->

Terug naar boven ->

China
20 mei 2004

Shaolin Si

Na met veel verdriet afscheid te hebben genomen van Beijing, zijn we met de trein naar een piepklein plaatsje gegaan: Shaolin Si. Shaolin Si is eigenlijk een klooster, waar monnikken heel lang geleden de kongfu krijgkunst hebben ontworpen om zo hun klooster tegen vijanden te beschermen. Nu is het echter een groot opleidingscentrum geworden, waar vanuit heel China kinderen (zelfs vanaf een jaar of vier) naartoe komen om de krijgkunst meester te worden. Ook in deze tijd staat Shoalin Si bekent als de beste plek om kongfu te leren.

Wij oerhollandse kneuzen hebben natuurlijk geen kongfu gedaan! Het was wel mogelijk het daar te leren maar helaas liepen onze plannen lichtelijk in de soep......

We hebben een demonstratie gezien van wat deze knakkertjes allemaal kunnen. We waren zwaar onder de indruk, sommige handelingen zou je zelfs een slangemens niet aanbevelen! De krijgskunst is gebaseerd op dierengedrag, zoals die van een adelaar, tijger en aap. En we moeten toegeven, ze kunnen dit perfect nadoen! Tijdens de demonstratie zagen we twee leerlingen zich eerst helemaal concentreren om vervolgens een speer tegen hun keel te zetten en hem vervolgens helemaal krom te buigen. Een ander sloeg met nogal wat brute kracht een stok op hun rug kapot. Wij hebben later de wapens gezien en we kunnen je wel vertellen dat ze er nogal echt uit zagen! Ook het trainen van de jongere leerlingen was erg indrukwekken. 's Ochtends om half zes gaat er een grote sirene en krioelt het ineens van de leerlingetjes. De hele dag moesten ze oefeningen doen en afwisselen met studeren. De oefeningen zijn immens zwaar, maar ze voeren het uit met alle gemak van de wereld.

Het aparte is toch nog wel, dat we daar natuurlijk weer een mega atractie waren (vooral Hilde met haar lengte, haar en roze bril). Dus moesten we weer met mensen op de foto en werd op zo'n dag wel 1000 keer hello gezegd.

Toen werd Nine echter ziek, jaja het zal toch eens niet waar zijn! Het kwam er van onder en boven uit. Dat is ongeveer een nacht zo doorgegaan. Wat niet echt bevordelijk was, was dat we de kamer deelden met twee Chinese vrouwen en een jongetje van een jaar of 7. Normaal gesproken slapen Chinezen in hun kleren. Behalve het knulletje, dus toen Nine midden in de nacht nogal beroerd wakker werd en recht in het knipperende bruine sterretje van het knulletje zat te koekeloeren, was het weer een enkeltje toilet!

Na de dagen daarna lekker rustig aan te hebben gedaan en genoten van de omgeving en de vechtende chineesjes, zijn we weer vertrokken naar Luoyang.

Luoyang
Tjonge wat hadden wij een luxe kamer zeg! Eentje met eigen douche en toilet en ook nog eens airco en een tv! We hebben een poging gedaan treinkaartjes te regelen voor Xi'an, maar dat was niet echt een succes. Wij met onze beste Chinees daar bij die balie gaan staan, begrijp dat mens helemaal niets van wat we zeggen. Waarschijnlijk hebben we zoiets gezegd als: "Wij geiten aardappelen Xi'an, twee graag!" Tja begrijpelijk dat dat mens er niets van verstond. Gelukkig kwam er een man bij staan die een beetje engels kon en na wat gehannis hadden we dan eindelijk de kaartjes! Vervolgens zijn we naar de Dragon cave grottoes gegaan, waar allemaal Boedha's in verschillende grotten staan. En natuurlijk werden we ook hier weer verschillende keren sniekie op de foto gezet, de klojo's.

Xi'an
Omdat we nogal laat aankwamen in Xi'an hebben we alleen onze tassen gedumpt en zijn we gaan kijken in het centrum van de stad. Daar was een moslim gedeelte waar ze allemaal leuke souvenirs verkochten, zoals een wekkertje met een zwaaiende Mau, Mahjong stenen, Kaligrafeersetjes en chinese kleding, vliegers en schilderingen. Wel leuk om daar even op je gemak rond te stiefelen. Toen we terug liepen zag Nine ineens een piepklein karretje rijden met daarin een piepklein mannetje. Nine vond het helemaal te gek dat die man op die manier nog zo ontzettend veel kon, zeker als je kijkt naar de voorzieningen in dit land voor mensen met een handicap. Na een tijdje met de mond open te hebben gekoekeloerd naar het prachtige karretje, kon Nine het toch niet laten en heeft gevraagd of ze samen met hem op de foto kon (ze voelde zich net een Chinees) en jippiejajee het mocht, hoei hoei! Nadat Hilde Nine praktisch had weggesleurd, richting hotel gegaan.

De volgende dag, hoe kan het ook anders, naar het terracottaleger gegaan. Zeer de moeite waard! De poppen zijn al 2000 jaar oud en waren oorspronkelijk bedoeld als bewakers voor het mausoleum van keizer Qin Shihuan. Helaas is er veel kapot gemaakt en hebben de poppen hun oorspronkelijke kleuren verloren, maar ze zijn druk bezig met knippen en plakken. Hierna hebben we gepoogd naar het ozo leuke en het door de LP aangerade Neolictic village te gaan. Na eerst hartstikke verkeerd te zijn afgezet met de bus en een takke eind hebben gelopen, bleek dat geinige ding voor het overgrote deel afgesloten te zijn vanwege restauratie. Maar goed wij er toch maar in, om er na ongeveer 10 minuten al weer uit te komen, wauw wat een groot dorp!

Terug in Xi'an geprobeert wat souvenirs te kopen, maar uiteindelijk hebben we niets voor onszelf gekocht. Zagen wel leuk dingen, maar het merendeel was gewoon veel te zwaar en te groot om mee te nemen.

Chengdu
Na weer een overheerlijke treinreis kwamen we 's ochtendsvroeg aan in Chengdu. Na ons even te hebben opgefripst gelijk door naar het panda breading reserche center. Wel leuk hoor om echte panda's te zien, vooral de baby panda's waren echt koddig.Toch wel jammer dat we voornamelijk het gevoel kregen dat we in dierenpark Amersfoort rondliepen. Wat echt de moeite waard is, zijn de gestufte dieren in het museum. Ze zijn ook zo levensecht (net aliens), ook de platgeslagen en de met pinnen doorprikte vlinders zijn echt prachtig.

Eenmaal weer terug in Chengdu, besloten we naar het park te gaan om lekker wat thee de drinken in een theehuis. Dat was echt gezellig, allemaal oude meuten om ons heen die besloten met het punnikclubje wat te gaan drinken en hele ladingen pinda's te pellen. We besloten het door de LP aangeraden treinritje in het park te doen. Tja we moeten zeggen dat we inmiddels wel een beetje beginnen te twijfelen aan het gezonde verstand van degene die de LP heeft geschreven. Volgens onze reisbijbel moesten we nl een trapje af en langs een wirwar van cafe's en restaurants om uiteindelijk bij onze supersonische trein te komen om vervolgens een rit door te tijd te maken wat echt bizar moest zijn. Bizar was het zeker! Dit was hoe wij het hebben ervaren: Ga een trapje af naar beneden en loop vervolgens door een wirwar van rioleerachtige wijnkelders en een paar bestofte kraampjes en spelcomputers. Vervolgens kom je uit bij een door kerstverlichting versierde "tunnel" waar een klein brak treintje staat (die van de efteling is hierbij echt supersonisch). Stap hierin en inderdaad de rit is bizar, want we kwamen langs een poster van de kerstman, een pluche ijsbeer, modepoppen gekleed in oude chinese kleren en blijkbaar levend op de maan, ET, het wilde westen. En vervolgens als klap op de vuurpijl zie je de hele bups van achter naar voor nog een keer, omdat het treintje weer terug moet. Ja, echt 10 yuan waard hoor!

Leshan
In Leshan hebben we de grootste boedha bekeken, nl 71 meter hoog. Z'n hoofd heeft alleen al een doorsnede van 10 meter. Erg mooi en erg indrukwekkend als je bij z'n tenen staat en omhoog koekeloerd. Wat een immense kalknagels zeg! Wanneer je met een bootje erheen wordt gebracht zie je twee wachters staan die niet zichtmaar zijn als je erlangs hiked.

We wilden eigenlijk die dag al naar Emei Dahn, maar doordat we op bijna geen enkele manier meer terug konden naar het dorp hadden we de laatste bus gemist. Daar zaten we dan, gestrand in Leshan. wat eigenlijk helemaal niet erg was, want we hebben hier voor het eerst echt heerlijk Chinees gegeten in een baggertent waar de keuringsdienst van waren een rolberoerte van zou krijgen.

Emei Shan
Tja wat moeten we ervan zeggen, trappen, trappen, trappen en nog eens trappen. Dat is ongeveer wat we ervaren hebben toen we op de berg Emei rondhobbelden. Sinds de Chinese muur hadden we al een pesthekel aan de Chinese trappen, maar nu helemaal! Op een een of andere rede krijgen Chinezen het voor elkaar om geen enkele traptrede gelijkend te maken. Hilde kreeg het ook voor elkaar om ongeveer om de 10 treden wel een keertje te struikelen, de vraag is echt hoeveel levens ze heeft, want er hadden een paar aardige doodsmakken bij kunnen zitten. Het klimaat was er warm en vochtig en de omgeving tropisch. Nine in haar nopjes, Hilde veel te warm. De planten die bij ons thuis in potjes staan komen hier in boomformaat voor. Onze moeders zouden jaloers zijn. De omgeving was echt mega mooi, mooie bergen, leuke watervalletjes enz. De laatste klim naar het klooster waar we bleven slapen werden we mentaal ondersteund door een monnikje die als een berggeit heen en weer sprong over de treden. Wij (met name een snipverkoude Nine) er hijgend achteraan. Het klooster was heel mooi en rustig. Toen we de bedden zagen vroegen we ons af met z'n hoevelen we in het bed sliepen. Het was echt good night, don't let the bedbugs bite. Toch echt heel goed geslapen en 's ochtends wakker worden met hummende monnikken is ook wel een beleving. Het leukste is toch gewoon zien dat ook monnikken heel gewoon zijn, een oud monnikje wat zijn kleding wast, en twee monnikken die elkaars oren aan het leeg lepelen zijn met een sleutel (mjam).

Vandaar toch maar besloten naar de top te gaan en daar aangekomen waren we erg blij met die beslissing. Wat was het daar mooi! We zagen net boven de wolken uit nog een tempel in de verte staan, waardoor het leek alsof hij gewoon in de lucht zweefde.

Een wat minder leuke ervaring was toen we een lading apen zagen die omringd werden door Chinese touristen. Wij wilden eigenlijk ook wel graag op de foto met die beesten. Toen we net klaar stonden, sprong er ineens een klein pokke chineesje voor ons, zodat haar man snel even een foto kon maken met een stelletje buitelanders (twee voor de prijs van een). Na een paar keer gevraagd te hebben of ze even opzij kon gaan en ze gewoon bleef staan, was Nine het zo zat dat ze haar opzij duwde. Hilde vond dit zo lollig dat ze hysterisch zat te hinniken, moet je vooral net doen waar apen bij staan...... Toen maar snel weer de berg afgehobbeld langs een weg die volgens Nine vrij kort was en uiteindelijk 10 km bleek, oeps.

Check de landeninfo over China ->

Check de foto's van Mongolie en China ->

Terug naar boven ->

Mongolie en China
29 april 2004

Ni hao,

Jaja, daar zijn we weer! We hebben ondertussen heel wat meegemaakt. Dus dit wordt een lang bericht!

Een positief punt: Nines camera was toch kapot!!! We hebben in een fotozaak gekeken of ie gemaakt kon worden, maar helaas was dat niet mogelijk. Toen we weer naar buiten wilden gaan, liet Nine 'm nog een keer vallen en stond de lens zo scheef als de toren van Piza. Met het idee in haar achterhoofd dat ie niet nog kapotter kon gaan, besloot Nine aan de lens te gaan prutsen, met het gevold dat ie plots weer recht schoot en het nu weer doet! Jeee! Dus nu kunnen we weer foto's op internet zetten!!!

We hebben een nacht in dat appartement geslapen en zijn de dag daarna gaan kijken of hostal Baikal open was. Gelukkig was ie dit keer wel open en konden we er terecht. Dus na te zijn gesetteld zijn we naar de stad gegaan om deze even te bekijken. Op eigen gelegenheid naar Listvianka het Baikal meer) te gaan, lukte niet meer dus hebben we toch maar een heel dure tour geregeld, met onze eigen gids!

Doordat onze wekker de verkeerde tijd aangaf waren we zo vroeg wakker dat we nog even naar de rivier Angara zijn gegaan. Daar aangekomen was het zo koud dat we spontaan bevroren. Het Baikal meer was echt super mooi. Het ijs was minstens 1 1/2 meter dik en we konden er goed op lopen. Erg grappig hoor. Het was daar echter wel koud. Het zonnetje scheen dan wel, maar er stond een immens scherpe wind, waardoor we bijna het ijs werden af geblazen. Na een gerookte vis te hebben gekocht zijn we weer terug gegaan naar Irkutsk.

De volgende dag zijn we met de trein verder gegaan naar Ulaan Baatar (Mongolie). dit was nog eens beleving. We hebben 8 uur aan de grens van Rusland gestaan (dus genoeg tijd om in het lokale dorpje de markt even te bezoeken) en nog eens 4 uur aan de Mongoolse grens. We moesten zo ontzettend veel papierwerk invullen, dat Hilde er scheel van keek en op een formuleer zoveel fouten had gemaakt dat ze bij elke fout haar handtekening moest zetten en een stempel kreeg. In totaal een stuk of acht. We zaten dit keer samen met de Duitse meiden in een coupe, wat erg gezellig was.

Eenmaal in Ulaan Baatar gingen we op zoek naar een hotel en een bank, maar we kwamen er al snel achter dat dat heel moeilijk is om 7 uur 's ochtends op een zondag. Gelukkig kwamen we op straat een vent tegen (mr. Kim) die ons een GRATIS bakje koffie aanbood in zijn hostel. En daar zeggen wij oer Hollanders natuurlijk geen nee tegen! Na aan hem te hebben gevraagd hoe we met het openbaar vervoer naar het Terelj nationaal park konden komen, zijn we op zoek gegaan naar het desbetreffende busstation. dit bleek nog een hele opgave, aangezien ook hier niemand Engels praat en ook aangaf dat de bus niet bestond. Gelukkig zijn wij erg koppig en volhardend, dus we bleven zoeken. Met resultaat (eigenlijk puur toeval). We vonden de bus en eindelijk waren we op weg naar Terelj.

Daar aangekomen zijn we naar een ger-kamp gelopen waar we twee nachten hebben geslapen. Een Ger is een Mongoolse ronde tent. In onze tent stonden vier bedden een kachel en een kast en poppenkast stoelen en tafels waar onze Nederlandse konten nog net op pasten. We hadden al medelijden met de Mongolen die echt zo leven, totdat we in een traditionele ger werden uitgenodigd.... En wat stond er in een mega koekast, breedbeeldtv en dvd speler! Zelf wij zitten er Nederland nog niet zo luxe bij. Oja, trouwens thee met jakmelk, boter en zout is echt niet te zuipen. een defenet nono dus!

We hebben het erg naar ons zin gehad, vooral als we de kachel aan de praat konden houden. Stromend water was er niet, we kregen elke dag een thermosfles met heet water die wonder boven wonder na een dag nog steeds heel erg heet was.

De volgende dag wilde we lekker een wandeling maken toen een Mongool ons aanbood om paard te gaan rijden. Na wat tegensputteren omdat we nog nooit eerder op een paardenrug gezeten hebben toch maar op zo'n knol geklommen en voor een uurtje cowboy-tje gespeeld. Het was wel even wennen, maar na een tijdje wisten we een beetje hoe je zo'n ding start en bestuurd. Stoppen ging wat moeilijker, omdat de rem wat moeilijk te vinden is. Zodra zo'n kreng in galop gaat moesten we zo hard lachen dat we er bijna af flikkerde.En die Mongool maar achter ons aan tsjoe roepen om hem harder te laten gaan. Maar goed het was een leuke ervaring.

Na ook nog een dag in mongolie te hebben rongehangen zijn we weer in de trein gestapt richting Beijing. Ook dit was weer een hele ervaring, aangezien we een Mongool en een Chinees als bunkies hadden. De Chinees sprak geen Engels en de Mongool sprak een piep klein beetje Engels en Chinees, dus echte hevige discussies waren er niet bij. We hebben heel veel leuke mensen ontmoet in de trein, waar we na die tijd in Beijing nog hebben afgesproken.

De grens overgang was lang zo erg niet als die van Rusland, maar nog steeds heel apart aangezien het onderstel van de trein veranderd moet worden. In China zijn de sporen nl smaller. We werden hiervoor in een soort hangaar gereden waar we omhoog werden gekrikt om vervolgens het onderstel onder ons vandaan gehaald te zien worden.

In Beijing was het heerlijk lente achtig. Lekker warm groen en zonnig. Na onze spullen te hebben gedropt in het hostel zijn we naar het verboden paleis geweest. Het was hier zo druk, dat we helaas niet echt dat last emperor gevoel kregen, maar nog steeds erg indrukwekkend.

's Avonds zijn we met de hele groep van de trein uitgeweest, wat erg gezellig was. We hebben ons kapot gelachen in een disco achtige tent, waar een meisje op een traditionele manier aan het dansen was en het ons probeerde te leren. Maar helaas hebben wij hier geen aanleg voor.

Er valt hier zoveel te zien. We zijn nu al een week in Beijing en nog steeds hebben we de helft van de stad niet gezien. Echte highlights van de stad zijn natuurlijk het verboden paleis, het zomerpaleis, de tempel of heaven, de lamatempel en de hutongs (traditionele wijken hierin Beijing waar je kan zien hoe ze vroeger leefden). Aan te raden is op een regenachtige dag naar de silkmarket tegaan, want dan kun je tot negentig procent afdingen. Hier genoten we echt van, Hilde heeft zich blauw gelachen om de manier waarop Nine om een tas zat af te dingen.

Wat we echt helemaal fantastisch vonden was natuurlijk de Chineese muur. We hadden 'm al een beetje gezien vanuit de trein, maar om erop te staan is echt waanzinnig. We hebben een hike gedaan van 10 km van Jinshanling tot Simatai. dat was echt heel gaaf, maar soms wel een beetje zwaar omdat sommige stukken alleen nog maar ruines zijn of heel steil naar boven of naar beneden gaan. Op zulke momenten moet je bijna kruipend vooruit komen. Voor verdere info over dit fantastische onderwerp zie de do's en don't sectie van onze website!

Het eten met de chopstick is heel apartig. Tegen de tijd dat je door hebt hoe je ze moet gebruiken is je eten al koud en na een kwartiertje "eten" heb je zo'n kramp in je hand dat ze vanzelf zo blijven staan. Hopelijk worden in de loop van deze twee maanden echt een expert en kunnen we vliegjes uit de lucht plukken met onze snelle chopstick bewegingen.

Zoals we al hadden gezegd, dit is een erg lange update, maar ja dat heb je als je zo veel nieuwe dingen ziet!

(Oja, als er iets ranzig is hier in China dan is het wel het gore oprochelen en uitfluimen van klodders spuug met lekker stukjes door zowel een arm boertje als een opgetut net Chinees meisje!)

Zaijian

Nine en Hilde

Check de landeninfo over China ->

Check de foto's van Mongolie en China ->

Terug naar boven ->



Rusland
14 april 2004

Hallo,
Het eerste deel van de treinreis hebben we achter de rug. Wat nou relaxen voor vijf dagen. We zijn ongeveer de hele tijd bezig geweest met mingelen en het bijschaven van ons Russisch (want zoals jullie weten hebben wij zo'n immense talenknobbel). Dit is echter niet altijds even plezierig, aangezien we nu weten hoe we aan contact komen maar nog niet hoe we er weer vanaf komen. Met het gevolg dat we opgescheep zaten met een rare floeper uit Azabedjan. De reis was wel heel leuk. De ene dag reden we door een sneeuwlandschap en de andere dag langs huizen ala Villa Kakelbont. Daar zijn ze hier trouwens volgens ons helemaal weg van. We hebben ook twee duitse meiden ontmoet die ongeveer dezelfde route nemen met de TSE als wij. Wel leuk hoor. Wie weet zitten we de volgende keer wel met hen in 1 coupe. Dit keer zaten we namelijk vrij luxe. Met z'n tweeen in een coupe! Maar de volgende keer kunnen we wel met een stel ruftende, kwattende mongolen zitten. Ook leuk, maar ik denk dat je dat gerochel op een gegeven moment toch wel wat zat begint te worden.

De aankomst in Irkutstk verliep in eerste instantie goed, totdat onze taxichauffeur het hostel niet kon vinden. Na behoorlijk wat ongewild sightseeing kwamen we er dan eindelijk. na hem te hebben betaald dachten wij even lekker naar binnen te gaan, not!!! Het hostel wat gesloten of zoals wij in de trein hadden geleerd: ZAKRIET. tja en toen....daar stonden we dan met ons goeie gedrag. Gelukkig waren er mensen in een kantoorpand die ons wel wilden helpen. Na gebeld te hebben met ons hostel en toch echt bleek dat er niemand was, kregen we een flat aangeboden. Dit bleek een compeleet appartement te zijn. Wel relaxed. We hebben het ons gelijk thuis gemaakt door onze ene onderbroek te wassen die we vies hebben gemaakt tijdens de treinreis.

Daarna de stad in om ons te laten registreren. Tja ze leven hier nog in het jaar nul, dus dat moet ook gebeuren. Het registreren ging natuurlijk ook al niet van een leie dakje. Na twee keer hetzelfde blokje om, besloten we toch maar weer de weg te vragen. Na een paar uur waren we dan toch echt geregistreerd. daarna wat gegeten en weer terug naar ons appartementje.

Vandaag hebben we gekeken naar tours die we hier kunnen doen. En is Nine's camera net geflikkert dus het duurt nog even voordat er foto's op internet zijn.

He dit was het dan alweer,tot de volgende keer maar weer.

Liefs NINAAAAA en GHILDAAA


9 april 2004:

Hallo,
Hier is ons allereerste berichtje voor op de site.

We zijn nu 3 dagen onderweg. Het afscheid ging wel goed. We hadden een groot jankpartij verwacht maar dat viel mee. De vlucht was heel relaxed. Hilde werd nog grondig gefouilleerd, waar ze zo van onder de indruk was dat ze haar jas liet liggen. Daar kwamen we ongeveer 10 minuten voor het sluiten van onze gate achter, dus als een gek heen en weer rennen tussen de douane en de gate om die jas te halen. Gelukkig konden we daarna een paar uur relaxen.

Op het vliegveld werden we lekker luxe opgehaald en naar ons hotel gebracht. Heerlijk om niets te hoeven regelen. Het was echt hartstikke warm in Moskou en we voelden ons ook behoorlijk overdressed. Maar de volgende dag kwamen we erachter dat als er geen zon is, het echt heeeeeel erg koud kan zijn. Blij dat we onze long johns bij ons hebben. Het hotel was erg goed. We sliepen boven een metrobaan waardoor het soms wel leek alsof er een aardbeving was. Maar we sliepen er wel heel goed. De volgende dag zijn we naar The Red Square geweest en daar het St. Basils Cathedral bekeken. Toen bleek dat er geen tijd meer was voor het Kremlin, dus dat hebben we vandaag (onze 3e dag) maar gedaan. Wel mooi hoor.

Het Russisch spreken valt ons erg tegen. De taal spreek en schrijf je heel verschillend dus als je denkt dat je het goed uitspreekt staan ze je aan te staren alsof ze water zien branden. Touristen zijn ze echt niet gewent. Als we ons klep houden denken ze dat we Russisch zijn en vragen ze zelfs de weg aan ons. Maar zodra we onze Nederlandse klanken gehoor geven aan de wereld, is het echt apies kijken.

De Russen zijn wel heel erg aardig en proberen je ook echt te helpen, helaas begrijpen we geen woord van wat ze ons proberen duidelijk te maken. (Hilde is inmiddels al druk bezig met allerlei gekke gebaren en koeien en schapengeluiden na te doen, om ervoor te zorgen dat ze ons een beetje begrijpen, ziet er erg leuk uit!)

Ondanks deze taalbariere is het ons gelukt de trein richting Irkutsk te vinden, dus vanavond stappen we op de Trans Siberie Express. Lekker 5 dagen niets doen, jeeee!

Dus tot mails maar weer!

Hilde en Nine

Check de landeninfo over Rusland ->

Terug naar boven ->

Terug naar vorige pagina ->